In Kamervragen gaan twee studenten op ontdekkingstocht in elkaars kamer en speculeren ze over de persoonlijkheid, activiteiten en vreemde trekjes van de bewoner. Kunnen ze uitvinden wat voor persoon er achter de kamer schuilgaat? Deze editie: Susi en Ramon.
Susi op bezoek bij Ramon
Bij binnenkomst in Ramons woonkamer valt Susi’s blik gelijk op een kooi rechts van de ingang. ‘O mijn god, is dat een hamster? Nee, een konijn!’ Ze draait zich om en ook van de rest van de overvolle kamer is ze gelijk gecharmeerd. Haar aandacht wordt getrokken door grote ingelijste foto’s en akoestische schuimpanelen die aan de grasgroen geverfde muur hangen.
Het focuspunt van het interieur is een reusachtig beeldscherm met immense luidsprekers aan weerszijden. Susi loopt richting de open kasten ernaast en ontdekt hier van alles: een uitgebreide cameraverzameling, cameralenzen, bordspellen, een boel elpees en nog meer speakers. ‘Er staat hier zo veel techniek. Als ik moest gokken, zou ik zeggen dat hier een man woont‘, zegt ze. Als ze een microfoon ziet, deduceert ze dat hij een creatieveling moet zijn. ‘Hij neemt zijn eigen muziek op, of misschien is hij wel Twitch-streamer of DJ. Zo’n geluidsinstallatie gebruik je niet om alleen naar muziek te luisteren.’
Wanneer Susi aankomt bij de vensterbank, ontdekt ze achter een rij lege speciaalbiertjes een wereldkaart. Hierop zijn een hoop landen uitgekrast, van Peru tot China. ‘Misschien zijn dit de landen waar hij ooit is geweest’, bedenkt ze. Vervolgens richt ze haar aandacht op de houten kisten achterin de kamer, die als boekenkast functioneren, en bladert ze door een aantal professioneel uitziende vakantiefotoboeken. ‘Zou hij deze zelf hebben gemaakt? De titels van de fotoboeken komen ook overeen met de uitgekraste landen op de wereldkaart’, denkt Susi hardop. Op de foto’s in de boeken ziet ze een figuur meermaals langskomen. ‘Dit moet hem zijn.’
Susi betreedt de kleine aparte slaapkamer en vindt daar een gitaar. ‘Daarmee begeleidt hij zichzelf dus’, zegt ze, versterkt in haar oordeel over de creatieve aard van de bewoner. Ook in deze kamer hangt abstracte kunstfotografie aan de muren. ‘Heel aesthetic, net als in de woonkamer. Hij studeert sowieso iets met kunst, of is er in ieder geval mee bezig’, luidt Susi’s eindoordeel. Onder de indruk van Ramons volle kamer loopt ze weer naar buiten. ‘Hij woont hier vast al een lange tijd. Ik zou ook wel in zo’n gezellige kamer willen wonen.’
Ramon op bezoek bij Susi
In Susi’s goed verwarmde kamer begint Ramon gelijk te zoeken naar hints over de bewoner. Dit blijkt pittig: aan de spierwitte muren valt geen enkele vorm van decoratie te bespeuren. ‘Ik vermoed dat deze hier oorspronkelijk al stond’, zegt Ramon als hij gaat zitten op de SSH&-oranje stoel aan de linkerkant van de kamer. Hierna inspecteert Ramon de lamp, het scheefgeplaatste bureau en het nachtkastje, die ook in SSH&-huisstijl zijn. ‘Als ik de hele vibe zie, denk ik dat de bewoner hier nog niet lang woont. Misschien een halfjaartje ofzo’, gokt Ramon. Dit vermoeden wordt bevestigd als hij haar paspoort in de lade onder het bureau ziet liggen: Italiaans. ‘Een international, dan zal de bewoner hier vast op uitwisseling zijn.’ Hij schroomt om het paspoort open te slaan. ‘Het voelt toch fout om in andermans persoonlijke spullen te kijken.’
Een kijkje in Susi’s opslagkast aan de rechterkant, die Ramon als minder privé beschouwt, verraadt meer. ‘Aan de föhn zie ik dat hier een vrouw woont’, zegt hij. Verder ziet hij een yogamat, een weegschaal en een paar gebruikte gympen. ‘Een sportieve, stoere chick’, specificeert Ramon, omdat er in de kledingkast veel leer hangt en Susi’s cosmeticaverzameling beperkt is. Voorzichtig bladert hij door een schrift met collegeaantekeningen. ‘Log, neural models? Ik denk dat ze Artificial Intelligence of Psychologie studeert’, denkt Ramon hardop. Door de cowboyhoed die hij vindt neigt hij uiteindelijk naar Artificial Intelligence. ‘Toevallig weet ik dat er onlangs Beestfeest was, met space cowboy als thema. Waarschijnlijk bèta dus’, zegt Ramon, onwetend dat Artificial Intelligence niet onder de bètastudies valt. Een andere blikvanger is de grote hoeveelheid zonnebrillen. ‘Ze is echt héél Italiaans’, concludeert Ramon hieruit. ‘Ze zal wel gewend zijn aan veel zon. Dat verklaart misschien ook waarom de verwarming zo hoog staat.’
‘Hier woont iemand die niet veel van interieur houdt’, vat Ramon samen aan het einde van zijn rondje door Susi’s short-staykamer. ‘Maar goed, zelf woon ik al vier jaar lang op dezelfde plek, en in die tijd bouw je behoorlijk wat rotzooi op,’ nuanceert hij. ‘Dit is daarentegen een echte internationalkamer, met zo weinig spullen. Toch staat alles schots en scheef. Ik zou hier gek worden.’
Vragenuurtje
Tijd voor de confrontatie: hadden de studenten het bij het juiste eind of sloegen ze de plank compleet mis?
Op deze druilerige middag begeven de twee studenten zich naar café St. Anneke. Susi (22, Computing Science) drukt direct haar verwondering uit: ‘Je kamer is echt vol, in tegenstelling tot die van mij.’ ‘Dat is nou net het eerste dat mij aan jouw kamer opviel!’, antwoordt Ramon (23, Bedrijfskunde). Susi legt uit dat ze pas sinds het begin van het academisch jaar in Nijmegen woont. ‘Ik kwam hier met alleen twee koffers’, vervolgt ze. ‘In augustus ga ik terug naar de Technische Universiteit Wenen.’ Ramon reageert verbluft: ‘Maar je bent Italiaans, toch?’ ‘Ik kom uit Zuid-Tirol, Duits is mijn moedertaal’, verklaart Susi. Gevraagd naar de cowboyhoed schiet ze in de lach. ‘Die was voor carnaval, niet voor Beestfeest!’
De aandacht verschuift naar Ramons identiteit. Susi dacht aan de hand van de vele spullen een goed beeld van hem te hebben gekregen, maar blijkt er toch naast te zitten. ‘Je studeert iets met kunst toch?’, vraagt ze. ‘Ik studeer bedrijfskunde!’, onthult Ramon. ‘Ik run een fotografiebedrijf, waarmee ik voor allerlei klanten fotografeer, waaronder de universiteit en het Radboudumc.’ Op de vraag of hij hiermee zijn reisgedrag financiert, knikt hij instemmend. ‘Ik probeer minstens één keer per maand het huis uit te gaan, al is het maar een kort tripje met mijn auto naar Duitsland.’ Bezorgd vraagt Susi naar de opvang van het konijn tijdens zijn reizen. ‘Ach, je hebt Jasper gezien!’, roept Ramon lieflijk uit. ‘Die breng ik dan meestal onder bij mijn ouders.’
De rest van Ramons spullen blijken ergens anders toe te dienen dan Susi verwachtte. Zo is de audio-installatie niet voor muziek bedoeld, maar voor films, en vormt die samen met het beeldscherm een heuse privébioscoop. ‘Neem je dan wel eens muziek op met je gitaar?’, vraagt Susi. ‘Och nee, gitaar speel ik allang niet meer’, lacht Ramon. ‘De microfoon gebruik ik voor videobewerkingsopdrachten voor werk.’
‘Waarom heb je van alle Nederlandse universiteiten voor de Radboud gekozen?’, vraagt Ramon tegen het einde van het gesprek. Nijmegen bleek de enige plek in Nederland te zijn waar Susi vanuit haar thuisuniversiteit heen kon. Vóór haar uitwisseling had ze geen hoge verwachtingen, maar eenmaal aangekomen is ze helemaal weg van de stad. ‘Het is hier prachtig, met het strand en al het groen’, vertelt ze. ‘Ik heb het hier ontzettend naar mijn zin.’
Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 9.