Er is al zo veel negativiteit in de wereld, dat mensen best wat meer positiviteit kunnen gebruiken. Student Nederlandse Taal en Cultuur Marieke Camps bekijkt de dingen graag optimistisch en schrijft over wat er gebeurt als je (soms iets te) optimistisch in het leven staat.
Kan iemand mij vertellen hoe ik op tijd kan komen?
In mijn 22ste levensjaar kom ik nog steeds vrijwel zonder uitzondering te laat. Ik val maar meteen met de deur in huis, want dat doe ik ook altijd als ik tien minuten te laat op mijn afspraak verschijn, vergezeld door een hijgende sorry en een verontschuldigende grimas.
Nu ik mezelf al zo’n 22 jaar aan het verontschuldigen ben, is het misschien tijd om me af te vragen of ik ook op tijd kan komen.
Bijtijds verschijnen doe je niet alleen voor jezelf. Dat besefte ik gelukkig al in de eerste klas van de middelbare school. Mijn samenfietsvriendinnetje begon op een gegeven moment namelijk foto’s te maken van de McDonaldsklok op ons afspreekpunt, om aan te tonen dat ze écht wel vijf minuten op me had gewacht voordat ze in haar eentje doorfietste naar school. Zo kwam dus niet alleen ik, maar ook zij te laat. Het ergste is dat ik nu, tien jaar later, nog steeds niets geleerd heb van dit besef: Anderen wachten nog steeds op mij.
Ja, vrienden, ik vind het zelf verschrikkelijk om jullie, soms letterlijk, in de kou te laten staan. Met te-laat-smoesjes, die ik in al die jaren toch wel tot een bewonderenswaardig hoog niveau heb gebracht, ben ik inmiddels ook maar gestopt, want dat blijkt nog vervelender dan gewoon zeggen dat je te laat vertrokken bent (en dat de brug openstond is in Nijmegen ook wel erg onwaarschijnlijk). Ik wíl dus wel op tijd komen en wacht met smart op het moment dat mijn benen op tijd de deur uit wandelen.
Maar met alleen wachten kom je natuurlijk nergens. Actie dient ondernomen te worden om mij op tijd te laten komen! Daarom las ik een tijdje geleden, in de hoop op tips om zonder al te veel haast en moeite op tijd ergens te verschijnen, een boek over te laat komen. Hierin komt de auteur onder andere tot de conclusie dat te-laat-komers vaak iets te optimistisch in het leven staan. Warempel! Ik voelde me bijna een goed mens.
Cultuur speelt volgens het boek ook een rol. In Italië komen mensen bijvoorbeeld standaard 40 minuten te laat. Tijd lijkt voor hen minder belangrijk, je komt gewoon wanneer het je uitkomt en degenen die op je wachten genieten ook van hun gewonnen tijd. En bovendien: Als je allebei veertig minuten te laat komt, dan kom je in principe allebei op tijd, toch?
Ik ben een tijdsmatige Italiaan die vastzit in een Nederlands tijdsritme. En misschien moet ik me dat maar gewoon toeëigenen. Dan snappen mensen dat ik niet op tijd kom en hoef ik me ook niet meer te verontschuldigen. En wie weet kom ik zonder druk wel ineens op tijd, (iets te) optimistisch ben ik namelijk nog steeds. Zo ook over het op tijd inleveren van deze column (Sorry redactie).