Home Artikelen Radboudkosmos: Voor en na college komt de fiets

Radboudkosmos: Voor en na college komt de fiets

Van de kleinste spin die aan een web werkt in de hoek van een collegezaal tot het Erasmusgebouw als hoogste toren an de stad: Alles is een element in de kleine Radboudkosmos. Talin de Jeu is student Algemene Cultuurwetenschappen en schrijft gedichten over hoe alles in onze Radboudkosmos met elkaar verbonden is.

Voor en na college komt de fiets

Deze stad huist meer fietsen dan fietsers

die rakelings passeren, tweewielig tuimelen,

zich fietsgraag wagen tussen

kinderwagens, vrachtwagens, benenwagens.

Ze trappen zich tot waaghals in dit verkeer.

We zijn op weg naar werk, college

als taalloos lichaam dat tegenwind trotseert

het zijn geen klinkers die langs oren suizen

we koesteren al wat ruist en niks betekent.

Als zinsdelen duikelen we straten door

zoals spreken soms hakkelt, stakkelt, strui-

kelt over zichzelf wanneer een zin

meer lichaam is dan taal en

klanken zich vastklampen aan de tong

speeksel letters aan lippen plakt.

We razen over een raster van een stad richting campus

waar we theorie en taal in kadrering vangen

kaders zowel oprekken als inperken

onszelf bevrijden, een ander vastzetten

en andersom.

Maar voor we zover zijn

nemen we nog even deel aan een wielwillend collectief

waarin we tegen taal trappen en wind

op onze pedalen staan om iets te ontstijgen

waarvoor we allang geen woorden meer weten

langs lange lanen laten we de stroom weer

achter — gaan links naar Linnaeus.

We gaan van fiets naar lijf

van lichaam naar taal

waarin we struikelen, buitelen

blindelings de weg weten

nog over ongebaande paden gaan.

Dit gedicht is eerder verschenen in de ANS-krant 3.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen