In Tijdgeest wordt iedere editie het verleden, heden en de toekomst van de kijk op een fenomeen of ontwikkeling besproken. Deze editie: Lezen.
Wanneer heb jij voor het laatst voor je plezier een boek gelezen? Hoewel sommigen in hun vrije tijd nog altijd vluchtig met natte vinger pagina’s omslaan en gulzig verhalen opslokken, blijkt dat velen het scherm boven het boek verkiezen. Dit vertaalt zich naar cijfers: Nederlandse kinderen hebben de laagste leespleziercijfers van Europa en als gevolg van ontlezing worstelen 2,5 miljoen Nederlanders met laaggeletterdheid. Hoe heeft de maatschappelijke kijk op lezen zich over de jaren ontwikkeld en zal lezen in de toekomst opnieuw weerklank vinden bij het grote publiek?
Verleden: Eliteratuur
Lang werd lezen gezien als dé manier om jezelf te ontwikkelen. Met name in de achttiende-eeuwse Verlichting was dat idee alomtegenwoordig. De gedachte dat het verkrijgen van kennis zou leiden tot een succesvol leven en een betere samenleving werd toen steeds gangbaarder. Lezen was niet alleen een manier om kennis op te doen, je kon je ook sociaal en moreel ontwikkelen. ‘Je kon jezelf bijvoorbeeld spiegelen aan wat je las en zo leerde je wat goed en slecht gedrag was’, stelt Feike Dietz, hoogleraar Mondiale dynamiek van de Nederlandse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Lezen was in de ogen van mensen dus een deugd en dat was terug te zien in de kinderliteratuur: ‘Je zag in verhalen dat braaf lezende kinderen opgroeiden tot succesvolle mensen met geld en kennis.’
Deze zelfontwikkeling was tot aan de twintigste eeuw vooral weggelegd voor de bovenklasse. De elite had immers het geld om boeken te kunnen kopen en studeren was in de bovenlagen van de samenleving vanzelfsprekend. ‘Als je tot de elite behoorde, sprak het voor zich dat je veel las’, vertelt Jeroen Dera, universitair docent Nederlandse Letterkunde aan de Radboud Universiteit. ‘Iemand uit de arbeidersklasse had geen toegang tot boeken. Die waren te duur en tijd om te lezen was er niet. Boeken zijn daardoor heel lang een manier geweest waarmee de elite zich kon onderscheiden van het volk.’ Lezen vormde dus een statussymbool. ‘Een directeur van een chique bedrijf was iemand met een boekenkast’, illustreert Dera.
Er ontstond een groep nieuwe lezers, die het statussymbool van de elite ging consumeren.
Het idee dat lezen een elite-activiteit is, begon pas te veranderen in de 20e eeuw. Toen ontstond er een middenklasse, die ook toegang kreeg tot de boekenwereld. Daardoor ontstond er een grote groep nieuwe lezers, die het statussymbool van de elite ging consumeren. ‘Als reactie wilde de elite zich afzetten tegen de massa. Zij zetten de nieuwe lectuur van de middenklasse weg als lagere cultuur’, vertelt Dera. Zo ontstond een tegenstelling tussen massa- en elitecultuur. ‘Er werd een onderscheid gemaakt tussen hoogstaande literatuur en de goedkopere, minder literaire boeken die de massa las, zoals streekromans en detectives’, stelt de docent.
Het idee dat er hoogstaande literatuur bestaat die tegenover lagere lectuur staat, heeft tot op de dag van vandaag impact op het literatuuronderwijs. De literatuur kwam eenzaam op een voetstuk te staan. Dietz: ‘Het idee dat literatuur een verheven kunstvorm is, werkte in het onderwijs ook een scheiding in de hand tussen literaire en zakelijke teksten. In het achttiende-eeuwse leesonderwijs zien we die scheiding helemaal niet: daar leren kinderen dat ze literaire stijlfiguren in allerlei soorten teksten en media kunnen tegenkomen.’
Heden: Lekker online lezen
De opkomst van nieuwe media, zoals televisie en sociale media, zorgden voor een verschuiving van de rol die het boek in de samenleving innam. ‘Nieuwe media leggen minder beslag op je cognitieve vermogen en zijn daardoor makkelijker om te consumeren’, aldus Adriaan van der Weel, emeritus bijzonder hoogleraar Book- and Digital Mediastudies aan de universiteit Leiden en co-auteur van het boek De lezende mens. Door de komst van nieuwe media, verliest het boek dus aan populariteit.
Volgens Ruud Hisgen, co-auteur van De lezende Mens en docent Nederlands heeft de populariteit van nieuwe media ook gevolgen voor de manier waarop we lezen. ‘We verliezen het diep lezen’, stelt hij. Dat is een tekst analytisch lezen, waarbij je de bedoelingen en motieven volledig probeert te doorgronden. Hisgen: ‘Dat zorgt ervoor dat je informatie beter opslaat. Daarnaast train je hiermee het kritisch reflecteren op teksten.’ Dera stelt dat het verlies grote gevolgen kan hebben: ‘Als men slechter wordt in kritisch lezen, kan de rol van desinformatie groter worden. Mensen kunnen dan geen echte teksten meer van neppe teksten onderscheiden.’ Het heeft zelfs nu al gevolgen, zo stelt Van der Weel. ‘Kijk maar naar Baudet. Te weinig mensen weten hem goed te ontkrachten, dat is levensgevaarlijk.’
‘Als men slechter wordt in kritisch lezen, kan de rol van desinformatie groter worden. ‘
Door digitale media lezen mensen daarentegen meer dan ooit. ‘Het zijn echter allemaal korte, eenvoudige teksten’, stelt Van der Weel. Daardoor is de drempel om een roman te lezen nog verder verhoogd. Boeken lezen was al inspannend, maar door alle korte berichten is het contrast tussen de twee heel groot geworden. Hij stelt dat de leesmotivatie voor boeken op een heel diep punt ligt. ‘Het idee is vaak: “O god, nu moet ik weer lezen. Waar is dat voor nodig? We hebben toch digitale media?”’ Een typerend voorbeeld van hoe we naar lezen zijn gaan kijken, is volgens Dera de manier waarop de overheid omging met boekenwinkels tijdens de coronapandemie. ‘De boekhandels moesten dicht blijven. De minister zei: “Mensen willen liever naar de Zara dan naar de boekhandel.”’ Het toont volgens Dera dat lezen niet als een belangrijke bezigheid wordt gezien.
Een nieuwe ontwikkeling in de leescultuur, aldus Dera, is Booktok. Dat is een opkomend genre op TikTok waar influencers boeken bespreken met hun volgers. ‘Je ziet dat er een groep is die door Booktok gaat lezen. Er ontstaat een subcultuur omheen en dat werkt door in de verkoopcijfers.’ Boekenwinkels gaan daar ook naar cateren: vaak zijn er in boekenwinkels tafels vol met Booktok-boeken. ‘Veel boeken die op TikTok populariteit genieten, zijn echter geen rijke teksten die het taal- en denkvermogen stimuleren. De boeken die populair zijn op Booktok zijn vaak makkelijke kost’, stelt Dera.
Toekomst: Terug naar toen
Volgens Dietz is het vak Nederlands momenteel volop in ontwikkeling en worden er stappen gezet om de literatuur uit isolement en in de maatschappelijke discussie te trekken. ‘Ik zie dat er de laatste tijd bij het schoolvak meer aandacht is voor de onderzoekende kant van lezen, waarbij reflectievermogen en maatschappelijk bewustzijn belangrijker zijn’, vertelt zij. ‘Leerlingen kunnen literatuur zo gaan zien als een middel tot reflectie. Nu zien zij literatuur vaak als iets afgezonderds waarbij je niet met je voeten in de klei staat’, stelt Dietz. Zij is hoopvol over de kansen voor literatuur. ‘Als je leerlingen laat zien dat literatuur ook gaat over thema’s waar ze zich al mee bezig houden, zoals klimaat of inclusiviteit, zien ze dat het minder ver van ze af staat dan ze denken’, aldus de hoogleraar.
‘Ik stel voor dat iedereen op school drie keer per week een heel lesuur leest.’
Het schoolvak Nederlands is van belang voor de maatschappelijke visie op lezen, want volgens Hisgen en Van der Weel gaat deze niet uit zichzelf veranderen. ‘Verandering komt in dit geval niet van onderaf. De Booktokkers zijn in de minderheid’, stelt Van der Weel. Om de problemen van ontlezing te voorkomen moeten beleidsmakers volgens de auteurs daarom geen genoegen nemen met functioneel lezen, het lezen omwille van iets anders zoals communicatie of informatie, en moet er bij Nederlands op school meer worden gefocust op diep lezen.
Volgens Dera zal de politieke blik op lezen de belangrijkste rol spelen in de verandering van de maatschappelijke. Daarin staat wederom het vak Nederlands centraal. ‘In de vrije tijd verliest het boek het namelijk van de telefoon. Ik stel daarom voor dat iedereen op school drie keer per week een heel lesuur leest’, stelt Dera. ‘Anders krijgen we een generatie die niet meer in staat is een lang stuk te overzien.’ Wanneer dit verplicht lezen gepaard gaat met een boek dat goed matcht met de leerling, kan dit invloed hebben op het algehele leesplezier. ‘Als je leerlingen een boek geeft dat ze echt iets doet, zullen ze ontdekken dat lezen leuk is.’ Daar is politieke wil voor nodig. ‘Een docent kan alleen het juiste boek voor een leerling kiezen als hij diegene goed kent. Dat kan niet zonder kleinere klassen, en daar is overheidssteun voor nodig.’
Dit artikel staat in ANS-krant 10.