Om middernacht aan een voettocht van veertig kilometer beginnen om zo geld en aandacht te verzamelen voor Stichting Vluchteling. Zevenduizend Nederlanders liepen mee met de Nacht van de Vluchteling en haalden daarmee 1,7 miljoen euro op. Wie zijn deze mensen en hoe ervoeren ze het evenement?
Het is zaterdagavond half twaalf. Buiten de Vasim verzamelt zich langzaam een grote groep sportief geklede personen. Er hangt een opgewonden sfeer. Deelnemers drommen samen rond de eerste van vele stops van die nacht: een lange tafel waarachter twee vrouwen gele hesjes en startnummers verstrekken. Op een groot bord naast de tafel telt een klok af tot de start. De mensen die op tijd zijn gaan op de foto en nemen uitgebreid van de koffie en bananen die worden uitgedeeld door vrijwilligers, de laatkomers grissen enkele minuten later nog snel wat mee.
De coördinator van al deze vrijwilligers is Sanne, een enthousiaste jonge vrouw, ze vertelt: ‘Landelijk doen er zevenduizend mensen mee met de Nacht van de Vluchteling, in Nijmegen zijn dat er bijna 1400.’ Daar voegt ze trots aan toe: ‘Daarnaast helpen er hier in Nijmegen honderd vrijwilligers mee.’ Het geld dat de deelnemers ophalen wordt dit jaar besteed aan mobiele medische klinieken in Irak, noodhulp in de vorm van voedsel, onderdak en cash in de Democratische Republiek Congo en Afghanistan en het aanleggen van toiletten in Tsjaad. De wandelaars kunnen kiezen uit drie afstanden. Een deel heeft een ronde van tien of twintig kilometer gemaakt, zij zijn vanmiddag al gefinisht. De rest loopt een tocht van veertig kilometer naar Arnhem.
Om tien over half twaalf klinkt een luide toeter en gejuich: de Nacht van de Vluchteling is van start.
23.45 De Oversteek
De stoet hipsters, studenten en enkele ouders met kinderen laten Nijmegen achter zich op de Oversteek. Met het uit het zicht verdwijnen van de nachtelijke stad wordt nog eens duidelijk dat dit niet zomaar een wandeling is en dat er nog een flinke tocht rest. Op hetzelfde moment verlaten vier andere groepen wandelaars in Tilburg, Rotterdam, Haarlem en Amersfoort ook hun stad. Zij lopen respectievelijk naar Den Bosch, Den Haag, Amsterdam en Utrecht.
Eén van de personen in de fluorescerende stoet is de zwierende wiskundestudent Piotr. Hij vertelt enthousiast: ‘Wat dit voor mij leuk maakt, is dat ik uit Arnhem kom en in Nijmegen studeer.’ Wanneer er even later een flinke groep wandelaars langskomt die het luid over de Vierdaagse heeft, merkt hij op: ‘Grappig, doordat wij uit Nijmegen vertrekken zijn de meesten wel wat gewend, we lopen gewoon een vierdaagsedag.’ De student opent een banaan, neemt een grote hap en sluit zich weer aan bij het groepje waar hij mee loopt. Even later beginnen ze samen zachtjes en niet erg zuiver te zingen.
03.00 Ergens tussen Lent en Huissen
Rond drie uur valt de stoet langzaam uit elkaar en begint het zachtjes te regenen. Uit oude speldjes op rugzakken en flarden van gesprekken is inmiddels duidelijk geworden dat veel deelnemers al eerder hebben meegelopen. Zo ook de zelfoogsttuin-boer Arre, die ondanks de regen en het tijdstip erg kwiek is. Hij loopt dit jaar samen met zijn huisgenoten en de organisatie Buddy to Buddy.
Uit Arres motivatie om samen te lopen blijkt dat de avond niet alleen om het ophalen van geld draait maar ook om bewustwording over de complexiteit van de vluchtelingen situatie. Dit ontstond bij hem toen hij aan de slag ging bij Buddy to Buddy. Hij legt uit dat dat een landelijk actieve stichting is die twee stadsgenoten aan elkaar koppelt: ‘Dat zijn een nieuwkomer – iemand met een vluchteling achtergrond- en een lokale bewoner- in dit geval een Nijmegenaar.’ Het duo wordt niet willekeurig uitgekozen: ‘De organisatie kijkt bewust naar interesses en leeftijd met de hoop dat er een vriendschap uit de match voortkomt.’ Daar voegt hij aan toe: ‘Mensen van alle leeftijden doen mee en omdat er veel jonge nieuwkomers zijn in Nijmegen, zijn studenten altijd welkom bij ons.’
‘Vanavond’, vertelt hij, ‘hebben we het niet per se met elkaar over vluchten en de gevolgen daarvan. Dat is zwaar, en past niet helemaal binnen de sfeer.’ Terwijl hij die laatste woorden uitspreekt komt de stoet aan bij een klooster waar broodjes worden uitgedeeld en verdwijnt hij in de massa, zoekend naar zijn vrienden.
06.00 Het supportershonk van Vitesse
Waar de vogels het afgelopen anderhalf uur flink van zich hebben laten horen, is de groep inmiddels stil gevallen. De vermoeidheid slaat toe onder de deelnemers, al is hun staat gelukkig altijd nog beter dan die van de voetbalclub waar ze zo op bezoek gaan, en dat geeft ruimte voor bezinning. Arnhem is al een tijdje in zicht als de groep het supportershonk van Vitesse bereikt, de derde van de vier officiële rustpunten. Daar worden warme dranken geschonken en krabbelt iedereen weer wat op.
Een van hen is Eveline, een GGZ-agoog uit Deventer. Al nippend van haar koffie vertelt ze: ‘Ik vorm een team met mijn dochter en een vriend van haar, vorig jaar liep ik met mijn zoon.’ Vurig legt ze uit dat ze de tocht dit jaar door alle ontwikkelingen anders ervaart. Ze doelt daarmee op de rechts-populistische ommezwaai in Nederland en Europa en de oorlogen die op dit moment op de wereld woeden. ‘Dit soort evenementen zijn nu meer dan ooit nodig’, voegt ze toe. ‘Juist daarom vind ik het ook zo fijn om in zo’n groep te lopen, deze saamhorigheid en positiviteit stemt me hoopvol.’ Ze neemt een flinke slok en gaat verder. ‘Dit evenement is daarnaast ook gewoon heel erg goed georganiseerd. Maar de Nacht van de Vluchteling draait niet om ons,’ merkt ze kritisch op haarzelf op. ‘Want’, zo vertelt ze, ‘het gaat erom dat iedereen het recht heeft op een veilige plek en dat iedereen die zo’n plek niet heeft, gesteund wordt.’ Fier sluit ze af: ‘Samen moeten we dat vluchtleed verzachten.’
09:00 Sonsbeekpark
De vermoeide deelnemers strompelen, tussen de vroege wandelaars met honden en dakloze mensen, het Arnhemse Sonsbeekpark door. Veertig kilometer en negen uur verder verschijnt de eindstreep in beeld. Een moeilijk lopend meisje roept opgelucht ‘Ja!’ Bij de finish is ook de vrijwilligersmanager aanwezig, die inmiddels al 22 uur aan het werk is. Ze vindt dat iedereen trots op zichzelf mag zijn: ‘Het evenement geeft mij gewoon kippenvel.’ Vermoeid maar voldaan vertelt ze: ‘Het was een prachtige nacht en vrijwel iedereen komt, op wat blaren na, goed de finish over.’
In een tijdsbestek van een half uur druppelen de wiskundestudent, fruitboer en GGZ-agoog over de finishlijn. Daar krijgen ze een medaille aangereikt. De wiskundestudent sluit zich vanaf een bankje bij de woorden van de coördinator aan: ‘Het was een mooie tocht en volgend jaar doe ik zeker weer mee. Nu ga ik naar huis. Mijn sokken uitdoen.’