Voor de een is de introductieweek een kennismaking met en een nieuwe stad, voor de ander is de intro een kennismaking met een heel nieuw land. Zondag verwelkomde studentenhuisvester SSH& bij vier complexen een nieuwe lichting internationale studenten van de Radboud Universiteit (RU).
Medewerkers van SSH& stonden afgelopen zondag bij de ingangen van complexen Vossenveld, Hoogeveldt, Galgenveld en Boeckstaetehof om net aangekomen internationale studenten een warm welkom te heten. Het was een feestelijk onthaal, compleet met slingers, ballonnen en een heuse rode loper.
Het ging om eerstejaars- en uitwisselingsstudenten met een short-stay contract: ze mogen hun kamer voor maximaal één jaar huren. Nadat ze de sleutel van hun kamer hebben opgehaald in het Sportcentrum op de campus van de RU, werden ze per bus vervoerd naar hun nieuwe thuis. Daar deelden SSH&-medewerkers niet alleen snoep en ranja met de bewoners, maar ook praktische tips over het leven in hun nieuwe onderkomen. Internationals van de HAN zijn vorige week al aangekomen in Nederland.
Wegwijs in een nieuw land
Het advies van de SSH&-medewerkers is soms hard nodig, bleek al gauw. Zo waren er een paar studenten die problemen hadden met hun sleutels en wisten sommigen hun wasmachine niet te vinden, vertelt Sigrid, die vandaag namens SSH& aanwezig is bij complex Vossenveld om hulp te bieden bij dit soort problemen. ‘Wij zorgen ervoor dat ze hier goed aankomen.’
Ondertussen krijgt Sigrid een spervuur aan vragen over zich heen. Hoe spreek je Jumbo uit, is het Jum-bo of Joem-bo? Wat moet je doen als je je raam niet goed dicht krijgt? ‘En als ik ziek word, kan ik dan ook SSH& bellen?’ vraagt een licht panikerende internationale student. ‘Nee, daarvoor is het alarmnummer 112’, stelt Sigrid haar gerust.
‘Al met al is het sfeertje goed’, concludeert Sigrid. ‘Het is mooi weer en de meeste studenten zijn opgelucht dat ze zijn aangekomen, het is voor velen een lange reis.’ Sommigen arriveren met hun ouders. ‘Die zijn soms wél lastig, ze stellen veel vragen en hebben veel eisen’, lacht ze.