De hele dag binnen zitten kan snel vervelen. ANS heeft daarom een aantal leestips samengesteld om je tijdens de quarantaine toch een beetje in een andere wereld te kunnen wanen.
J.M.A. Biesheuvel, Reis door mijn kamer (1984)
Geheel in quarantainestijl is er deze maand een heruitgave van Reis door mijn kamer van J.M.A. Biesheuvel verschenen. In navolging van het boekje Voyage autour de ma chambre uit 1795 doet Biesheuvel in dit korte verhaal op humoristische wijze verslag van zijn reis door zijn eigen kamer: ‘Wat doet het ertoe hoe groot het heelal is als mijn kamer voor mij al zo belangwekkend is?’
Tom Lanoye, Gelukkige slaven (2013)
Een boek om over na te denken: Gelukkige Slaven. Zoals jij nu aan je computer- of smartphonebeeld geclusterd zit, zitten twee Belgische bannelingen vast in een ingewikkelde situatie waar ze maar moeilijk uitkomen. In deze roman proberen ze zichzelf te vinden en te ontsnappen uit hun eigen, gecompliceerde leven. Beiden reizen ze de wereld over om dit doel te bereiken, maar wanneer je deze roman leest, weet je dat jij jezelf ook kan vinden, gewoon in je eigen kamer.
Redactie van Auke Hulst, Als dit zo doorgaat (2017)
Zit in een ander doemscenario? Lees dan de verhalenbundel ‘Als dit zo doorgaat’ van Auke Hulst. 25 andere manieren waarop de wereld ten onder zou kunnen gaan en corona staat er niet bij! In het verhaal ‘Een wereld zonder mannen’ van Alma Mathijsen is feminisme duidelijk doorgeslagen en in ‘Achter glas’ van Thomas Heerma van Voss wordt alles in de Staat gecontroleerd en geregistreerd. Met bijdragen van 25 Nederlandse schrijvers zit er vast een interessant verhaal voor jou bij.
Haruki Murakami ,1q84 (2009)
Met dit maar liefst 1273 bladzijdes lange werk is de Coronapatiënt, of ieder ander die tijd om handen heeft, wel eventjes zoet. Op geniale wijze weet Murakami de aandacht te trekken en te houden vanaf de eerste bladzijde. Waar de eerste pagina’s een sereen beeld lijken te schetsen van de levens van twee mensen die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben, komt daarin al gauw letterlijke en figuurlijke opschudding.
W.F Hermans, Onder professoren (1975)
Met het hele land op slot en misschien nog wel erger – de universiteiten – is het moment er juist gekomen dat we eens van een afstandje kritisch reflecteren op deze dichtgetikte poppenkast. Dit tot een klassieker geworden werk door een van ’s Neerlands ‘drie grootste schrijvers’ is verplichte kost voor de academicus met literaire pretentie. De nuchtere en vooral eenvoudige hoogleraar Roef Dingelam belandt in een spreekwoordelijke achtbaan nadat hij de nobelprijs voor de scheikunde wint. Hermans omschrijft op geestige, maar vooral giftige en zure wijze de democratisering van de universiteiten in dit fictiewerk. Niet alleen in het werk is er veel polemiek, maar vooral ook rondom het werk is menig relletje getrapt. De letterkundige veelvraat mag zich verheugen.
Tommy Orange, There There (2018)
De roman zet meteen de toon met een korte geschiedenisles over Native Americans, die in het teken staat van massamoord en misrepresentatie. Deze thema’s vormen een rode draad in deze roman over de levens van een twaalftal personages van inheemse afkomst in het Oakland van de eenentwintigste eeuw. Toch is het niet allemaal zware kost: Orange benadert pijnlijke situaties met een gezonde dosis ironie. Dit maakt There There een aangrijpende, maar ook verfrissende vertelling.
Eka Kurniawan, Schoonheid is een vloek (2002)
Deze bijna 500-paginatellende roman neemt je mee naar het Indonesië van de vorige eeuw. Eka Kurniawan vertelt op bijzondere wijze de familiehistorie van de geliefde prostituee Dewi Ayu en haar vier dochters. Het zijn roerige tijd voor alle vier en op hun eigen manier komen er van alles op hun pad: verliefde mannen, agressie, gevaar en liefde. Als je het mist om te reizen, lees dan deze roman. Voordat je het weet, waan je je in het mysterieuze Halimunda.