Home Artikelen Praat Nederlands met me

Colleges worden onderwezen met handen en voeten terwijl er op de achtergrond wordt gegrinnikt om de Dutchisms van studenten en docenten. Steeds meer opleidingen verengelsen, met als gevolg de achteruitgang van de toegankelijkheid en de kwaliteit van het universitair onderwijs. De RU moet daarom een stop zetten op de verdere verengelsing van haar opleidingen.

Op de Radboud Universiteit (RU) wordt momenteel 27 procent van de bacheloropleidingen en 57 procent van de masteropleidingen volledig in het Engels aangeboden. Landelijk liggen deze percentages nog hoger, respectievelijk 28 procent en 77 procent. Door het grote aandeel Engelstalige masteropleidingen worden bacheloropleidingen hier gaandeweg ook op ingericht. Annette de Groot, emeritus hoogleraar Taalpsychologie en tevens mede-initiatiefnemer van een oproep aan de Tweede Kamer in 2019 om de Nederlandse taal in het universitair onderwijs beter te beschermen, waarschuwt voor de verdringende verengelsing. ‘Je ziet het al gebeuren: vanwege de verengelsing in het hoger onderwijs gaan steeds meer middelbare scholen zich afvragen of ze tweetalig onderwijs moeten aanbieden. Zo kunnen beslissingen bovenin het onderwijsbestel dus tot verengelsing over de hele linie leiden’, vertelt de hoogleraar.

Dit is problematisch omdat niet iedereen toegang heeft tot tweetalig onderwijs en de ontwikkeling van bovenaf dus inboet aan kansengelijkheid voor Nederlandse studenten. De internationale studentengemeenschap op de RU vormt slechts tien procent van de studenten. Met het huidige aanbod zouden zij dus goed uit de voeten moeten kunnen. Voor de Nederlandse studenten die onderwijs willen volgen in hun moedertaal is het verder verengelsen een inperking van hun mogelijkheden. Daarom moet de RU met de trend van de verengelsing breken en geen Nederlandstalige opleidingen meer tot Engelstalig omdopen.

Radboud voor de regio

De RU vermindert door de verengelsing de toegankelijkheid van het onderwijs voor sommige Nederlandse studenten en verloochent zo haar eigen identiteit. Die identiteit is namelijk anders dan bij andere grote universiteiten. ‘De RU is een emancipatie-universiteit en heeft relatief veel regionale instroom. Ze staat voor kansengelijkheid en wil mensen opleiden voor wie de universitaire wereld nieuw is’, stelt Klaas Landsman, hoogleraar Wiskunde aan de RU. De verengelsing staat haaks op deze ideologie omdat er een groot verschil zit tussen de Engelse taalvaardigheid van eerstejaars Nederlandse studenten. Een talenknobbel wordt daarmee een vereiste om academisch te excelleren. Daarnaast verschuift de RU van een universiteit voor de regio naar een internationale universiteit.

De RU vermindert door de verengelsing de toegankelijkheid van het onderwijs voor Nederlandse studenten.

Juist de studenten die de RU wil emanciperen komen door de verengelsing in de knel. Youri, Radboudalumnus Bedrijfskunde, heeft dat aan den lijve kunnen ondervinden. Hij fietste met gemak door zijn Nederlandstalige bachelor heen, maar het lukte hem vervolgens niet om zich te specialiseren met de Engelstalige master Strategic Management. De oud-student schreef zich ondanks veel inspanning toch uit: ‘Bijna alle masteropleidingen die ik kon doen waren in het Engels, ik had vrijwel geen keuze. Het lijkt alsof studenten die van nature goed Engels kunnen of tweetalig onderwijs hebben gevolgd een voorsprong hebben.’ Daarom is het van groot belang dat de RU dit stopzet en geen opleidingen meer verengelst.

Van taal kun je leren

De verengelsing komt ook niet ten goede aan de kwaliteit van het onderwijs: in een tweede taal kun je namelijk minder goed leren. ‘Taal is een steunpilaar bij leerprocessen’, stelt De Groot. Het is volgens haar een middel om concepten begrijpelijk te maken. In een tweede taal heb je aanzienlijk minder woorden tot je beschikking om bij die kennis te kunnen. ‘Door het onderwijs te verengelsen, ontneem je studenten en docenten het optimale middel om kennis te verwerven’, aldus De Groot. ‘Onderzoek wijst uit dat de leerprestaties in de tweede taal minder zijn dan in de moedertaal, ook bij mensen die die tweede taal op een hoog niveau beheersen’, vervolgt ze. Ook docenten, zelfs als zij redelijk goed Engels spreken, brengen volgens De Groot stof beter over in hun moedertaal. ‘Je zegt in de tweede taal wat je kunt zeggen en niet wat je bedoelt te zeggen’, stelt ze. ‘Het komt regelmatig terug in evaluaties over docenten die niet in hun moedertaal doceren. Aangezien hun woordenschat beperkter is, kiezen ze vaak woorden die niet precies de nuance pakken die nodig is’, vertelt De Groot.

Dit merkt hoogleraar Landsman ook in zijn vak. Hij wil de bachelor het liefst zo veel mogelijk in het Nederlands houden. ‘Wiskunde is een talige studie. Je leert namelijk een taal die voor een deel uit formules en symbolen bestaat’, legt de hoogleraar uit. ‘Uit ervaring kan ik zeggen dat er ontzettend veel nuance verloren gaat als je het praten over die nieuwe taal ook nog in een taal doet die je maar half beheerst: het Engels.’ Youri kan daarover meepraten. Hij koos bewust voor een Nederlandstalige bachelor. Daarbij was veel vakliteratuur al in het Engels, maar werd het wel in het Nederlands uitgelegd. In de master was dat anders: ‘Bij de Engelse hoorcolleges werd precies hetzelfde verteld als wat je hebt gelezen. Dat snapte ik dus niet.’ De Groot stelt dat goed onderwijs erin zou moeten slagen om de abstracte wetenschappelijke stof uit te leggen aan de hand van voorbeelden uit de omgeving, in het Nederlands dus.

Allemaal academici

Een veelgehoord argument voor de verengelsing op universiteiten is dat het studenten beter zou voorbereiden op de academische toekomst. Het Engels fungeert immers als universele wetenschapstaal en een masteropleiding is de laatste horde richting een academische carrière. Het merendeel van de masterstudenten belandt echter niet in de academische wereld, maar op de Nederlandse arbeidsmarkt. Zo stonden in 2019 tegenover 47.488 afgestudeerde masterstudenten 4956 gepromoveerden, blijkt uit cijfers van DUO en Universiteiten van Nederland. Volgens cijfers van de Taalunie uit 2016 is op de Nederlandse arbeidsmarkt nog voor 70,9 procent het Nederlands de voertaal. De Groot ziet het somber in: ‘De student ontwikkelt niet meer het niveau van het Nederlands dat eigenlijk nodig is om optimaal te kunnen presteren op de arbeidsmarkt. De Nederlandse vakterminologie wordt niet meer verworven.’ De functie van de universiteit is tweeledig, het is een wetenschappelijke instelling waar hoogwaardig onderzoek wordt verricht en tegelijkertijd studenten tot experts op de arbeidsmarkt opleidt. Die tweede functie wordt door de verengelsing verwaarloosd.

‘Je krijgt een eenheidsworst van opgeleiden.’

Richting een monocultuur

Door te verengelsen trekt de RU meer internationale studenten aan, maar het onderwijs wordt niet diverser. Volgens critici veroorzaken Engelstalige opleidingen zelfs een monocultuur op de universiteit. Studenten komen namelijk niet meer in contact met bronnen in andere talen dan het Engels. ‘In veel Engelstalige opleidingen kun je al geen Nederlandstalige bronnen meer gebruiken’, verklaart De Groot. Naast het verdwijnen van de Nederlandse taal, verliezen studenten ook hun vaardigheden wat betreft meertaligheid. ‘Het is nu heel moeilijk geworden om specialisten op te leiden die diepgaande kennis hebben van Franse, Italiaanse of Spaanse bronnen’, vertelt Lotte Jensen, hoogleraar Nederlandse Literatuur- en Cultuurgeschiedenis. De Groot vreest dat studenten hierdoor te eenzijdig worden opgeleid: ‘Je krijgt een eenheidsworst van opgeleiden.’ Wereldwijd gaat het universitair onderwijs op elkaar lijken. Door te verengelsen vermindert de RU haar toegankelijkheid en levert het kwalitatief minderwaardig en eenzijdiger onderwijs.

Dit artikel verscheen eerder in ANS-krant 5.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen