Vanmiddag vond op de campus van de Radboud Universiteit een protest plaats voor Oekraïne. De meeste aanweizge demonstranten zijn studenten en zijn aangesloten bij de groep Nijmegen4Ukraine. Op het Erasmusplein vroegen zij aandacht voor de situatie in Oekraïne.
Vanmiddag hield de groep Nijmegen4Ukraine een protest op het Erasmusplein. Met posters vroegen de demonstranten aandacht voor de situatie in Oekraïne. Sofiia (17, Biology) is een van hen en komt zelf uit Oekraïne: ‘Met het protest willen we aandacht vragen voor de situatie, want wat daar gebeurt is vreselijk.’
Elke dag een protest
Sinds afgelopen zaterdag houdt de groep elke dag een protest. ‘Het initiatief kwam vanuit een Oekraïense medewerker van de RU en op de derde dag waren er al honderdvijftig mensen aangesloten’, vertelt Sofiia. ‘Het is fijn om te merken dat we veel steun krijgen’, voegt ze toe.
De protesten vinden niet alleen op de campus plaats, maar ook in het centrum van Nijmegen. ‘Tijdens de demonstraties schreeuwen we leuzen om aandacht te trekken en praten we met voorbijgangers’, zegt de student. Toch denken de demonstranten erover na om niet elke dag meer te gaan protesteren: ‘We merken dat steeds wat minder mensen zich aansluiten. Daarom zullen we het misschien alleen nog in de weekenden doen of op belangrijke dagen.’
Naast protesten zamelt Nijmegen4Ukraine ook hulpgoederen in voor mensen in Oekraïne. ‘Dit loopt ontzettend goed’, zegt Sofiia hoopvol. De spullen die ze inzamelen zijn onder andere medicijnen, dekens en lang houdbaar voedsel.
Terug naar Oekraïne?
Sofiia heeft familie in Oekraïne en is bang voor de veiligheid. ‘Ik heb erover nagedacht om terug te gaan en te helpen om de situatie te stoppen’, vertelt ze. Haar ouders hebben haar echter gevraagd om in Nederland te blijven en pas terug te keren als het weer veilig is in Oekraïne. ‘Bovendien ben ik ook maar een student van zeventien jaar en kan ik helemaal niet vechten’, zegt Sofiia. Daarnaast noemt ze als reden om hier te blijven dat het erg moeilijk en gevaarlijk is om nu naar Oekraïne te gaan. ‘Daarom hoop ik op deze manier een steentje te kunnen bijdragen’, legt ze uit.