Home Artikelen In vrijheid verdwalen

Al op jonge leeftijd heeft Splinter Chabot een indrukwekkend cv opgebouwd, dat de jongerenpolitiek tot literatuur beslaat. Zowel in zijn eerdere werk als in zijn nieuwste boek, als de Hemel genoeg ruimte heeft, staat Chabots interpretatie van vrijheid centraal. ‘Juist diegenen die tegen de stroom ingaan, maken de samenleving vrijer, breder en opener.’

Het is een regenachtige donderdagochtend als Splinter Chabot de telefoon opneemt. Hij is op dat moment thuis in Amsterdam, wat een uitzonderlijk moment is in zijn drukke week. Nu zijn derde boek, als de Hemel genoeg ruimte heeft, in de winkels ligt, reist hij het hele land af voor talloze interviews en signeersessies. Deze avond staat hem zijn eerste boekpresentatie van het nieuwste boek te wachten, maar de speech die hij daar moet geven heeft hij nog niet kunnen voorbereiden. Met een lach verzucht hij: ‘Ik heb weleens minder wallen gehad, laten we het zo zeggen.’

Het medialandschap is Chabot niet onbekend. Als de voormalige landelijke voorzitter van de Jongerenorganisatie Vrijheid en Democratie (JOVD) verwoordde hij de idealen van liberalisme, in het bijzonder vrijheid, op zijn karakteristieke, charismatische wijze. Gedurende zijn voorzitterschap verscheen hij regelmatig als tafelheer in De Wereld Draait Door en maakte hij ook zelf televisieprogramma’s, zoals SPLNTR!. In 2020 bracht Chabot zijn debuutroman Confettiregen uit en trad hiermee binnen in de literatuur. In al zijn werk lijkt de zoektocht naar de vrijheid om jezelf te kunnen zijn het overkoepelende thema te vormen. Keer op keer verweeft Chabot dit onderwerp in de dingen die hij doet, van politieke speeches tot passages in zijn boeken. Hoe komt dit thema terug in zijn werk en waar vond deze zijn oorsprong?

Sprookjes bestaan

In als de Hemel genoeg ruimte heeft beschrijft Chabot de reis van de vrienden Magnus en Elias. In deze tocht staan naast vriendschap, ook luchtige thema’s zoals verliefdheid en verlangen centraal. In al deze onderwerpen benadrukt Chabot het belang van vrijheid. ‘Ik denk dat in al mijn verhalen altijd een boodschap van vrijheid zal zitten.’ De twee vrienden bezoeken zes betoverende plekken. De omgevingen die zijn karakters bezoeken, omschrijft Chabot op zijn bloemrijke schrijfwijze, waarbij zijn zinnen als rivieren over de pagina’s meanderen. Met zijn stijl zet Chabot zich af tegen de literaire norm door sprookjes met de werkelijkheid te mengen. ‘Als kind mag je in sprookjes en magie geloven, maar als je groter wordt, lijkt het alsof dat niet meer is toegestaan. Sprookjes mogen dan niet in de werkelijkheid zitten. Dan denk ik: waarom zou dat dan niet mogen?’

‘Ik was kapot en emotioneel uitgeput toen het boek af was.’

Hoewel de sprookjesachtige beschrijvingen lichtvoetig zijn, betekent het niet dat het boek geen aandacht schenkt aan zwaardere problematiek. Zo staan de vrijheidsbeperkende interne barrières van de hoofdpersonen centraal: ‘Het ene personage kampt met de duisternis in zijn hersenen. Tegelijkertijd leert de ander dat je altijd alleen bent met je eigen gevoelens en gedachten, hoe dicht je ook bij iemand komt.’ Het schrijven over zulke kwesties woog zwaar op Chabots schouders. ‘Ik denk niet dat ik als de Hemel genoeg ruimte heeft als mijn eerste boek had kunnen schrijven’, zegt hij. ‘Ik was echt kapot en emotioneel uitgeput toen het boek af was.’ Hij ervoer alle gevoelens immer zelf, zo vertelde hij. Ondanks het gewicht van het schrijfproces, ziet Chabot wel het nut in van het behandelen van donkere emoties in zijn boeken, zeker voor de lezer: ‘Ik hoop dat het praten over deze gevoelens de eenzaamheid, die nooit helemaal weg zal zijn, iets minder eenzaam maakt.’

Papieren werkelijkheid

Het tornen aan de normen zoals hij nu in zijn verhalen doet, begon al tijdens zijn studiejaren. Hij startte zijn carrière als student Politicologie, maar werd al snel nieuwsgierig naar de wereld buiten de studieboeken. ‘Studenten leren tijdens de studie de papieren werkelijkheid kennen’, vertelt Chabot. ‘Op een gegeven moment wilde ik daarnaast ook de realiteit zien, omdat ik wilde weten hoe het er met mensen onderling echt aan toe gaat.’ Wegens die interesse werd hij tijdens zijn studie ook actief voor de JOVD, maar Chabot was niet van plan in de toekomst bestuurder te worden in de grote mensenpolitiek. De organisatie fungeerde voor hem als leerschool. ‘Ik heb weleens gezegd dat ik eigenlijk te jong was om de functie van voorzitter te vervullen, omdat ik nog aan het leren was terwijl mensen ook al meekeken. Dat was een heel gekke gewaarwording.’

Chabot koos voor de JOVD vanwege het onafhankelijke karakter van de politieke jongerenorganisatie. Daarbij deelde hij ook het liberale vrijheidsideaal, maar dan wel vanuit zijn eigen, aparte visie. ‘Ik geloof dat in ieder individu iets unieks zit. Juist diegenen die tegen de stroom ingaan, maken de samenleving vrijer, breder en opener.’ Hij is van mening dat in iedereen een kunstenaar schuilt. Hij vertelt gedreven verder: ‘Iedereen zou de kans moeten krijgen en de mogelijkheden moeten hebben om zijn levenswerk te kunnen maken, om zichzelf te kunnen ontplooien.’

Chabot betreurt echter dat dit momenteel niet voor iedereen mogelijk is omdat de sociale normen als onzichtbare wetten de vrijheid van het individu beperken. Chabot heeft de negatieve effecten van deze wetten zelf onder ogen gekregen. Hij illustreert dat aan de hand van een brief die hij ontving naar aanleiding van zijn debuutroman. In de brief wordt het verhaal van Richard beschreven. ‘Nadat hij zijn ouders vertelde dat hij op jongens viel, besloot zijn vader hem te mishandelen’, Chabot vertelt met emotie in zijn stem verder. ‘Hij bleek meer in God te geloven dan in zijn eigen zoon.’ De schrijver vertelt hoe Richard naar zijn beste vriend vluchtte, die hem een plek op de bank aanbood. ‘Toen zijn vriend ‘s ochtends beneden kwam, lag er enkel nog een briefje: “Je was mijn beste vriend, ik hield van je”. Richard had zichzelf die morgen van het leven beroofd.’ Chabot concludeert gefrustreerd: ‘Op papier is veel goed geregeld en mag iedereen zichzelf zijn, maar het zijn juist die onzichtbare wetten die het allersterkst worden nageleefd.’

Gecontroleerd verdwalen

In plaats van deze onzichtbare wetten via de JOVD te benaderen, gebruikte hij daarentegen zijn boeken om een hand uit te steken naar mensen die door deze ongeschreven regels niet de vrijheid hebben om zichzelf te kunnen zijn. Hij schreef daarom, hoewel hij aanvankelijk werd benaderd om een boekje over politiek te maken, de roman Confettiregen over zijn coming-out: ‘Ik wilde laten zien hoe die tocht eruitziet en dat die reis eigenlijk niet zo eenzaam is, omdat er in de schaduw heel veel mensen hetzelfde pad bewandelen.’ Het boek gaf hem de gelegenheid om zijn verhaal onafgebroken te mogen vertellen: ‘In die zin was Confettiregen dan ook een soort keukentafelgesprek dat ik nooit zo vrijuit, uitgebreid en gedetailleerd heb kunnen voeren.’

‘Het boek diende zich aan, ik was helemaal niet van plan om te schrijven.’

Dat het schrijven van een roman onderdeel zou worden van zijn carrière, had Chabot niet voorzien. Hij legt uit dat hij zich door het leven durft te laten leiden en hierbij oog te hebben voor de kansen die zich aanbieden. De zeldzame momenten waarop je echt vrij bent om een keuze te maken, zijn de momenten waarop men controle moet nemen en kansen moet pakken. ‘Het boek diende zich aan, ik was helemaal niet van plan om te schrijven. Toeval is een grote factor in het leven en het is belangrijk om daarin op een gecontroleerde manier verdwaald te raken.’ Chabot kiest er daarbij bewust voor vertrouwen te hebben in het lot. Ook als de Hemel genoeg ruimte heeft zou mede ontstaan zijn door toeval. Hij beschrijft zijn uitgangspunt met een metafoor: ‘Het leven is een heel groot bos: je weet niet waar de paden naartoe gaan en of er een tak of een boom op het pad ligt.’ Hij vertelt dat het belangrijk is vrij door het bos te verdwalen. Hij voegt toe: ‘Op de zeldzame momenten van controle moet je de kansen, die er als mooie stenen op het pad liggen, pakken.’

Wat wil je later worden?

Ook wat zijn toekomstperspectief betreft, wenst Chabot een bepaalde vrijheid te behouden. De schrijver beroept zich namelijk nogmaals op zijn methode van gecontroleerd verdwalen, niet precies wetende waar zijn pad in de toekomst naar leidt. Wanneer de vraag naar een volgend boek rijst, legt Chabot dit duidelijk uit. ‘ Ik weet natuurlijk niet wat een volgend verhaal zal zijn. Dat ontstaat langzaam in mijn hoofd en dat moet daar heel lang liggen.’ Voorzichtig durft Chabot te zeggen dat op een gegeven moment een vervolg van Confettiregen zal komen, maar daar waarschuwt hij: ‘Ik moet nog zien of dat over een, vijf of tien jaar is.’

Hoewel de details van Chabots toekomst nog kunnen worden ingevuld, lijkt het voor Chabot zelf in ieder geval duidelijk dat dit nog lang niet het einde van zijn carrière is. ‘Kinderen wordt vaak gevraagd wat ze later willen worden. Dan wordt verwacht dat ze een antwoord geven in één woord.’ Chabot herkent zichzelf dan ook niet in deze vraag. ‘Waarom zou je maar één ding willen of moeten zijn?’ Chabot hoopt dat ook studenten in zullen zien dat die vraag niet eenduidig hoeft te worden beantwoord. Hij benadrukt dan nog een laatste keer het mooie van het verdwaald raken: ‘Wanneer je een pad hebt gekozen, vergeet dan niet eens om links of rechts te kijken. Misschien zie je dan ook een ander pad liggen dat mooi zou zijn om te bewandelen.’

Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 11.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen