Vandaag de dag vindt iedereen overal ergens wat van en vliegen de meningen je om de oren. Wat is eigenlijk het standpunt van de Nijmeegse student rondom actuele thema’s? In Het Studentenstandpunt geven leden van het Radboudstudentenpanel hun kijk op de zaak. Dit keer: Fysiek onderwijs.
Dion (22), bachelorstudent Geschiedenis
‘Ik ben nu een keer naar de campus gegaan voor een werkgroep en dat vond ik erg fijn. Fysiek onderwijs zorgt voor ritme in mijn dag en ik heb de interactie met medestudenten gemist. Zo heb ik een vriendin in dezelfde werkgroep die ik al een paar maanden niet had gezien. Bovendien heb je geen barrière van een computerscherm bij het stellen van vragen aan de docent. Ik hoop dat volgend jaar vrijwel alle lessen weer fysiek zullen zijn omdat ik merk dat de kwaliteit van onderwijs tijdens de pandemie heel erg achteruit is gegaan. Hierdoor zijn tentamens veel makkelijker geworden. Een online openboektentamen is bijvoorbeeld veel makkelijker dan een fysiek tentamen. Een gevolg hiervan is dat studenten steeds minder gemotiveerd raken om op te letten tijdens de lessen.

Ik zou graag zien dat we nu al steeds vaker naar de campus kunnen gaan, bijvoorbeeld voor drie colleges per week. Hele dagen op de campus zie ik echter nog niet gebeuren, dan gaan studenten namelijk door de gebouwen zwerven en dat kan nu nog niet.’
Tim (18), bachelorstudent Politicologie en Bestuurskunde
‘Op dit moment heb ik de mogelijkheid om twee keer per week fysieke colleges te volgen in de Vereeniging. Dit gaat om een werkcollege filosofie en een college rechten. Ondanks de mogelijkheid ben ik nog niet gegaan omdat de vakken me niet aanspreken. Voor filosofie krijgen we namelijk geen tentamen en bovendien heb ik ook al filosofie op de middelbare school gehad. Het andere vak rechten vind ik erg saai, omdat ze ontzettend sloom praten. Hoewel ik een eerstejaars ben en wel het contact met mijn medestudenten mis, voel ik toch niet de behoefte om te gaan. Mijn vrienden gaan ook niet en in hoeverre kan je je studiegenoten nou in dat ene uur leren kennen?

Velen zeggen dat de interactie waardevol is, maar voor mij is de inhoud de belangrijkste afweging om wel of niet naar de campus te gaan. Daarom denk ik dat ik het fysieke onderwijs nog even ga uitstellen tot volgend jaar.’
Jasper (24), masterstudent Fiscaal Recht
‘De faculteit Rechten heeft besloten om dit jaar geen fysiek college meer te geven, omdat we nog maar een onderwijsweek hadden toen de versoepelingen kwamen. Ik snap de beslissing wel, maar vind het toch jammer. Online mis je namelijk de momenten waarop je discussies kan hebben, waardoor de stof minder tot leven komt. Ook is het afgelopen jaar makkelijker geweest om vakken met een voldoende af te sluiten. Zo heb ik een tentamen gehaald zonder enige vorm van voorbereiding. Dat is toch een beetje zonde van je diploma straks.

Ondanks de drang om fysiek bijeen te komen, verwacht ik niet dat studenten een fysiek hoorcollege om half negen volgen wanneer zij ver naar de campus moeten reizen. Ik twijfel zelfs of ik dat zou doen, terwijl ik praktisch naast de campus woon. De universiteit zou de ruimte beter kunnen benutten door bijvoorbeeld ook werkcolleges ‘s avonds te gegeven. Als deeltijdstudent heb ik die zelf ook gehad en dat werkte prima. Al vraag ik me wel af of daar genoeg bereidheid voor is onder de voltijdstudenten.’
Niels (22), bachelorstudent Politicologie
‘Op mijn studie geven ze de eerstejaars voorrang om naar de campus te gaan. Als tweedejaars vind ik dat jammer, maar ik zie ook dat het een vriendin van me uit het eerste jaar dolblij maakt en dat gun ik haar ook. Zij is in een jaar tijd pas een keer naar de campus gegaan. Ik denk dat de universiteit de collegeruimte wel zou kunnen uitbreiden. Er wordt al lesgegeven in bijvoorbeeld de Vereeniging, maar ze zouden op veel meer verschillende plekken in Nijmegen les kunnen geven. Op die manier kunnen meer studenten fysiek onderwijs krijgen. Ik vind echter niet dat online onderwijs helemaal moet verdwijnen. Ik hoop op een soort hybride vorm volgend jaar, waarbij er uitlegvideo’s worden opgenomen en je naar de campus kunt gaan voor werkgroepen en responsiecolleges.

Bij deze fysieke momenten hoop ik op veel interactie met de docent en medestudenten. Online zit namelijk iedereen met zijn microfoon uit en de helft van de tijd zijn de meeste studenten mentaal afwezig. Dat is zonde, want om politicologie levendig te maken, heb je debatten en discussies nodig.’