Home Artikelen Kamervragen: Eline en Joëlle

Kamervragen: Eline en Joëlle

door Pim Dankloff en Julia Meilink

In Kamervragen gaan twee studenten op ontdekkingstocht in elkaars kamer en speculeren ze over de persoonlijkheid, activiteiten en vreemde trekjes van de bewoner. Kunnen ze uitvinden wat voor persoon er achter de kamer schuilgaat? Deze editie: Eline en Joëlle.

Om verdere verspreiding van het coronavirus te voorkomen, bekijken de deelnemers elkaars kamer virtueel. Daarbij filmen ze om de beurt hun kamer terwijl de ander meekijkt via Skype en commentaar geeft. Beide deelnemers hebben daarbij hun geluid uit staan zodat hun identiteit nog even geheim blijft. De persoon die meekijkt geeft aanwijzingen via de chat.

Eline op bezoek bij Joëlle

Met flink wat gekraak, wordt een deur geopend waarna een grote kamer verschijnt met aan alle kanten veel spulletjes. Direct wordt ingezoomd op een kledingrek rechts naast de deur. ‘Ik zie een heleboel zwart’, constateert Eline. Vanwege de topjes die ze ziet hangen, concludeert ze al snel dat hier een vrouw woont. Dan komt er meer in beeld: allerlei boeken, posters en spulletjes liggen netjes uitgestald in een stellingkast naast het kledingrek. Eline herkent de titel van een dikke pil genaamd Genderstudies van de gelijknamige masteropleiding en suggereert dat de bewoner die volgt. Nadat ze verschillende kristallen heeft gezien op het bovenste plankje van de kast en een hindoeïstische poster veronderstelt Eline geïnteresseerd: ‘Ze is denk ik veel bezig met spiritualiteit.’ Er wordt niet voor alle zielen in de kamer goed gezorgd: ‘Oh, een dode plant’, zegt Eline sipjes. Haar gezichtsuitdrukking verandert wanneer er een oerwoud aan bloeiend groen in de vensterbank verschijnt. ‘Oke, ik neem terug dat ze een slechte plantenverzorger is’, zegt ze.

Naast het raam staat een kleine stoel met daarop een platenspeler. Eline concludeert dat de bewoner van oude muziek houdt wanneer ze een aantal platen uit de jaren tachtig voor ogen krijgt. Dat oordeel nuanceert ze als ze vervolgens een festivalposter van Woo Hah ziet. ‘Misschien ligt de focus wel meer op Hip-Hop.’ Het beeld verplaatst zich vervolgens naar een grote, glazen bak. ‘Zit daar een beest in?’ vraagt de student zich af. Het terrarium blijkt vol te zitten met wandelende takken. ‘Grappig dat ze die heeft, maar ik zou er zelf niet voor kiezen.’ Het is niet het enige soort insect waar Eline zich over verbaast. Als de tour bij het bed aankomt, ziet ze namelijk een vlindermes. ‘Dat zou ik echt niet aan mijn bed hangen’, huivert Eline. Wat dit over de persoon zegt, weet ze niet te vast te stellen.  

De camera draait naar het plafond boven het bed en een geschilderde sterrenhemel komt in beeld. ‘Dat is echt heel vet’, complimenteert Eline. Veel meer heeft ze niet op te merken en ze sluit af: ‘Wat een toffe kamer met al die planten.’

Joëlle op bezoek bij Eline

Bij binnenkomst ziet Joëlle direct een wollig kleedje dat over een stoel hangt: ‘Dat verlinkt wel dat het een meisje is’, zegt ze vol overtuiging. Er komt een kleine en strak ingerichte kamer in beeld. ‘Het compacte toont dat ze praktisch en simpel is’, zegt Joëlle zelfverzekerd, wijzend op de slim opgeborgen spullen op plankjes in de bovenste hoekjes van de kamer. Hoewel de ruimte klein is, heeft de bewoner voor iedere woonactiviteit een aparte hoek gemaakt. Er is een hoogslaper voor het slaapgedeelte en er staat een bank met een televisie om te relaxen. ‘Ik denk dat ze vanwege de coronacrisis veel in haar kamer zit’, zegt Joëlle. ‘Het is er echt op ingericht dat je erin kunt leven.’ Dan komt de andere kant van de kamer in beeld. Daar is een een zeer opgeruimde tafel te zien. Vanwege het grote aantal highlighters dat erop ligt, kan Joëlle het gemakkelijk als bureau identificeren. ‘Die markers heb je als je veel literatuur moet lezen en dus een talenstudie doet’, vermoedt Joëlle. Toch voegt ze nog een mogelijkheid toe: ‘Het zou ook Rechten kunnen zijn, daarvoor moet je veel jurisprudentie lezen.’ 

Joëlle leidt daarnaast ook uit het opgeruimde bureau af dat het om iemand gaat die haar studie erg belangrijk vindt. Daarom wordt de werkplek goed op orde gehouden. Bovendien is er veel ruimte om te schrijven. Op basis daarvan concludeert ze dat het om een eerstejaars moet gaan: ‘Eerstejaars schrijven nog, net zoals op de middelbare school. Oudere studenten zijn daar volgens mij al mee gestopt.’ Als vervolgens een kast wordt gefilmd waarin een boek staat met ‘Recht’ erop, is de link gauw gemaakt met de eerder genoemde studie. De camera draait naar een koelkast en Joëlle wacht met spanning af welk stukje persoonlijkheid ze hieruit kan afleiden. Vol enthousiasme roept ze: ‘Een avocado. Ze is vast veganist, die hebben altijd een avocado.’ Toch kent de bewoner ook ongezondere gewoontes, zo blijkt wanneer er een collectie speciaalbiertjes tevoorschijn komt. De detective heeft ook over het uitgaansleven haar theorie al klaarliggen. ‘Dat doet ze het liefst in het weekend, doordeweeks is voor studie gereserveerd.’

Vragenuurtje

Tijd voor de confrontatie: hadden de studenten het bij het juiste eind of sloegen ze de plank compleet mis?

Na wat technische moeilijkheden breekt Joëlle (19, eerstejaars Algemene Cultuurwetenschappen) het ijs: ‘Studeer je Rechten en ben je eerstejaars?’ Eline (21) bevestigt het eerste, maar moet haar daarna teleurstellen. ‘Ik ben vierdejaars, jij doet Genderstudies toch?’ Joëlle ontkent dit en vervolgt direct met de dringende vraag of Eline van avocadotoast houdt. ‘Hoe heb je dat geraden?’ reageert deze verrast. ‘Ik zag de avocado in je koelkast’, onthult Joëlle anticlimactisch. Ze hebben met elkaar gemeen dat ze allebei vegetariër zijn, maar er zijn ook verschillen. Zo zou Eline nooit met een mes boven haar bed slapen. ‘Ik houd van streetwear en dit soort messen horen daarbij’, verklaart Joëlle. ‘Ik vertrouw mannen bovendien niet.’ Voor Eline rest dan nog steeds de vraag waarom het op deze plek hangt. Ook hier komt een logisch antwoord op. ‘Ik moest het ergens neerleggen en in al mijn kasten liggen stenen met goede energie’, zegt Joëlle nonchalant. ‘Daar kan ik natuurlijk geen mes naast leggen.’ 

‘In al mijn kasten liggen stenen met goede energie.’

Tevreden met de verklaring verandert Eline het onderwerp naar muziek. ‘Ik dacht dat je muzieksmaak uiteen loopt van hiphop naar oude muziek.’ Joëlle bevestigt: ‘Ik luister naar elke soort muziek, ik catch iedere vibe.’ De twee kletsen gezellig door over muziek en uitgaan, waarna Joëlle haar aanname over Eline vertelt: ‘Ik had het idee dat je studie voor de leuke dingen komt.’ Deze ene aanname waarop Joëlle zo’n beetje haar gehele karakterschets baseerde, blijkt een schot in de roos. ‘Ja dat klopt’, beaamt Eline droogjes. Ter afsluiting begint Joëlle nog over de wandelende takken, waar ze blijkbaar nodig vanaf wil: ‘Ik heb er twintig, ik probeer ze aan iedereen kwijt te raken.’ Gauw biedt ze er nog een aan Eline aan en wijst op een pot waar het beestje prima in zou passen. Eline bedankt voor het aanbod en stelt dat ze het wel leuk zou vinden om Joëlle nog eens in het echt te ontmoeten.

Wil jij een wandelende tak? Mail dan naar redactie@ans-online.nl

Dit artikel verscheen eerder in de ANS-krant.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen