Home Artikelen Van het Lijf: Florerend figuur

Wie : Jannes Kruidenier (19), eerstejaars Sociologie
Stijl : Florerend figuur

Hoe zou jij je stijl omschrijven? 

‘Mijn stijl is vintage en doet denken aan de jaren zeventig en tachtig. Het bevat elementen van traditionele mannenkleding, zoals een stropdas en een jasje. Dit combineer ik graag met kleurrijke en vrouwelijke items. Zo draag ik nu een colbert met een kilt. Deze geruite wollen rok kreeg ik een jaar geleden cadeau van een Schotse kennis. Hij was ervan overtuigd dat het kledingstuk voor mij was gemaakt. Daarnaast draag ik oorbellen en lak ik mijn nagels.’

Hoe heb je je stijl ontwikkeld?

‘Vroeger droeg ik gewoon T-shirts en spijkerbroeken: de H&M- flop era. Ik vond kleding nooit zo spannend. Van het kleurenpalet van de meeste winkels word je ook een beetje depressief, vooral als je naar de mannenafdeling gaat. Er zijn daar drie kleuren: zwart, donkerblauw en met een beetje geluk bordeauxrood. Toen een vriendin mij in de vierde klas meenam naar een tweedehandskledingwinkel, vond ik dat eigenlijk wel leuk. Ik zag daar veel meer verschillende kleuren en stijlen. Sindsdien ben ik echt met kleding bezig. Zo leerde mijn moeder me hoe ik mijn eigen kleding kan maken en repareren. Als er een gaatje in de stof zit, los ik dit bijvoorbeeld op door er een hartje in te borduren.’

Je mengt mannelijke kleding met vrouwelijke elementen. Zit daar een gedachte achter? 

‘Naast dat ik het vooral mooi vind, ben ik van mening dat je je niet te veel moet houden aan normen en regeltjes. De kledingstijl van mannen is over het algemeen meer rigide dan die van vrouwen, daar kan ik me aan ergeren. Wat ik ook vreselijk vind zijn kakkers die haast opgeblazen in hetzelfde, drie jaar oude en inmiddels te kleine pak rondlopen. Dat vind ik er gewoon echt niet uitzien. Ik denk dat je kleding moet dragen omdat je het mooi vindt, in plaats van om aan de sociale standaarden te voldoen.’

Hoe reageren anderen op deze normoverschrijdende stijl?

‘Het roept vaak gemengde reacties op. Mijn baas zei een keer tegen me: “Jannes, ik zie dat je altijd nagellak draagt en ik heb geen vooroordelen hoor. Maar…” Nadat hij meerdere keren iets soortgelijks had gezegd, dacht ik: “Ja, je kan me ook gewoon vragen of ik homo ben.” Op straat zie ik ook weleens oude mensen minachtend kijken. Dat vind ik altijd wel grappig. Vroeger was ik meer bezig met wat zulke mensen van me dachten, nu vind ik het niet meer zo interessant. Ik kleed me namelijk zo ver van de norm af, dat ik toch wel buiten de boot val. Mijn zelfvertrouwen is gegroeid naarmate ik me meer met kleding bezig ging houden. Als mensen mijn kleding zien, zullen ze wellicht denken: “Dat is een figuur.” Maar ja, misschien ben ik dat ook wel.’

Dit artikel staat in ANS-krant 4.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen