Home Artikelen Het Valkhof over de grens

Na jaren aan financiële tegenslagen en lage bezoekersaantallen werd Hedwig Saam in 2018 aangesteld als directeur van het Valkhof Museum. Met een nieuwe visie die zich richt op Nijmegen als grensregio en een grondige verbouwing probeert ze het tij te keren. ‘Mensen op de grens en de grens in de mens, daar gaat het om.’

Het Valkhof Museum bevond zich vijf jaar geleden op het randje van de afgrond. Bezoekersaantallen vielen tegen, waardoor het museum in financieel noodweer verkeerde. In combinatie met een flinke bestuurscrisis in 2017 zorgde dit ervoor dat het museum bijna kopje-onder ging. Vorig jaar heeft het museum groen licht gekregen van de gemeente voor een aanzienlijke verbouwing. Zo wordt de collectiepresentatie vernieuwd en komt er een café met terras aan de voorkant van het pand. In maart is de verbouwing begonnen, waardoor het Valkhof Museum tijdelijk huist in het voormalige ABN AMRO-gebouw aan het Keizer Karelplein. Directeur Hedwig Saam, gekleed in een stijlvolle rode trui met contrasterende paarse rok en hoge zwarte laarzen, staat in dit tijdelijke verblijf ANS te woord.

In 2018 werd Saam aangesteld als directeur om het museum uit het slop te trekken. Ze was toen al directeur geweest van het Nationaal Militair Museum in Soesterberg en van zowel het Museum voor Moderne Kunst als het Historisch Museum in Arnhem. ‘Toen kende ik het Valkhof Museum natuurlijk al’, vertelt ze. ‘Ik keek ernaar met de gedachte: “Wauw, wat een fantastische collectie, daar kun je toch veel meer mee doen dan wat er nu gebeurt.’’’ Als directeur van het Valkhof kan ze nu deze gedachte verwezenlijken. Hoe zal het nieuwe Valkhof Museum er naar de visie van Saam uit gaan zien?

Sinds 2018 bent u directeur van het Valkhof Museum, dat zware jaren achter de rug heeft. Wat was er aan de hand en is de weg omhoog inmiddels ingezet?

‘Het museum heeft een zware bestuurlijke en financiële crisis gehad in de jaren 2015-2017. Daarnaast was het gebouw echt aan renovatie toe en was de collectiepresentatie verouderd. Veel mensen denken nog steeds: “Het Valkhof, oh ja, daar is iets mee aan de hand.” Dat is jammer om te horen, want we zijn al veel verder nu. Het museum presteert goed en financieel hebben we alles onder controle. We hebben een missie, nieuwe visie en bijbehorend beleidsplan. Ondanks corona hebben we succesvolle tentoonstellingen gehad in de afgelopen jaren. De huidige verbouwing gaat ervoor zorgen dat de vaste collectiepresentatie eindelijk wordt vernieuwd, waardoor de nieuwe identiteit van het museum beter naar voren zal komen.’

Wat is de nieuwe identiteit van het Valkhof?

‘Grenzen vormen het centrale thema van onze nieuwe identiteit. Allereerst willen we de grenzen van tijd overschrijden. Doordat de collectie bestaat uit zowel eeuwenoude als hedendaagse kunst, heeft het Valkhof lang geworsteld met haar identiteit: is het een historisch of kunstmuseum? Met onze nieuwe aanpak proberen we niet meer in deze hokjes te denken. We willen aan de hand van een unieke combinatie tussen archeologie en hedendaagse kunst verhalen vertellen die zowel tijdloos zijn als actueel.

Daarnaast zijn ook geografische grenzen belangrijk voor onze nieuwe collectiepresentatie. Al duizenden jaren ligt Nijmegen in een grensgebied. De ontmoeting van culturen die in grensregio’s plaatsvindt, vormt voor ons een belangrijke inspiratiebron. In het vernieuwde museum willen we verhalen vertellen over hoe de grens de mensen in deze regio heeft gevormd.

‘Mensen op de grens en de grens in de mens, daar gaat het om.’

De grenzen waar we onze collectiepresentatie aan gaan ophangen, hoeven overigens niet alleen maar tijdsgrenzen of geografische grenzen te zijn. Je kunt ook denken aan de grens in jezelf, of de grens tussen arm en rijk. Mensen op de grens en de grens in de mens, daar gaat het om.’

Ik zie nog niet helemaal voor me hoe dit wordt uitgewerkt. Kunt u een voorbeeld geven van een dergelijke grensoverstijgende aanpak?

‘Zeker. Neem onze recente tentoonstelling Moving Stories over migratie. We hebben hiervoor archeologische vondsten uit onze collectie gebruikt die al meer dan tweeduizend jaar oud zijn. De Romeinen hebben destijds de lokale bevolking uitgemoord en toen de Bataven, een vriendschappelijke stam, naar deze plek geïmporteerd. Vervolgens is er door die uitwisseling tussen de cultuur van de Romeinen en deze volkeren een nieuwe cultuur ontstaan. Objecten en verhalen over de migratie van toen hebben we gekoppeld aan de migratie van nu. Hiervoor hebben we nauw samengewerkt met mensen met een migratieachtergrond. We hebben hedendaagse kunstenaars werken laten maken van deze verhalen. Dan krijg je dus hedendaagse kunst tegenover objecten van tweeduizend jaar oud. Die combinatie vertelt een verhaal over de vestiging van mensen in Nijmegen uit alle hoeken en windstreken, toen en nu.’

Gaat het museum dan alleen nog maar over Nijmegen als grensstad?

‘Nee, dat niet alleen. Grenzen kunnen zoals gezegd breder worden opgevat. Een thema dat we in het vernieuwde museum een jaar lang gaan belichten, is verzet. Dit heeft eveneens van alles te maken met grenzen: grenzen van wat toegestaan is en machtsgrenzen. Daarbij is verzet al eeuwen kenmerkend voor Nijmegen. We willen verhalen vertellen over verzet die tijdsgrenzen overschrijden, door bijvoorbeeld de Piersonrellen te combineren met de Bataafse Opstand.’

Hoe kunnen jullie op deze manier het roer omgooien als het museum gebonden is aan een vaste collectie?

‘De historische objecten en kunst in de collectie zijn uitermate geschikt, want die komen voor een groot deel uit deze regio. De grens van het Romeinse Rijk, de Limes, liep dwars door waar nu het museum staat en veel objecten in onze collectie zijn hier gevonden. We hebben uit de oudheid en middeleeuwen dan ook echt topstukken. Het Romeinse ruitermasker alleen al, dat is geweldig. Daarnaast hebben we het Nijmeegs Schippers Antependium, dat is een borduurwerk dat ook wel de nachtwacht van de middeleeuwen wordt genoemd.

De hedendaagse kunstcollectie moeten we daarentegen wel versterken. Er is lang geen conservator hedendaagse kunst geweest, maar die hebben we nu wel. Voor de nieuwe inrichting van het museum gaan we nieuwe werken aankopen en opdrachten geven aan kunstenaars.’

Als het Valkhof door middel van hedendaagse kunst maatschappelijk relevante thema’s gaat behandelen, zoals bij de tentoonstelling over migratie, neemt het dan ook een standpunt in?

‘Als museum reik je altijd een perspectief aan, maar we zijn geen politiek instituut. We willen onderwerpen bevragen vanuit verschillende invalshoeken zodat bezoekers er zelf een mening over kunnen vormen. We gooien geen olie op het vuur door te polariseren, maar zetten aan tot gesprek en debat. Ik hoop dat we daarmee een bijdrage leveren aan een open samenleving waar we naar elkaar luisteren. Bij het onderwerp migratie probeerden we dit te doen door te laten zien dat migratie van alle tijden is. Daarmee willen we het onderwerp relativeren. Mensen hebben zich namelijk voortdurend verplaatst over de hele wereld. Het heeft altijd geleid tot fricties of geweld, maar het is een gegeven dat zo oud is als de mensheid zelf. Dat vind ik een troostrijke gedachte.’

‘Ik hoop dat studenten ons gaan ontdekken als plek om even koffie te drinken.’

Hoe denkt u dat deze nieuwe identiteit meer bezoekers gaat trekken?

‘We willen meer bezoekers uit de regio gaan trekken met de verhalen die we vertellen over dit gebied. Ik hoop dat het Valkhof een museum wordt waar je trots op kunt zijn als Nijmegenaar. Er is namelijk veel om trots op te zijn: Nijmegen is de (zelfbenoemde, red.) oudste stad van Nederland en was in de middeleeuwen een knooppunt van handel, religie en cultuur. Er was hier al een gouden eeuw, honderd jaar eerder dan in het westen van het land. We weten te weinig over deze culturele bloei en richten ons te veel op die andere gouden eeuw – of nee, gouden eeuw mag je het natuurlijk niet meer noemen.

Daarnaast denk ik dat het museum zich in het verleden te specifiek op geschiedenisliefhebbers heeft gericht. Die willen we absoluut niet kwijt, maar we hopen het publiek te verbreden door meer actuele onderwerpen te behandelen. We willen zo mensen aanspreken die open-minded zijn. Ook willen we nadrukkelijk diverse en jongere bezoekers trekken. De studenten van de Radboud Universiteit (RU) moeten daar een rol in gaan spelen.’

Momenteel leeft het Valkhof Museum niet echt onder studenten. Hoe willen jullie hier verandering in brengen?

‘Onbekend maakt onbemind. Daarom proberen we al een paar jaar studenten te trekken door entree voor hen gratis te maken. Ik denk dat de verbouwing ook gaat helpen doordat er een café aan de voorkant van het gebouw komt, met een terras erbij en een winkel. Dat wordt een plek om gewoon lekker te zitten. Ik hoop dat studenten ons gaan ontdekken als plek om even koffie te drinken. Daarnaast vind ik dat we meer moeten samenwerken met Nijmeegse culturele instanties die wel studenten weten te trekken, bijvoorbeeld Doornroosje of LUX.

‘Juist ongebruikelijke combinaties zetten je aan het denken.’

Daarnaast proberen we met studenten samen te werken in projecten. Zo zijn we momenteel bezig met de tentoonstelling Into the Black Hole, over zwarte gaten. Deze maken we samen met medewerkers en studenten van de RU ter ere van het lustrum van de universiteit. De tentoonstelling zal later dit jaar zowel op de tijdelijke locatie van het museum als op de universiteitscampus te zien zijn.’

Tot slot, waarvoor hoopt u dat mensen naar het Valkhof Museum zullen gaan in de toekomst?

‘Ik hoop dat mensen straks denken: “Ik ga in het Valkhof hele spannende combinaties zien met prikkelende hedendaagse kunst en verrassende perspectieven.” Juist ongebruikelijke combinaties zetten je aan het denken. Welk onderwerp het ook is, het moet op een onverwachte manier worden gebracht.’

Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 11.

1 Reactie

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen