In Kamervragen gaan twee studenten op ontdekkingstocht in elkaars kamer en speculeren ze over de persoonlijkheid, activiteiten en vreemde trekjes van de bewoner. Kunnen ze uitvinden wat voor persoon er achter de kamer schuilgaat? Deze editie: Giovanni en Denitcha.
Giovanni op bezoek bij Denitcha
Het eerste wat Giovanni opvalt wanneer hij de knusse zolderkamer van Denitcha binnenloopt, is het grote wandtapijt dat links in de hoek boven de bank hangt, waarop een tarotkaart is afgebeeld. ‘Het ziet er zweverig uit. Oh, wacht, misschien is het iets religieus en heb ik iets fouts gezegd.’ Hij verlegt zijn aandacht naar een collectie flessen die bovenop de boekenkast rechts van hem staat. ‘Veel zware alcohol. Ik denk dat deze persoon regelmatig drinkt’, speculeert hij. ‘Hopelijk met vrienden, anders zou dat wel triest zijn.’ Een leeg bierflesje op een bijzettafeltje bevestigt dat de bewoner graag een drankje nuttigt.
Vervolgens dwalen Giovanni’s ogen van de flessenverzameling naar de brede collectie aan bordspelletjes die in de kast staat. ‘Codenames speel ik altijd bij café Camelot, dus dit roept leuke herinneringen op. Ik denk dat de bewoner van gezelligheid houdt.’ Hij inspecteert zorgvuldig de grote verzameling boeken die naast de spelletjes staat. ‘Aan de kaften te zien, zijn dit vooral fantasyboeken.’ Veel verder in de zoektocht brengt dit hem niet, totdat hij studieboeken naast de fantasyboeken ziet staan. ‘Aha! Zo te zien studeert deze persoon psychologie, want deze boeken gaan over kinderontwikkeling. Of misschien eerder pedagogische wetenschappen, ik weet eigenlijk niet of kinderen echt aan bod komen bij psychologie.’ Zijn vermoeden wordt bevestigd als hij een mok van Postelein, de studievereniging van pedagogische wetenschappen, ziet staan.
Als Giovanni zijn blik richt op het witte bureau rechts van hem, ziet hij daar een opengeslagen agenda liggen. ‘Wow, je zou maar je studiesessies inplannen. Wat een nerd’, grapt hij. Hij concludeert uit de agenda en de opgeruimde kamer, die hij als ‘semi netjes’ bestempelt, dat hier een goed georganiseerd persoon woont. Over het gender van de bewoner twijfelt hij nog wel: ‘Het tapijt is wat donkerder dan ik gewend ben bij vrouwen. Het lijkt daarentegen te persoonlijk ingericht voor een typische mannenkamer.’
Een nieuwe aanwijzing over de identiteit van de bewoner ontdekt Giovanni pas nadat hij een paar rondjes door de kamer heeft gelopen. Op een vintage stereo set ligt namelijk een bestuurshamer. ‘Deze persoon zit dus bij een bestuur’, zegt hij enthousiast. ‘Zou ik de hamer nu kunnen brassen? Of misschien eerder de stereoset, die is wel vet.’ Zijn conclusie wordt bekrachtigd wanneer hij het bestuursuniform opmerkt dat op de bank ligt, waarop een naam staat. ‘Ze heet Denitcha en is voorzitter van studententheatervereniging Op Hoop van Zegen’, stelt hij trots. ‘Nu weet ik alles wat er te weten valt over deze persoon.’
Denitcha op bezoek bij Giovanni
Zodra Denitcha het ruime en ietwat rommelige appartement binnenstapt, begint ze razendsnel te speculeren over de identiteit van de bewoner: ‘Ik weet zeker dat we in de kamer van een man zijn. Hier liggen namelijk echte herenschoenen.’ Er volgt meteen een tweede gok wanneer ze wijst naar de grote spotprent van Mark Rutte, die op de deur naar de woonkamer hangt. ‘Fantastisch! Dit is in ieder geval iemand met een sterke politieke mening.’ Ze loopt direct door naar de woonkamer en vindt daar een T-shirt van studievereniging Cognac dat enigszins verloren over de rugleuning van een stoel hangt. Hiermee stelt ze vast dat de bewoner Artificial Intelligence (AI) studeert.
Denitcha’s oog valt op een boekenkast in de hoek van de woonkamer met daarin een grote verzameling kinderboeken. ‘Het Leven van een Loser!’ roept ze uit. ‘Die heb ik zelf ook allemaal gelezen. En, o God, tachtigduizend Garfield strips.’ Als ze ook nog een vak vol met encyclopedieën vindt, weet Denitcha het zeker: ‘We hebben te maken met een echte verzamelaar.’ Dit blijkt nogmaals wanneer ze de woonkamer verlaat en de badkamer binnenloopt. Naast een wasrek vol met On That Ass onderbroeken staan hier ook een stuk of 25 half aangebroken Axe douchegel-flessen boven de wasbak. ‘Ik weet niet wat deze man heeft, maar hij heeft overal heel veel van.’
In een rommelige kast die tegen de slaapkamermuur staat opgesteld vindt Denitcha de RAG-kalender van vorig jaar, waarna ze ineens tot een nieuwe ingeving komt: ‘Misschien heeft hij vorig jaar wel bestuur gedaan, of is hij nu nog actief.’ Dit vermoeden wordt bevestigd wanneer ze de koelkast opentrekt en alleen maar lang houdbare ketchup, currysaus en aanmaaklimonade aantreft. ‘Je leeft zo onvoorspelbaar dat je geen kort houdbare boodschappen kan hebben,’ weet Denitcha uit ervaring. Het onderzoek door de koelkast zet zich voort. ‘Er staat hier ook yoghurt. Is die al over de datum? 26 februari. Nou, dat bevestigt alleen maar mijn punt.’
Op het balkon vat Denitcha samen wat voor persoon in dit appartement woont. ‘Hij is echt een man van contrasten. Ik denk ook dat hij hetzelfde heeft als ik: ik weet altijd wel waar alles in mijn kamer ligt, maar het ziet er rommelig uit.’ Ze laat zich nog een laatste keer uit over haar grote verbazing in de badkamer. ‘Als ik deze persoon ooit op de campus tegenkom, zal ik er altijd aan denken hoeveel aangebroken flesjes Axe hij had.’
Vragenuurtje
Tijd voor de confrontatie: hadden de studenten het bij het juiste eind of sloegen ze de plank compleet mis?
Op een zonnige zaterdagmiddag treffen de twee studenten elkaar in het drukke café Camelot. ‘Ik had al vrij snel door dat ik te maken had met een mannenkamer’, vertelt Denitcha meteen (20, Pedagogische Wetenschappen). ‘Ik zag namelijk je schoenen en Cognac shirt en dacht: ja, een AI-student. Dat is dus een man.’ Wanneer Giovanni (23, Communicatiewetenschap) lachend onthult dat hij geen AI studeert, raakt Denitcha in de war. ‘Ik zit alleen bij een commissie van Cognac,’ legt Giovanni uit. ‘Ik dacht trouwens ook dat jouw kamer een mannenkamer was’, zegt hij plots. ‘Er lag namelijk donker tapijt.’ Denitcha reageert lachend: ‘Een mannenkamer? Mijn hele huis heeft donker tapijt. Daar kan ik niks aan doen.’
Dan stelt Denitcha een brandende vraag, die ze al de hele middag in haar achterhoofd heeft: ‘Je moet me wel echt uitleggen wat er gaande was met al die open flesjes Axe douchegel in je badkamer.’ Giovanni legt uit dat hij ze vaak van zijn vader krijgt als cadeau. ‘Ik wil telkens variëren, anders word ik moe van een geurtje. Daarom zijn ze allemaal open.’ Denitcha lacht en deelt mee dat ze dacht dat het door keuzestress kwam. ‘Het sloot wel goed aan bij de verzameling Garfield en Het Leven van een Loser boeken. Ik dacht dat je gewoon een douchegel-verzamelaar was’, grapt ze.
Ze komen nog kort terug op hun gedeelde bestuurservaring. Denitcha vertelt dat ze al het vermoeden had dat Giovanni dit deed en wijst hem op de matig gevulde koelkast. Giovanni vertelt dat hij inderdaad een bestuursjaar bij studentenvakbond AKKU heeft gedaan en nu in de Universitaire Studentenraad actief is. Het gesprek gaat verder en wanneer Denitcha even later vertelt over haar fijne huisbaas, springt Giovanni meteen in: ‘Als hij ooit vervelend begint te doen, kun je altijd bij AKKU aankloppen.’ Denitcha heeft hem meteen door en begint te lachen. ‘Wat een schaamteloze promotie.’
Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 12.