Home Artikelen Lisa Westerveld: ‘Student, laat je niet opjagen’

Lisa Westerveld: ‘Student, laat je niet opjagen’

Tweede Kamerlid Lisa Westerveld stond in haar jonge jaren namens studentenvakbond AKKU en de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) op de barricades te vechten voor studentenbelangen. Inmiddels heeft ze de vakbonden ingeruild voor GroenLinks, maar haar focus op het onderwijs is ze niet kwijtgeraakt. Nu de basisbeurs terugkeert spreekt ANS haar over de samenhang tussen studentenwelzijn, activisme en het actieve studentenleven.

Op een zonnige lentemiddag stapt Lisa Westerveld vrolijk het ANS-kantoor binnen, waarna ze zich meteen vergaapt aan de vele ANS-kranten die daar op de muren zijn geplakt. Voor de politicus, die tussen 2001 en 2010 aan de Radboud Universiteit (RU) studeerde en in een gedeelte van die periode AKKU-secretaris was, is het een ware trip down memory lane. Enthousiast begint ze verhalen uit de oude doos te vertellen, over haar strijd voor de RU-studenten en veelal tegen het College van Bestuur (CvB). ‘Kijk, dit ben ik als het goed is’, zegt ze trots terwijl ze wijst naar een voorpagina uit 2002 met daarop een foto van een AKKU-demonstratie. Op de foto is een groepje studenten te zien dat een immens groot spandoek aan de Waalbrug heeft geknoopt met daarop de tekst ‘Hoger onderwijs: verhandel het niet.’

De ANS van december 2002.

De foto is tekenend voor Westervelds studentenperiode. Als secretaris van Studentenvakbond AKKU en later als voorzitter van de LSVb zette zij zich volop in voor studentenbelangenen en organiseerde meerdere demonstraties en protestacties. Dertien jaar later zet ze zich in de Tweede Kamer nog steeds in voor studentenbelangen. Ze heeft meegewerkt aan de terugkeer van de basisbeurs en de versoepeling van het bindend studieadvies (bsa), maar dat is volgens haar geenszins genoeg om een cultuurverandering te bewerkstelligen, iets dat zij nodig acht om de diepere problemen in het onderwijs te verhelpen. Wat zijn deze problemen volgens haar en wat geeft ze de nieuwe lichting studenten mee om daarmee om te gaan?

Recentelijk is het jaarlijkse rapport van de onderwijsinspectie uitgekomen waarin zorgen over het studentenwelzijn worden geuit. Hoe is het volgens u gesteld met het studentenwelzijn?

‘Het hangt er vanaf naar welke groep je kijkt. Een deel kan zich prima redden in het hoger onderwijs, maar je ziet natuurlijk ook een groep die het heel zwaar heeft. Het is bekend dat voor een deel van de studenten corona een grote rol heeft gespeeld. Studenten ervaren echter al langer een enorme druk om te presteren en hebben daardoor stress. Daar zijn we nu erg laat bij.’

Is die prestatiedruk er nu meer dan in uw tijd?

‘Ja, dat denk ik wel. Het begint al op jonge leeftijd. Steeds meer kinderen worden gepusht om zo hoog mogelijk te scoren voor de Eindtoets Basisonderwijs (de opvolger van de Cito-toets, red.). Onder andere met behulp van bijlessen en examentrainingen, met als doel om havo of vwo te halen. Dat zie je ook in de cijfers: er zijn veel meer havo- en vwo-klassen, terwijl beroepsopleidingen naar mijn mening veel minder worden gewaardeerd. Dat leidt tot een enorme toestroom op de hogescholen en de universiteiten. Zijn jongeren dan met zijn allen een stuk slimmer geworden, of komt het door die enorm hoge prestatiedruk? Het tweede natuurlijk.

‘Die enorme toestroom proberen universiteiten vervolgens in goede banen te leiden door middel van allerlei rendementsmaatregelen. Als je niet binnen een bepaald aantal jaar afstudeert of een bepaald aantal studiepunten haalt in je eerste jaar vormt dat een probleem. Naast dat studenten moeten voldoen aan de eisen, moeten zij tegelijkertijd werken en hun cv opvullen. Hierdoor is er steeds minder ruimte voor studenten om zichzelf te leren ontdekken, om flink op hun bek te gaan en daarvan te leren.’

Waar komt die cultuur van prestatiedruk dan vandaan?

‘Ik denk dat het zeker een rol heeft gespeeld dat er een aantal generaties van toonaangevende politici zijn geweest die telkens aan studenten vertelden dat ze niet goed genoeg hun best deden en dat ze vooral niet te lang over hun studie mochten doen. Zo heeft premier Balkenende ooit bij de opening van het academisch jaar een heel verhaal bij elkaar gekletst over de zesjescultuur die zogenaamd heerst in het hoger onderwijs. Dat vond ik echt nergens op slaan.

‘Bezuinigingen zijn misschien goed voor de rendementen, maar niet voor de studenten.’

‘Verder wilde Mark Rutte in zijn tijd als staatssecretaris bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een systeem van leerrechten invoeren. Daarnaast pleitte het CDA heel lang voor een langstudeerboete, vanuit het idee dat lang studeren slecht voor je zou zijn. Dat is misschien slecht voor de rendementen, maar niet voor de studenten.’

Gaat dat rendementsdenken dan puur om geld? Want hoe het stelsel nu is opgebouwd is het vooral rendabel als universiteit om zo snel mogelijk studenten uit te poepen, als het ware.

‘Er is jarenlang bezuinigd op het hoger onderwijs, waarmee je natuurlijk ook het mes op de keel van de instellingen zet. Het bekostigingssysteem is inderdaad zo ingericht dat het financieel het meest rendabel is dat iedereen binnen vier jaar afstudeert. Als het zo moeilijk is voor instellingen om financieel overeind te blijven, snap ik dat ze meer druk gaan zetten op studenten. Het is nu gewoon het goedkoopste om zoveel mogelijk studenten in één college te proppen, maar dat zorgt niet voor het beste onderwijs. Het was trouwens al jarenlang duidelijk dat er meer dan een miljard euro te weinig was bekostigd voor het hoger onderwijs, maar het heeft lang geduurd voordat dit tot de coalitie doordrong.’

Heeft GroenLinks in de afgelopen twintig jaar genoeg gedaan om deze problemen te verhelpen of te voorkomen?

‘Nee, ook wij hebben de afgelopen jaren veel te weinig gedaan met het onderwijs. Nog steeds doen we veel te weinig. Ik zou willen dat ik voor de portefeuille hoger onderwijs meer tijd had en ook nam, want ik vind dat we daar echt steken laten vallen. We zijn er wel mee bezig: ik blijf debatten voeren en gesprekken houden met studenten. Daarnaast ben ik ook bezig met een initiatiefnota voor het verbeteren van de medezeggenschap. Maar het is ook moeilijk, want we komen met acht kamerleden al niet goed toe aan alle portefeuilles die we hebben.’

We zien dat het actieve studentenleven onder druk staat. Komt dat ook door het rendementsdenken?

‘Ja, al vanaf het eerste jaar hoor je dat je vooral bezig moet zijn met studeren, dat je niet te veel mag uitlopen en dat je een negatief bsa krijgt als je te weinig studiepunten haalt. Dan snap ik wel dat studenten veel minder tijd hebben om daarnaast nog actief te zijn op de campus.

‘Er moet veel meer gekeken worden naar een brede definitie van studentsucces om ervoor te zorgen dat studenten het meeste uit hun studietijd halen. Voor sommigen betekent dat fulltime studeren en voor anderen betekent dat een bestuursfunctie. Daar moet veel meer ruimte voor komen. We moeten studenten de verantwoordelijkheid geven over hun eigen studieloopbaan. Ze zijn gewoon volwassen en betalen flink veel collegegeld. Waarom kunnen zij dan niet zelf met de juiste studiebegeleiding hun eigen loopbaan uitstippelen? Studenten moeten ook de mogelijkheid krijgen om grote fouten te maken. Dít is de tijd om te struikelen en ervan te leren. En dan kost het je maar een jaar, hoe erg is dat nou in een mensenleven?’

Waarom is het actieve studentenleven zo belangrijk?

‘Actieve studenten dragen bij aan een gevoel van gemeenschap, waardoor er veel meer binding ontstaat met de universiteit. Je krijgt daardoor gemotiveerdere studenten en beter onderwijs. Ook voor de persoonlijke ontwikkeling is het goed. Ik heb zelf zo veel gehad aan het bestuursjaar bij AKKU. Het wiel uitvinden over het draaiende houden van een vereniging, het bijhouden van een ledenadministratie, het opmaken van een begroting en het schrijven van een jaarverslag: dat zijn allemaal dingen waar je de rest van je leven baat bij hebt. Daarnaast leerde ik in de studentenraad veel door in de clinch te liggen met het CvB. Je mag het af en toe inhoudelijk totaal met elkaar oneens zijn. Dat is nu nog steeds nuttig als ik met de minister een discussie heb.’

Tegelijkertijd trekken studenten niet grootschalig hun mond open als het gaat om de problemen waar zij mee te maken hebben. Waar komt dat door?

‘Ik denk dat dat ook met de prestatiedruk te maken heeft. Ik baal er echter wel van. Dan denk ik: “kom op jongens!” Je kunt wel een brandbrief schrijven, wat ook goed is, maar ga iets radicaler te werk als het echt zo slecht is gesteld met het actieve studentenleven.

‘Ik snap tegelijkertijd wel dat je minder mondig bent als je het risico loopt om van je opleiding te worden gegooid. Met de prestatiedruk en alle barrières komt namelijk een afhankelijkheidsrelatie kijken. Als jij weet dat je ongeacht het aantal punten dat je haalt gewoon mag door studeren ben je veel minder afhankelijk. De studentenorganisaties moeten veel onafhankelijker worden van het CvB, daarom zou ik ook willen dat de studentenraad zelf gaat over de hoeveelheid bestuursmaanden die besturen krijgen. Dan ben je niet afhankelijk van het CvB en kun je echt zeggen wat je vindt.’

‘Durf fouten te maken! Word actief in het studentenleven en ga op kamers, daar steek je zoveel van op.’

Wat zou u willen meegeven aan de nieuwe lichting studenten die deze maand begint?

‘Ik kan niet zoveel met studenten die alleen maar gaan studeren en daarna weer naar huis gaan. De individuele keuze snap ik wel, maar ik vind het erg zonde als je op die manier je studentenleven inricht. Ga dus niet mee in het rendementsdenken, laat je niet opjagen. Ik snap dat het moeilijk is, maar misschien wordt het iets makkelijker als de basisbeurs weer terugkomt – al impliceert dat wel weer dat een studie vier jaar duurt. In het begin ben je misschien nog veel bezig met studeren en een kamer vinden omdat het een grote overgang is, maar ga daarna ontdekken wat je leuk en interessant vindt. Er zijn zoveel leuke studentenorganisaties waar je actief kunt worden en veel kunt leren. Durf fouten te maken! Word actief in het studentenleven en ga op kamers, daar steek je zoveel van op.’

Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 1.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen