Na een bizarre afsluiting van hun middelbare schooltijd is hun studententijd ook ongebruikelijk van start gegaan: de eerstejaarsstudenten hebben het niet bepaald makkelijk. Hoe zoeken zij hun sociale contacten en hoe vergaat het online onderwijs ze? Zes eerstejaars studenten vertellen hoe zij het studentenleven tot nu toe ervaren.
Isa Oost en Flora Dooijes– Sociologie
De twee studenten Sociologie, Flora Dooijes en Isa Oost, wonen samen in een studentenhuis in Nijmegen. Oost vertelt: ‘Ik zat met Flora in hetzelfde introgroepje en ik wist dat zij nog een kamer zocht.’ Dooijes vervolgt: ‘Onze intro-ouders zorgden voor een goede sfeer tijdens onze introductie, waardoor we al best goed in contact kwamen met elkaar. Ons introgroepje is ook een beetje onze vriendengroep nu.’ Het groepje organiseert sindsdien af en toe een zoomavond waarbij ze samen drinken, pizza eten en spelletjes spelen.
Daarnaast zijn allebei de meiden via een commissie betrokken bij hun vereniging. Door de coronatoestand was deze keuze snel gemaakt: ‘We zijn allebei wel actief op zoek gegaan naar sociaal contact’, aldus Oost. ‘De studievereniging helpt daar enorm bij.’ De meiden vertellen dat Den Geitenwollen Soc. voor ieder wat wils verzint. ‘Soms organiseren ze een avondje online weerwolven, soms een zoommeeting na een tentamen zodat we kunnen discussiëren over elkaars antwoorden.’
Toch kan het online contact niet als vervanging worden gezien van fysieke samenkomst, volgens Dooijes: ‘Voor eerstejaars die het al lastig vinden om sociaal contact op te zoeken, merk je dat het nu nog eens extra moeilijk is.’
Marieke Camps– Nederlandse Taal en Cultuur
Marieke Camps is heel enthousiast over haar studie: ‘Het is een erg kleinschalige opleiding, waardoor de docenten je snel bij naam kennen, ook in coronatijd.’ Camps had, tot de nieuwe lockdown, twee à drie keer per week fysiek college en door het kleine clubje van ongeveer 25 studenten heeft ze al snel iedereen leren kennen. Ze voelt zich daardoor op haar gemak onder haar medestudenten.
De studievereniging organiseert volgens haar regelmatig activiteiten. Binnen de SVN is er ook een eerstejaarscommissie, waarin eerstejaars activiteiten voor hun jaarlaag kunnen organiseren. ‘Vanuit daar zijn echter nog geen activiteiten georganiseerd. Daar had ik zelf ook geen zin in’, vertelt Camps lachend. ‘Ik weet ook niet echt wat er van zo’n activiteit wordt verwacht.’ Ze legt uit dat de eerstejaars in het begin van het studiejaar wel eens na college op eigen houtje gingen wandelen in het park.
Desondanks onderneemt Camps wel andere initiatieven om wat mee te krijgen van het studentenleven. ‘Door in een studentenhuis te wonen heb ik toch het idee dat ik deel uitmaak van het studentenleven, in hoeverre dat nu kan.’ Verder zit ze bij de toneelvereniging en probeert ze zo nu en dan een ticketuur bij het sportcentrum te bemachtigen. Toch mist ze herkenning vinden in andere mensen. ‘Juist in deze tijd is het fijn om te praten met andere mensen over wat we doormaken. Dat lukt alleen als je elkaar ook in het echt ziet.’
Lucas Timmerman – Natuur- en Sterrenkunde
Het online onderwijs kenmerkt zich met name door ‘zwarte schermpjes’, aldus eerstejaarsstudent Lucas Timmerman. ‘Als mensen hun camera niet aan hebben, zie je de ander al helemaal nooit’, vertelt hij lachend. ‘Ik maak me er door mijn slechte internet zelf ook schuldig aan hoor! Hij zag zijn werkgroep, tot de harde lockdown, daarentegen wel regelmatig. ‘Op donderdag heb ik de hele dag verschillende werkcolleges en practica met een vast werkgroep.’ Hij legt uit dat hij de 25 groepsgenoten op die manier al best goed kent. Timmerman stelt dat die fysieke colleges van belang zijn. ‘Als je dan over de studie praat, merk je dat je daar ook enthousiaster over wordt.’
Timmerman werft zijn sociale contacten vooral via zijn studentenhuis. ‘Ik zit in een dispuutshuis en met mijn huisgenoten organiseren we ook allerlei activiteiten. Op deze manier werkt mijn sociale leven prima.’ Hij legt uit dat hij bewust op zoek is gegaan naar een actief huis vanwege de coronaomstandigheden. Al met al voelt Timmerman zich opgenomen in het studentenleven. ‘Voor zover dat nu kan’, vult hij lachend aan.
Nathalie Beekmans – Bestuurskunde
Nathalie Beekmans zit in het eerste jaar van Bestuurskunde. Ze heeft ongeveer 95 jaargenoten, maar vele daarvan kent ze niet. Ze legt uit wat medestudenten te kennen via de sport- en spelcommissie, waar zij deel van uitmaakt. ‘Ik ben vanwege de coronatoestand bij een commissie gegaan.’ Beekmans vertelt dat ze in het begin enkel contact had met haar introgroepje. Dit breidde zich, ondanks de ietwat lage opkomst, uit door de speciale online borrels die de studievereniging organiseert per jaarlaag en de commissie waarvan zij een onderdeel is.
De student heeft een keer in de week een fysieke werkgroep: ‘Daardoor krijg je pas echt de mogelijkheid om te kijken wie jou ligt.’ Ook hierdoor heeft Beekmans al wat contacten kunnen opbouwen, maar ze merkt op dat het niet voor iedereen zo gemakkelijk is. ‘Sommige eerstejaars zijn heel gesloten. Vanwege de huidige situatie worden die twee verschillende groepen van mensen die het lastig vinden om sociaal contact te leggen en mensen die daar wat beter in zijn, steeds meer uit elkaar getrokken.’
Op kamers gaan was voor haar een andere optie om contacten op te bouwen. Haar huisgenoten dragen hieraan bij. Verder kan Beekmans niet echt stellen dat ze opgenomen is in het studentenleven, al constateert ze dat haar beeld daarvan misschien vertekend was: ‘Ik dacht dat studenten echt alleen maar gezelligheid kenden en veel op stap gingen, maar door de huidige situatie valt dat behoorlijk tegen.’
Tije Martens – Recht & Economie
Tije Martens volgt vooral online onderwijs, waaronder een wekelijks tutoraat. ‘Hierin wordt stof nog eens uitgelegd door ouderejaars. Dit wordt gedaan omdat er nu minder interactie in colleges is.’ Martens vertelt dat hij nu nog maar een keer in de maand fysiek voor een werkcollege naar de universiteit gaat. ‘Ik ken mijn medestudenten in die werkgroep intussen goed en ik voel me bij hen op m’n gemak.’ De student legt uit dat hij door de grootte van de studie de andere honderden studiegenoten niet kent. ‘Toen we nog vaker fysiek college hadden werd het balletje wel eens opgegooid om met een paar man een terrasje te pakken. Dit werd vrij snel niet meer mogelijk, waardoor het sociaal contact snel bergafwaarts is gegaan.’
Voor hem zijn de online activiteiten van zijn studievereniging wel een manier om contact te houden met studiegenoten. ‘Verder is er niet echt een andere manier om sociaal contact op te zoeken in het Nijmeegse studentenleven.’ Door het weinige fysieke onderwijs, heeft Martens zijn kamerzoektocht nog even uitgesteld. Voor hem is dit echter wel noodzakelijk om echt te proeven van het studentenleven.