Home Artikelen In Transitie: Terug naar het nieuwe normaal

Voor je het weet, sta je met een diploma in je handen, begin je aan een grotemensenbaan en is je studententijd voorbij. Columnist en ex-student Aan-Age Dijkstra deelt hier zijn inzichten over zijn overgang van het vrije studentenleven naar een degelijk burgerbestaan.


Op het IKEA-bijzettafeltje stond een stilleven van lege bierflesjes en een zak chips. Her en der lagen herinneringen aan een zojuist gespeeld potje kaart. Terwijl door de stereo een plaat van Fleetwood Mac klonk, ramde mijn huisgenoot met wilde gebaren op zijn luchtgitaar. Hij waande zich even Lindsey Buckingham. De rest van het huis keek geamuseerd toe.

Toen de rust weer enigszins was wedergekeerd, schoot me te binnen dat ik nog iets moest vertellen. ‘Ik heb trouwens een nieuwe baan’, deelde ik kalmpjes mede. Mijn huisgenoten reageerden dolenthousiast en ik nam de felicitaties beleefd in ontvangst. ‘Je blijft er wel nuchter onder’, merkte iemand droogjes op.

Toen ik eerder die dag had gehoord dat ik was aangenomen, deed ik nog een vreugdedansje door mijn kamer. Ik had een baan gevonden bij een leuke organisatie en het werk sloot naadloos aan op mijn interesses. Toch maakte de aanvankelijke vreugde snel plaats voor een somber gevoel. Het telefoontje was als een shot dopamine: de vlaag van euforie was van slechts van korte duur.

Over een paar weken moest ik mijn dagen weer slijten achter een computer.

Ondertussen hadden mijn huisgenoten alweer een nieuw gespreksonderwerp gevonden en bespraken een naderende tentamenweek, maar ik kreeg er slechts flarden van mee. Ik staarde naar mijn bier en overdacht de oorzaken van mijn gelatenheid. Het kwam voort uit de afgelopen werkloze maanden waarin ik me weer even in het studentenleven had gewaand. Net als toen gaf ik mijn leven zin door te doen wat ik nuttig vond, zonder daarbij aan een urennorm te moeten voldoen. Bierdrinken op dinsdagavond was geen enkel probleem en op een zonnige dag kon ik mijn laptop verruilen voor het Waalstrand. Ik had het gevoel dat ik nergens aan vast zat. Over een paar weken was dat leven voorbij en moest ik mijn dagen weer slijten achter een computerscherm.

Terwijl ik mijn huisgenoot zich hoorde beklagen over zijn statistiekvak waarvoor hij het hele semester nog niks had gedaan, realiseerde ik me dat het werkende leven ook zijn voordelen heeft. De structuur van de werkweek, het grotemenseninkomen en het gevoel dat ik me professioneel ontwikkel, waren me tijdens mijn vorige werk goed bevallen. Bovendien raakte ik met mijn nieuwe baan heus niet alle vrijheden kwijt en bood mijn 32-urige werkweek genoeg ruimte voor mijn hobby’s en een studentikoos avontuur op zijn tijd.

‘Iemand nog bier?’, vroeg mijn huisgenoot terwijl hij vijf groene pretcilinders omhooghield. Er moest worden geproost op mijn nieuwe baan. Ik accepteerde het aanbod gretig en mijn gelatenheid maakte plaats voor een tevreden gevoel. Ook tijdens mijn werkende bestaan kon ik dit nog doen, maar voor nu waande ik me nog even de student die denkt dat zijn leven eindigt bij het burgerbestaan.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen