Home Artikelen Het Studentenstandpunt: Maatregelen en versoepelingen

Vandaag de dag vindt iedereen overal ergens wat van en vliegen de meningen je om de oren. Wat is eigenlijk het standpunt van de Nijmeegse student rondom actuele thema’s? In Het Studentenstandpunt geven leden van het Radboudstudentenpanel hun kijk op de zaak. Dit keer: Maatregelen en versoepelingen.

Lauren (22), masterstudent Neurophysica 

‘Ik ben erg blij met de versoepelingen, maar vind wel dat deze abrupt komen. Dat is bij versoepelingen misschien niet zo erg, maar bij het aanscherpen wel. Door mensen weinig tijd te geven, kunnen ze immers minder goed omgaan met de maatregelen. Een sector die ik belangrijk vind en waar geen strenge maatregelen zouden moeten gelden is de sportsector. We zitten in een gezondheidsepidemie, maar er is nog een ander gezondheidsprobleem.

Als je het sporten verbiedt of beperkt, voelen mensen zich fysiek en mentaal minder goed. De overheid erkende voor mijn gevoel in het begin niet genoeg dat beweging essentieel is. Er waren mensen die in het bos gingen wandelen, maar dan werd gezegd dat het te druk was en dat je dat beter niet kunt doen. Dat vind ik kwalijk.’ 

Tim (18), bachelorstudent Politicologie en Bestuurskunde

‘De horeca vind ik persoonlijk de belangrijkste sector. Dat deze sector weer open is, vind ik dan ook een stap in de juiste richting. Ik kan dan namelijk weer werken. Doordat de horeca op slot zat, had ik immers een aantal maanden geen inkomsten meer. Het gevolg hiervan is dat ik geforceerd weer bij mijn ouders moest gaan wonen. Bovendien denk ik dat de horeca best open had kunnen blijven met de nodige maatregelen en voorzieningen.

Als ik vooral kijk naar het algemene belang in plaats van mijn eigenbelang, vind ik het onderwijs het belangrijkste. Hier hoeven wat mij betreft geen strenge maatregelen in te komen. Jongeren hebben namelijk een veel kleinere kans om op de intensive care terecht te komen of überhaupt in het ziekenhuis terecht te komen.’

Isa (21), bachelorstudent Sociologie

‘De allerbelangrijkste sector vind ik de zorg. De afgelopen jaren is daar te veel op bezuinigd en nu, in deze crisissituatie, lopen we daar tegenaan. Toch heb ik het gevoel dat we op dit moment geen onderscheid meer horen maken in het belang van verschillende sectoren. In plaats daarvan moeten we beseffen dat alles met elkaar verbonden is. Zo is het goed voor de mentale gezondheid om dingen te ondernemen.

Elke sector biedt die mogelijkheid: voor de een is dat sporten, voor de ander een museum bezoeken en voor weer de ander werk. Ik ben daarom van mening dat het beter is om ofwel alles op slot te doen ofwel alles open te houden met de passende maatregelen. Ik vind het dan ook positief dat er nu weer meer open mag.’

Koen (20), bachelorstudent Geografie, Planologie en Milieu

‘Niets is zo belangrijk als het onderwijs. Studenten bevinden zich in een cruciaal moment van hun leven. Ze leren mensen kennen, proberen te netwerken en doen een poging hun opleidingen af te ronden. Studenten zouden dat niet allemaal achter een computertje in hun kamer moeten doen. In de tijd dat de universiteiten dicht waren zag je dat de mentale gesteldheid van studenten hard achteruit ging en dat zij eenzamer werden. 

Het hoger onderwijs is vaker dicht geweest tijdens de pandemie en dat was ook zeker nodig, maar de laatste keer hadden er wel eerder versoepelingen mogen komen. Toen de vaccinatiecampagne immers op gang kwam, lieten veel studenten zich prikken en bovendien worden zelftesten gebruikt. De universiteiten hadden dus best veilig open gekund.’

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen