Home Artikelen Interview Gotu Jim: Ewa ja, dat is escapisme

Interview Gotu Jim: Ewa ja, dat is escapisme

Gotu Jim brak in 2018 als student door met het nummer Tweede klas shit. Zijn hiphopmuziek, gekenmerkt door een goede dosis autotune en een zware knipoog, viel vooral bij studenten in de smaak. Tweeënhalf jaar nadat hij afstudeerde, komt zijn tweede album uit. Op welke manier zijn de artiest en zijn muziek veranderd?

In een Amsterdamse koffiebar die zich ergens tussen knus en hipster bevindt, wandelt Jim Lageveen binnen. Lageveen, alias Gotu Jim, is gekleed in een oversized zwarte trui en modieuze laarzen, en draagt een aftandse middelbareschoolrugzak op zijn rug. Met zijn zachte stem en gereserveerde houding komt hij op deze grauwe dinsdag over als een ingetogen jongen. Een paar dagen later, op 13 januari, verschijnt zijn tweede album Niet geslapen, wel gedoucht. ‘We zijn hard bezig met de voorbereiding op de albumrelease en het maken van de nieuwe show’, vertelt hij. De artiest tourt met zijn nieuwe album door het hele land en staat op 11 maart in Doornroosje.

Lageveen brak als tweedejaars student Sociale Geografie aan de Universiteit van Amsterdam door met hiphopnummers die doorspekt zijn met overdreven ervaringen over uitgaan, drugs en vrouwen. De muziek sloeg vanaf het begin aan bij studenten, die de bezongen thema’s herkennen. Dit gaf hem het imago van een studentikoze rapper. Inmiddels is Lageveen al ruim twee jaar student af. De muzikant heeft aangegeven dat er een moment zou komen waarop hij zou moeten accepteren dat zijn studentenleven voorbij was en zich moest beginnen te gedragen in zijn muziek. Hoewel Lageveen nog steeds zijn kenmerkende thema’s en een knipoog in zijn muziek verwerkt, lijkt er emotie en diepgang in het nieuwe album te zitten die in eerder werk ontbraken. Hoe heeft deze ontwikkeling plaatsgevonden en hoe kijkt de muzikant hier zelf naar?

Een studentikoze grap

Het startsein van Lageveens muziekcarrière was een freestyle op een beat van een van zijn jeugdvrienden en producer van veel Gotu Jim-nummers, IJsbrand van Eerdenburg. De freestyle mondde uit in het nummer Tweede klas shit. Van Eerdenburg zette het stiekem op SoundCloud, wat resulteerde in een underground hit. ‘Het is allemaal begonnen als een uit de hand gelopen grap, maar ik kwam erachter dat ik muziek maken heel leuk vind’, glimlacht Lageveen. ‘Ik wilde op een heel overdreven manier zingen over de dingen die ik meemaak als jongen in Amsterdam.’ Hoe spontaan het begin van zijn carrière was, blijkt uit hoe de persoon Jim Lageveen zich tot de artiest Gotu Jim verhoudt. ‘Er is nooit serieus nagedacht over hoe Gotu Jim zou worden vormgegeven’, bekent hij. ‘Het is geen alter ego, maar ligt in het verlengde van mezelf, zonder dat ik weet waar ik ophoud en Gotu Jim begint.’

‘Als studenten mij niet hadden omarmd, was dit nu niet mijn baan geweest.’

Niet iedereen was te spreken over de overdreven teksten in het vroege werk van Lageveen. Een fragment uit een nummer van zijn eerste EP geeft een sfeerimpressie. ‘Slechte assie, geen vloei en tip, in de club dat is Gotu Jim. Een lelijk wijf, maar ja ze pijpt, ewa ja dat is Gotu Jim.’ Drugs, uitgaan en vrouwen komen in elk nummer terug en het laatste thema mondt dikwijls uit in vrouwonvriendelijkheden. ‘Ik kreeg veel commentaar op die vrouwonvriendelijke teksten, wat ik echt wel snap’, begint Lageveen zijn uitleg. ‘Maar mijn bedoeling was om zo erg te overdrijven dat het te dom was voor mensen om serieus te kunnen nemen. Ik vind het heel interessant wat mensen voor waar aannemen in muziek, en wilde daar toen ook een beetje mee spelen.’

De hiphop à la Gotu Jim sloeg goed aan bij studenten en in het bijzonder bij studenten van het corps en traditionele studentenverenigingen. Met name de single Oranje Etiket, die over zwemmen in champagne gaat, werd populair. ‘Ik heb nooit muziek gemaakt met een doelgroep in mijn hoofd. Het is tegelijkertijd best logisch dat de muziek die ik over mijn ervaringen als student maakte, studenten aanspreekt’, verklaart Lageveen. Dat de corporale studenten zulke grote fans zouden worden, had hij echter niet zien aankomen. De populariteit bezorgde hem veel optredens op sociëteiten. ‘Het label van studentenrapper deed me eigenlijk nooit wat. Al moet ik eerlijk zijn, als die studenten mij niet hadden omarmd, was dit nu niet mijn baan geweest’, vertelt de artiest.

Tijd om na te denken

Na enige tijd begon Lageveen meer na te denken over zijn muziek en zijn achterban. De artiest ontwikkelde een dubbel gevoel over zijn populariteit bij studenten. ‘Bij sommige studentenverenigingen was het echt fucking leuk, maar ik ben ook bij verenigingen geweest waar ik nooit meer wil terugkomen.’ De artiest vervolgt met overpeinzingen over de hiërarchische sfeer die hangt bij bepaalde studentenverenigingen. ‘Ik vond dat af en toe best wel ongemakkelijk. Door die slechte ervaringen veranderde mijn kijk op die verenigingen’, bekent Lageveen. ‘Ik heb weleens op het punt gestaan om anti-studentenmuziek te gaan schrijven, om van mijn imago als studentenrapper af te komen,’ vertelt de artiest. ‘Uiteindelijk besloot ik om me niet te laten leiden door wat mensen van mij vinden. Ik ben muziek blijven maken zoals ik dat wil.’ Een deel hiervan is het experimenteren met verschillende stijlen. ‘Ik heb een fase gekend waarin ik serieuze muziek maakte,’ geeft hij als voorbeeld. Lageveen vond de serieuze stijl echter niet bij Gotu Jim passen, waardoor deze muziek niet is uitgebracht.

‘Mijn coping mechanism is het uitschakelen van mijn bezorgde gevoelens.’

Lageveen werd tegelijkertijd zelf wel serieuzer. Hij werd zich meer bewust van de problemen in de wereld om hem heen. Zijn studie Sociale Geografie droeg hieraan bij. ‘Een groot deel van mijn studie ging over de problemen van de toekomst, op het gebied van klimaat, migratie en steden’, vertelt hij. ‘Mijn denkwijze over de toekomst is daardoor wel beïnvloed, met name wat betreft klimaatverandering.’ Naarmate Lageveen meer over het onderwerp leerde, is het hem meer gaan interesseren. ‘Aan het begin van mijn carrière was ik daar nog helemaal niet mee bezig, maar in de afgelopen jaren is dat veranderd. Er is gewoon zo fucking veel gebeurd in de wereld in een korte tijd.’ Lageveens toegenomen kennis over klimaatverandering leverde hem vooral pessimisme op. ‘Ik kwam erachter dat het allemaal faya is, het is gewoon helemaal kut. Mijn coping mechanism op dit moment is het uitschakelen van mijn bezorgde gevoelens, omdat ik nu toch geen bijdrage kan leveren.’

Diepgang in het vluchten

In Lageveens nieuwe album, dat muzikaal experimenteler is dan het eerdere werk, lijkt er nu toch wat pessimisme te zijn doorgelekt. ‘Ik zing nog steeds over de dingen die ik meemaak en leuk vind, maar in het nieuwe album zitten af en toe serieuze momentjes waardoor mensen toch even gaan nadenken’, vertelt Lageveen. ‘De toevoeging van deze extra gelaagdheid is een manier om het voor mezelf leuk te houden, in plaats van steeds dezelfde grap te maken.’ De manier waarop de serieuze thema’s worden aangesneden, komt overeen met de escapistische houding die hij aanneemt tegenover klimaatverandering. In de teksten worden de problemen erkend, maar hij is vooral bezig om eraan te ontsnappen. Zo zingt hij in het nummer After: ‘Ze heeft het over bomen kappen, baby alsjeblieft, stop meer drugs in m’n gezicht.’ Volgens Lageveen is deze houding zelfs alomvattend voor het hele album: ‘Het overkoepelende thema is dat de wereld helemaal kut is, en dat ik me verschuil in de uitgaanswereld en drugs.’

‘Als de wereld moeilijk is, moet je niet ook naar muziek luisteren waar je het moeilijk van krijgt.’

Écht serieus wordt het dan ook niet op het nieuwe album. ‘Ik heb op het moment eigenlijk een heel fijn leven, dus het zou nep aanvoelen om het album helemaal serieus te maken’, zegt Lageveen. ‘Het is altijd mijn kracht geweest om mensen blij te maken met mijn muziek. Als de hele wereld al moeilijk is, moeten mensen niet ook nog naar muziek luisteren waar je het moeilijk van krijgt.’ Een voorbeeld van de humor is terug te zien in de bijdrage van radio-dj Frank van der Lende op het album. Van der Lende kondigt tussen twee liedjes, als de fictieve dj Emo Sjors op Radio 69FM, het volgende nummer van Gotu Jim aan als de ‘Ketaknaller van de week’.

Bij kleine problemen, waarbij hij het gevoel heeft wél impact te hebben, lukt het Lageveen om aan zijn escapisme te ontsnappen. Hij zet zijn bewustzijn over maatschappelijke problemen om in een bijdrage aan een oplossing. Het lied Ik betaal me Stufi niet terug, een collab tussen Hang Youth en Gotu Jim, werd geschreven voor een groot studentenprotest. In navolging van het nummer presenteerde Lageveen de webserie Generatie genaaid voor NPO3 over de problemen van studenten die onder het leenstelsel studeerden, zoals hij zelf deed. ‘Mijn vrienden en ik hebben allemaal een torenhoge studieschuld, dus wij waren echt zuur over die situatie. Nadat het protest was afgelopen, voelde het nog niet alsof mijn bijdrage klaar was’, vertelt hij rustig. ‘Toen ik voor de serie werd benaderd, was het een mooie manier om een extra dimensie aan mijn bijdrage te geven.’ Doordat Lageveens achterban veelal uit studenten bestaat, had hij het gevoel dat het ertoe deed wat hij over het onderwerp zei. ‘Ik zag het ook als een kans om antwoorden te krijgen op vragen die anderen en ikzelf hadden over al het gedoe en gezeik met het leenstelsel.’ Of Lageveen in de toekomst ooit concrete acties gaat ondernemen omtrent klimaatverandering? Als de zesentwintigjarige in de toekomst de kans krijgt om zijn stem en kennis vanuit zijn studie op grotere schaal in te zetten, is hij daartoe zonder te twijfelen bereid. ‘Nu probeer ik vooral nog te ontsnappen. De wereld is kapot, dus waarom gaan we niet heel veel drugs doen?’

Dit artikel staat in ANS-krant 7 (J37).

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen