Vandaag ontvangen Martine Hoogman en Chiara Beneduce, onderzoekers aan de Radboud Universiteit, allebei de Early Career Award. Dit is een prijs voor jonge onderzoekers die een innovatief en origineel onderzoeksidee hebben. ANS sprak met beide onderzoekers over hun ideeën.
De Early Career Award is een prijs van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen en wordt vandaag uitgereikt aan twaalf onderzoekers, waaronder Hoogman en Beneduce. De prijs die Hoogman en Beneduce per persoon ontvangen bedraagt vijftienduizend euro en een kunstwerk. Met dit geld kunnen ze hun ideeën ontwikkelen en uitvoeren.
Een compleet plaatje van ADHD
Hoogman doet al vijftien jaar onderzoek op verschillende gebieden naar mensen met ADHD. ‘Ik heb zowel genetisch onderzoek gedaan als hersen- en cognitieonderzoek gedaan’, vertelt ze. Het doel hiervan was om een beter begrip te krijgen van ADHD. Het plaatje was volgens haar echter nog niet compleet. ‘Op een gegeven moment heb je door dat alle beperkingen inmiddels wel zijn onderzocht. Toch hoor je ook veel positieve verhalen over mensen met ADHD’, stelt Hoogman. ‘Je kan denken aan creativiteit, behulpzaamheid en enthousiasme’, geeft ze als voorbeeld. De onderzoeker vertelt dat de wetenschap hier nog weinig aandacht aan heeft besteed en dat zij zich daarom hierop wil richten. ‘Ik denk dat het in kaart brengen van de positieve effecten van ADHD een heel vernieuwend element zal zijn’, zegt ze enthousiast.
Dit onderzoek zou de levenskwaliteit van mensen met ADHD kunnen verbeteren, zo verwacht Hoogman. ‘Het bewustzijn van de positieve kanten kan er namelijk al voor zorgen dat mensen eerder accepteren dat ze ADHD hebben’, legt ze uit. Daarnaast kan de omgeving bijdragen aan de levenskwaliteit. ‘De personen in de kring rondom de mensen met ADHD kunnen dan mogelijk beter inspelen op de positieve en negatieve kanten van iemand met ADHD.’
Hoogman is van plan dit te onderzoeken door aan een grote groep mensen met ADHD te vragen welke kenmerken bij hen passen. ‘Dit doen we door zelf studies op te zetten en aan te sluiten bij lopende studies’, vertelt Hoogman. Als eenmaal duidelijk is dat bepaalde kenmerken samenhangen met ADHD, wil de onderzoeker hier ook een verklaring voor vinden. ‘We begrijpen er op dit moment nog heel weinig van’, geeft ze als reden.
De link tussen filosofie en exacte wetenschappen
Beneduce focust op een heel ander onderwerp. ‘Ik doe onderzoek naar de intersectie van de geschiedenis van filosofie, de geschiedenis van exacte wetenschappen en de filosofie van de exacte wetenschappen’, zegt Beneduce. ‘Ik probeer wetenschappelijke vraagstukken te plaatsen in hun historische en filosofische achtergrond’, legt ze uit. Als voorbeeld geeft Beneduce haar huidige studie naar tastzin: het vermogen om aanraking te kunnen waarnemen. Huidig onderzoek hierover bevat volgens haar veel filosofische vragen. ‘Hoe nemen we de wereld waar en hoeveel zintuigen hebben we eigenlijk?’, noemt de onderzoeker. In haar onderzoek toont Beneduce dat deze filosofische vragen helemaal niet nieuw zijn in de exacte wetenschappen.
De link tussen filosofie en exacte wetenschappen laat ze zien door naar late middeleeuwse teksten te kijken. ‘Deze zijn fascinerend om twee redenen’, zegt Beneduce. ‘Ten eerste zijn de meeste teksten die ik interpreteer nog in manuscript.’ Als tweede reden geeft ze dat er in deze tijd geen strikte scheiding was tussen filosofie en exacte wetenschappen. ‘In de late middeleeuwen waren filosofen ook exacte wetenschappers en vice versa’, legt Beneduce uit.
Deze link tussen filosofie en exacte wetenschappen is vandaag de dag echter niet meer zo sterk als vroeger. Toch is deze interactie volgens haar tegenwoordig nog steeds belangrijk. ‘Ze gaan samen om onze huidige uitdagingen in de wereld te begrijpen’, stelt de onderzoeker.