Home Artikelen Nietsvermoedende Nederlanders: Natte nuchterheid

We vinden het heel normaal om een tikkie te sturen voor vijf euro of met veertien graden zomerkleding uit de kast te trekken, maar is dat wel zo gewoon? Sophia van Engelshoven, die als eerstejaars student Culturele Antropologie het sociaal culturele gedrag van samenlevingen bestudeert, onderzoekt wat het Nederlandse volk kenmerkt en of zij nietsvermoedend een ‘echte’ Nederlander is. 

Enkele dagen na de heropening van de terrassen zag ik vanuit mijn raam donkere wolken naderen. Ik wierp een blik op de Lange Hezelstraat, waar de terrassen nog altijd bomvol zaten, en kon niet anders dan met verbazing toekijken hoe mensen met windkracht vijf en een onheilspellende lucht boven hun hoofd toch buiten een drankje gingen doen. Er leek geen hoosbui, storm, of kou te zijn die deze Nederlanders van hun gereserveerde terrastafel kon krijgen.

In de context van de maandenlange lockdown, waarin we binnen zaten en het sociale leven moesten beperken tot gesprekken met onze huisdieren, is dit geen gek fenomeen. Toch is het niet de eerste keer dat ik mensen door weer en wind naar buiten zie gaan. Misschien is dit gedrag ontstaan tijdens onze rebelse tienerjaren. Met gebrek aan een rijbewijs, auto of iemand die ons overal naar toe kon brengen, werden we gedwongen om ook met slecht weer op de fiets te stappen. Aangezien een felgele regenponcho niet acceptabel is voor veroordelende pubers, dealden we ermee dat we kletsnat zouden worden. We zijn waarschijnlijk zo vaak verregend tijdens deze helse fietstochten dat het ons ondertussen niks meer doet.  

Het Nederlandse volk heeft een ‘niet aanstellen’ mentaliteit.

Ondanks de bijdrage van deze fietstochten aan de onverschilligheid voor hondenweer, denk ik dat Nederlanders inherent over een laconieke houding beschikken. Het Nederlandse volk heeft een ‘niet aanstellen’ mentaliteit, zeker als het gaat om een beetje regen en wind. Hoewel we alsmaar klagen over het slechte weer, gaan we er met onze nuchterheid wel doorheen. Het is niet voor niks dat wij een spreekwoord hebben toegewijd aan de situatie. ’Ik ben toch niet van suiker’ zal je buiten Nederland niet horen, behalve dan misschien de gebrekkige Engelse versie op het moment dat Louis van Gaal een interview houdt. Deze nuchterheid is dus, zonder dat we het doorhebben, typerend voor Nederlanders. 

Zo zat ik even geleden met een groep in het park toen de donkere wolken kwamen opzetten. We kregen te horen dat het een korte bui was en besloten unaniem om te blijven zitten. Het was immers maar een beetje regen, iets waar we prima doorheen konden zitten. Na afloop van de intense bui kon ik echter geen onderscheid maken of ik met kleding aan in een zwembad was gevallen of twee minuten in de regen had gezeten. Dat was het moment waarop ik mij realiseerde dat ik net zo was als al die mensen die ik nog zo raar had aangekeken toen ze met windkracht vijf aan hun terrastafel bleven zitten. 

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen