Ieder jaar rond de feestdagen pakt De Refter groots uit. Op dinsdag 10 en woensdag 11 december van dit jaar konden studenten en medewerkers van de Radboud Universiteit (RU) genieten van een uitstekend kerstdiner in onze geliefde mensa. Geacht College van Bestuur, kunnen we deze traditie alstublieft wél in stand houden?
Je moest er vroeg bij zijn dit jaar. Al in de eerste week van november waren de reserveringen voor het jaarlijkse Refter-kerstdiner geopend. In tegenstelling tot vorig jaar moest je je van tevoren aanmelden, en wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Bij het reserveren werd je van alles gevraagd, van je dieetvoorkeuren (vega voor mij, vlees voor mijn tafelgenoot) tot aan welke faculteit je verbonden bent. De vierhonderd gelukkigen die een plekje hebben bemachtigd ontvingen spoedig een uiterst zakelijke bevestigingsmail: ‘Met genoegen sturen wij u hierbij de details van uw aanvraag.’ Al een maand van tevoren was klinkklaar dat het kerstdiner dit jaar serious business is.
Het kerstdiner is, samen met het aanhoudende gesoebat over de kerstpakketten die inmiddels al twaalf jaar geleden zijn afgeschaft, een heuse traditie aan de RU. Ieder jaar pakt het campusrestaurant groots uit met een driegangenmenu en live muziek. Een perfecte gelegenheid om niet alleen ‘in de feestelijke sfeer’ te komen, zoals op ru.nl werd geadverteerd, maar ook om met medestudenten en collega’s te reflecteren op het afgelopen jaar.
Aan dat stukje bezinning zijn we namelijk wel toe. Het is voor ons allemaal een tergend lang jaar geweest. Kun je je de ophef over het bizarre babyspotje van de RU nog herinneren? Wie denkt dat dat al jaren geleden is, vergist zich. Het spotje werd dit jaar in januari gelanceerd. Sindsdien is het herres in Heyendaal: tentenkamp, bezetting en ME, nog een keer bezetting en nog een keer ME, demonstraties tegen bezuinigingen, die op het laatste moment afgezegd worden – of toch niet! – en op de dag van dit feestmaal zelfs een heuse cycle-out. In ieder geval is er genoeg om op terug te kijken tijdens de kerstdis. Hup, naar binnen!
Met z’n allen in de rij
Direct bij aankomst is te zien dat er flink moeite is gestoken in deze avond. De zij-ingangen van de eetzaal zijn afgesloten, gasten moeten via de hoofdingang naar binnen. Daar controleert het personeel de reserveringen. Alleen als je naam op de lijst staat, wordt het lint voor je opengedaan. ‘Mag ik jullie escorteren naar jullie tafel?’, biedt een bevlogen medewerker met kerstmuts aan. Ze doet alsof het een vraag is, maar veel keuze is er niet. Alle plekken zijn namelijk persoonlijk gereserveerd, zoals later blijkt uit de post-its op de tafels met daarop de naam van de reserveerder.
Uit alles spreekt een voor De Refter ongebruikelijke aandachtigheid. Op de tafels branden kaarsjes in keurige rode glazen en prijken kunststoffen kerstboompjes. (Zou er ergens op de universiteit een opslaghok speciaal voor kerstversiersels staan?) Knapperige broodjes met rode tapenade en erg smakelijke truffelmayonaise vormen een veelbelovende amuse. De overige gangen werken volgens het bekende semi-zelfbedieningssysteem.
En zo sta je opeens in de rij voor de Craft met de vicevoorzitter van het College van Bestuur en met de hoofdwoordvoerder van de RU te babbelen. Over alles wat het afgelopen jaar heeft plaatsgevonden op de universiteit, maar ook over hoe goed het kerstmaal er wel niet uitziet. Iets verder achter ons staat vertrekkend collegevoorzitter Daniël Wigboldus in de rij, vlak voor een paar studenten die eerder nog in het nieuws kwamen voor hun betrokkenheid bij het pro-Palestinatentenkamp. Is er sprake van verzoening? Waarschijnlijk niet, maar in ieder geval wel van een soort samenkomst.
Opmerkelijk voor een driegangendiner is dat je net als vorig jaar voor-, hoofd- en nagerecht in één keer op je dienblad naar je tafel moet meenemen. Voordeel is dat je daardoor niet drie keer in de ellenlange rij voor de Craft hoeft te staan, maar drie gangen blijkt net te veel om soepel op één Refterdienblad mee te slepen.
Ere wie ere toekomt
De berichtgeving over ons campusrestaurant in dit blad is vaak niet mals (in ieder geval minder mals dan het hert in de stoof van mijn tafelgenoot). Een Refterdiner voor maar liefst €17,00 (één drankje inbegrepen) klinkt dan ook niet meteen als een goede deal, zeker met de kennis dat het kerstdiner vijf jaar geleden nog €9,50 kostte. Maar ere wie ere toekomt: dit diner is grandioos.
Alleen al het eten is de €17,00 meer dan waard. De kerstproeverij in het voorgerecht is verfrissend en gedurfd. De knapperige groene kroepoek contrasteert heerlijk met de zachte dadelchutney. En sinds wanneer smaakt vegazalm zo overtuigend als het origineel? Het hoofdgerecht houdt het niveau even hoog. De zoete aardappelpuree is mild en laat zich daardoor goed combineren met het stoofpeertje en het stoofpotje, dat perfect gekruid is. Opmerkelijke toevoeging aan het stoofgerecht is echter het Indiaas-smakende ronde deegballetje, dat hard en taai is en moeilijk te identificeren. Moet het soms een kerstbal voorstellen?
Het nagerecht is het absolute hoogtepunt, dat op het menu st aat aangeduid als crème brûlée maar het knapperige korstje ontbeert. Wat het ook mag wezen, het dessert is goed van smaak en zeker niet te zoet. Een verrassende smaakmaker zijn de krokante blaadjes die aan anijs doen denken: wederom een gewaagde keuze, die goed uitpakt. Kers op de taart is de framboos, die heerlijk samengaat met de zachte room. Al met al serveert De Refter op deze ijskoude woensdagavond een knap staaltje haute cuisine.
Tot zover het eten. De organisatie heeft evenveel werk gemaakt van de sfeer als van het menu zelf. Het voltallige Refterpersoneel leeft al maandenlang naar deze avonden toe en hun enthousiasme is aandoenlijk en aanstekelijk. Er struint een kerstman door het halfverlichte restaurant, die gasten uitnodigt voor een fotomoment in een kerstslee. Omdat we het kerstdiner op de woensdag hebben bezocht, hebben we helaas het studentenorkest misgelopen, dat alleen op dinsdag optrad. In plaats daarvan moeten we het doen met prima kerstmuziek in de achtergrond, die aangeboden wordt door een dj, eveneens in kerstmanpak. Misschien wel het leukste: bij koffiebar Panama kun je kaartjes invullen met daarop je kerstwens en je contactgegevens. Eén van die wensen zullen ze in vervulling brengen, garandeert het personeel.
Even voelt het als dineren in een volwaardig sterrenrestaurant, maar na het eten word je genadeloos wakker geschud: je bevindt je toch écht in de oude vertrouwde Refter. Je dienblad, borden en bestek mag je namelijk zoals gewoonlijk mooi op de groene afvoerband bij de blauwe bloementegeltjes neerzetten.
Nog vele jaren
‘Te lang is activistische woke-cultuur dominant geweest in de collegezalen en onderwijsinstellingen’, stelde een vertegenwoordiger van ‘s lands populairste partij een half jaar geleden nog in een Kamerdebat. De oplossing van zijn coalitie is om de botte bijl in de hogeronderwijsbegroting te hakken. In die context is het voorspelbaar dat de universiteit de pijlen richt op alle randzaken die niet direct bijdragen aan onderwijs of onderzoek. Zo was er dit jaar geen Radboud Café aan de Via Gladiola, geen Radboud Services Festival en geen Radboud Rocks.
Des te waardevoller maakt dit het kerstdiner in onze campuskantine. Gedeelde tradities zorgen immers voor saamhorigheid. Onder toeziend oog van zeventien Russische dichters genieten we allemaal van dezelfde feestmaaltijd, van pro-Palestinademonstrant tot collegevoorzitter. Kunnen we ondanks alle begrotingsproblematiek dit kerstdiner wél in stand houden? Gezien het eigen enthousiasme van het College van Bestuur komt dat vast goed.
Mijn tafelgenoot en ik hebben op onze wenskaartjes flauwe dingen geschreven over de liefde, döner, en liefde voor döner, die ik hier niet in detail ga herhalen in de stiekeme hoop dat ze misschien toch uitkomen. Maar eenmaal thuis besef ik wat ik echt zou willen, en in mijn achterhoofd hoor ik de Drentse band Skik zingen: ‘Ik kijk naar boven naar de sterren / en als ik nou een wens mocht doen / Dan wou ik graag een vallende ster zien / zodat ik nog een wens kon doen.’