Tweedejaarsstudent Jackie de Bree observeert zo nu en dan confronterende situaties. Doorgaans blijkt daaruit dat gevoelens van schaamte vaker op de loer liggen. Zowel voor haar als haar omgeving. In deze column beschrijft zij met licht ironische toon zo’n geval.
Ik keek voor de tiende keer de serie Modern Family en begon aan mijn dagelijkse zak popcorn. Mijn bed lag intussen vol met maisvliesjes en de deken kleefde aan mijn zweterige huid. Aan het eind van de middag kwam ik dan toch maar uit bed om mijn tanden te poetsen en een schone onderbroek aan te doen. Ik beleef steeds meer van deze dagen sinds de winter en de coronamaatregelen een pact hebben gesloten. Een jaar geleden genoot ik nog van dergelijke dagen waarop er minimale prikkels waren en ik kon bijtanken. Tegenwoordig zijn dit de momenten waarop ik het meest rusteloos ben. Ik ben te loom om iets te ondernemen waardoor ik een drukkend en benauwend schuldgevoel ervaar. Dat gevoel is net niet sterk genoeg om me uit bed te jagen, maar blijft toch drammend aanwezig.
Gelukkig had ik, na de elf seizoenen uitgekeken te hebben, een nieuwe dringende plicht: er moest een knetterende column worden geschreven. Door de isolatie verkeerde ik nog maar weinig in sociale situaties waarin schaamte optreedt, maar ik zou in mijn eentje nog wel schaamte kunnen voelen, toch? Volgens de Franse filosoof Rousseau niet. Hij verklaarde de werking van schaamte vanuit het perspectief van een kind. Volgens hem schamen kinderen zich niet omdat zij zich niet bewust zijn van de blik van de ander, in tegenstelling tot volwassenen.
Het is goed om door externe ogen naar ons gedrag te kijken.
Voor Rousseau is de aanwezigheid van de fysieke medemens dus essentieel. Toch denk ik dat de blikken en meningen van anderen zich nestelen in je hoofd: als je alleen bent kun je je gemakkelijk indenken hoe anderen jou zouden toespreken als ze wel bij je waren. Zo is het dus ook mogelijk je in je eentje te schamen. Rousseau had niet de mogelijkheid dit in zijn eigen kind te signaleren: hij liet hun kinderen zo snel mogelijk door zijn vrouw naar het weeshuis brengen.
Gelukkig is het mogelijk om de blikken van anderen in je hoofd de mond te snoeren. We zouden anders in een constante hel verkeren. Toch is het ook goed om af en toe door externe ogen naar ons gedrag te kijken en ons juist te schamen. Dit geeft ons bijvoorbeeld de nodige zet om eindelijk tot actie over te gaan. Ik keek naar de tafel vol oude afwas en de dampende hoop vieze kleren en hoorde in gedachten de geschrokken en afkeurende stem van mijn moeder. Mijn wangen kleurden en ik was blij dat ik alleen was. Zo zette mijn rusteloosheid zich om in een schoon bed en een spetterende column.