Scherper dan De Speld en ook makkelijker te vinden: De Hooiberg. De nieuwsrubriek waar je zo doorheen prikt. Deze keer: achter gesloten deuren met Pol B.
Het afgelopen collegejaar vond er meer dan een liefdesaffairtje plaats op de faculteit FRT, als we Ronnie Bosch in De Gelderdorper moeten geloven. Het gevolg: het uiteraard vrijwillig en tijdelijk vertrekken van een hoogleraar. Daarnaast moet er een grootschalige cultuuromslag plaatsvinden aan de kleine en gezellige faculteit. ANS sprak de hoofdpersonage van deze scène: ‘De cultuur is inderdaad toe aan verandering.’
Pol B. opent na luttele seconden de deur naar zijn privéleven. Het doet veel denken aan het warme interview dat hij enkele jaren geleden hield met universiteitsblaadje Vo. Omdat hijzelf wat steken heeft laten vallen, is privacy plots een belangrijk thema en wordt de media niet zomaar meer te woord gestaan. ANS mag een kaasplankje met hem delen, mits we het niet over gevoelige onderwerpen hebben. Wat nu precies gevoelig is, weten wij ook niet meer, dus we doen maar ons best om geen enkele invulling aan het ‘ongewenste gedrag’ te geven. Ondertussen zetten de roddels zich wel voort en stelde B’s collega Ronnie Bosch in een veredeld roddelblad dat het hier niet simpelweg om een ‘liefdesverhoudinkje’ zou gaan. Tja, die kwamen volgens hem toch ieder jaar voorbij. Na het lezen van dat artikel verandert de man met het hoekige brilletje en kalende hoofd in een klap naar mysterieus sekssymbool. Maar wie is hij eigenlijk en hoe ervaart hij zijn sabbatical? ANS ging op bezoek voor een exclusief interview.
Hij opent de deur en de manier waarop hij deze handeling verricht, schreeuwt meteen verwarring omtrent de gepastheid. ‘Euh ja kom dan maar binnen ja’, zegt hij. Hoewel hij met zijn intonatie en woordkeuze doet alsof hij niet wil dat we binnenkomen, geniet hij stiekempjes wel weer van wat buitenstaanders in zijn huis. Een kleine grijns verraadt zijn genot, wanneer hij zich in de deuropening omdraait en via de woonkamer naar het kookeiland loopt. Daar ligt een aantal kaasjes, jammetjes en glazen wijn. ‘De cultuur moet veranderen’, lacht hij. ‘Ik heb nog nooit zoiets onbenulligs gehoord. Typisch zo’n actie vanuit de studenten. Die trekken hun mond veel te snel open. Alsof zij weten wat cultuur is.’
Excuusbrief vs. officier van justitie
Terwijl hij vertelt, schenkt hij sloom en subtiel een Merlot in die hij in een glimps van een seconde aan onze zijde van het kookeiland plaatst. ‘Gespecialiseerd zijnde in filosofie van vroeger, kan ik beamen dat je je niet moet blindstaren op het verleden’, begint hij geëmotioneerd. ‘Ik wou dat iedereen me gewoon kon vergeven zonder dat ik hoef te zeggen wat ik heb gedaan. Het is al erg genoeg voor mij.’
Nu B. sorry heeft gezegd zonder te zeggen waarvoor hij dit eigenlijk doet, blijft het voor de studenten nog giswerk of hij niet meer excuses zou moeten aanbieden. Ach, het is toch ook een faculteit en universiteit waar vertrouwen belangrijk is? B. beaamt dat vertrouwen en sluit zich aan bij het nog altijd overwegend mannelijk bestuur van de universiteit, dat volgens hem gewoon in staat is om eigen rechter te spelen. ‘Laat dat nou maar aan hen over, zij weten heus wel wat ze doen’, moppert hij. Van machtsposities weten ze als hoofd van de universiteit volgens hem genoeg om zich in B’s situatie in te leven. ‘Die zijn er nou eenmaal, en dat moet je accepteren. Als je slim bent, maak je er het beste van’, concludeert hij met een knipoog. Wat dat mag betekenen, daar kunnen we alleen maar naar gissen. Maar hó! Laat je gedachtegang niet te ver gaan, je mag natuurlijk nog geen conclusies trekken.
Trial by media
Met een nog smeltend kaasje in zijn mond vertelt hij dat het sowieso ridicuul is dat de studenten iets over de zaak te zeggen zouden hebben. ‘Kijk, aan het feit dat de studenten er niet over meepraten, is wel te zien dat de universiteit dit serieus neemt’, vertelt B. ‘Het is niet voor niets dat ze nog vijf of zes jaar in de collegebankjes moeten zitten. Zij weten niets en ik ben er om ze daarop te wijzen.’
Nu is zijn straf dus zijn slechte naam, wat B. ontzettend erg vindt. ‘Ondanks dat de universiteit de discussie lekker in de kiem smoort, is de reputatie vanwege media-aandacht gestoord. Ik bedoel: twee universiteitsblaadjes besteedde er aandacht aan en de nationale pers maar liefst 12 regels’, zucht B.
Pol B. of Pol Bae?
Naast negatieve media-aandacht moet B. ook thuiszitten, wat hij an sich niet heel erg vindt. Met het loon dat hem dit halve jaar op sabbatical wordt uitbetaald, kan hij zijn twee huizen, vrouw, kinderen én een hypothetische vriendin met gemak onderhouden. Toch zit hij ook niet lachend thuis: ‘Geloof me, we mogen het er niet over hebben, maar als ik al een vriendin had, zou die vast en zeker niet meer met me willen praten.’ B. staat al met al dus neutraal tegenover zijn periode op sabbatical.
Na de laatste kruimel stokbrood van de tafel te pikken, komt hij nu toch terug op zijn eerdere oordeel van de cultuur aan de faculteit: ‘Die mag inderdaad wel eens veranderen. Als er niet zo’n ontzettend zeikcultuurtje had geheerst, had ik nu gewoon mijn ding kunnen doen.’