Nog enkele uren wachten en dan barst het carnavalsweekend los. Voor sommigen iets om een jaar lang naar uit te kijken en voor anderen iets om absoluut te vermijden. Wat gaan de Nijmeegse studenten dit weekend doen? Staan ze elke avond in de kroeg of vluchten ze de rivieren over?
In de lijst van zaken waar je op de Radboud Universiteit vrij voor krijgt prijkt naast de denderende Dies Viering en de opening van het academisch jaar carnaval, waarmee de RU haar ware benedenrivierse identiteit toont. Maar delen alle studenten die identiteit? ANS zocht uit wat de Radboud student in zijn vrije dagen gaat doen.
Cis (20, Psychologie) komt uit Breda en kijkt uit naar het carnavalsweekend. ‘Ik heb er absoluut zin in’, vertelt ze. Ze heeft haar kostuums voor de verschillende dagen al helemaal uitgedacht en afgestemd. ‘Ik ga sowieso met mijn vriendinnengroep als Disneyprinsessen en de prins, dat is mijn vriendin. Als ik op de andere dagen zin heb in iets anders, kan ik nog als vlinder, bloemenmeisje, cowboy of eenhoorn gaan.’ Toch is carnaval haar niet met de paplepel ingegoten. ‘Mijn ouders hadden altijd een hekel aan carnaval. Omdat ik in de stad woonde, vluchtten we vroeger altijd het land uit in deze periode. Pas vanaf mijn vijftiende bleef ik thuis om het met mijn vrienden te vieren.’
Ook Eva (21, Geschiedenis) is al helemaal in de waan. ‘Ik ga vijf dagen carnaval vieren in Oeteldonk.’ Ze vertelt dat het feest juist in die stad, waar ze ook vandaan komt, erg belangrijk voor haar is.‘Tuurlijk ga ik biertjes drinken en naar de optocht, maar het is het gevoel dat belangrijk voor me is.’ Dat gevoel wordt veroorzaakt door de afwijkende carnavalstraditie in Den Bosch, waar carnavalsvierders zich niet verkleden maar rood, geel, witte sjaals en jassen met emblemen dragen. ‘Het is gewoon thuiskomen.’
Niet alleen toeters en bellen
Toch deelt niet iedereen dit enthousiasme. Zo blijft een groepje internationale Art & Culture studenten het liefst zo ver mogelijk weg van het hele gebeuren. ‘Ik ben sowieso niet zo van het uitgaan’, vertelt een van hen. ‘De verhalen die ik heb gehoord gaan vooral over heel veel mensen die heel veel drinken. Daar heb ik weinig mee.’ Haar vriendin vult aan: ‘Ik vind de mensen die erop afkomen meestal ook niet zo leuk, vooral de mannen niet.’ Ze gaan vooral genieten van hun lesvrije dagen.