Tussen 23 en 29 mei kunnen studenten van de Radboud Universiteit stemmen voor een nieuwe samenstelling van de Universitaire Studentenraad (USR). De lijsttrekkers van de deelnemende partijen kwamen de dag voor de officiële aftrap van de stemweek samen voor een verkiezingsdebat. Hierin werd op het scherp van de snede gedebatteerd, niettemin lieten alle partijleiders zich ook van hun constructieve zijde zien.
De lijsttrekkers van de vijf deelnemende partijen, María Gutiérrez Fuentesal (Green+), Louise Stevens (AKKU), Koen de Kooter (Knokpartij), Emily Heymer (ISEC) en Iris Nieborg (V.O.S.), debatteerden aan de hand van door henzelf meegebrachte stellingen over de toekomst van het onderwijs aan de Radboud Universiteit en alles wat daarmee samenhangt.
Stelling 1 (V.O.S.): Op de Radboud Universiteit moet er ruimte zijn voor alle mogelijke dieetwensen.

Nieborg (V.O.S.): ‘Wij staan altijd pal voor duurzaamheid, maar we denken ook dat de verduurzaming van de campus stap voor stap moet plaatsvinden. Geen enkele student zou achtergelaten moeten worden. Om die reden moet al het eten op de campus inclusief zijn voor alle dieetwensen, dus ook bijvoorbeeld koosjer of halal. Alles moet mogelijk zijn, waarbij het belangrijkste voor ons is dat er te allen tijde gezond voedsel beschikbaar is. Inclusiviteit staat voorop.’
Gutiérrez Fuentesal (Green+): ‘Wij zijn het ermee eens dat voedsel altijd inclusief moet zijn. Inclusiviteit is een van de belangrijkste waarden van Green+. Maar duurzaamheid is een andere kernwaarde, daarom willen wij een plant-based campus. Alhoewel verduurzaming inderdaad een stapsgewijs proces zou moeten zijn, mogen de stappen van de RU wel wat ambitieuzer. Slechts 78% van het voedsel op de campus is op dit moment vegetarisch. Dat zou meer moeten zijn. Betaalbaarheid is uiteraard ook een belangrijke factor, want anders zijn dergelijke maatregelen nutteloos.’
Nieborg (V.O.S.): ‘We mogen de financiële haalbaarheid inderdaad niet uit het oog verliezen. Je loopt het risico dat het eten te duur wordt voor De Refter om te maken en voor de studenten om te kopen. Wellicht jaagt dat studenten weg van De Refter.
De Kooter (Knokpartij): ‘Ik vind het een interessante aanname dat inclusiviteit betekent dat iedereen vlees zou moeten kunnen eten. Voor veganisten is vlees geen optie, maar de vega-optie is wel altijd een mogelijkheid voor de vleeseter. Desalniettemin vind ik dat mensen zelf de keuze zouden moeten kunnen maken.’
Stelling 2 (Knokpartij): De macht op de universiteit moet worden overgeheveld van de onverkozen besturen naar de democratisch verkozen raden van studenten en werknemers.

De Kooter (Knokpartij): ‘Volgens mij raakt deze stelling aan de fundamentele verschillen tussen de aanwezige partijen. Ik denk dat veel dingen die hier aan tafel voorgesteld worden onder symptoombestrijding geschaard kunnen worden. Ze bestrijden symptomen van dieperliggende structuren, die deze symptomen alleen maar zullen blijven produceren als we ze niet fundamenteel veranderen. Een van de grote problemen van de universiteit is dat er een grote sociale onveiligheid bestaat, dat komt doordat er niet naar studenten geluisterd wordt. Dat je dan problemen krijgt is te zien aan het feit dat een fascistoïde groepering wordt toegelaten op de introductiemarkt. De enige manier om dit en andere vormen van bijvoorbeeld racisme, seksisme en kapitalisme te stoppen is door radicale democratisering. Dat betekent onder andere universiteitsbrede referenda, grotere macht van de studentenraden en meer erkenning voor de mensen in deze raden.’
Stevens (AKKU): ‘Democratisering is voor ons ook een belangrijk thema en ik denk dat we het tot op zekere hoogte eens zijn. Problemen zouden inderdaad vaker op een democratische manier opgelost moeten worden. Dit is alleen een debat over de Universitaire Studentenraad en veel van de punten die genoemd worden zijn in onze ogen geen zaak van deze raad. Je zou ze eerder op nationaal niveau moeten aanpakken. Om die reden hebben wij als AKKU ook banden met de Landelijke Studentenvakbond. Ik vraag me dan ook af wat de Knokpartij tot nu toe heeft bereikt. Wij hebben de afgelopen jaren veel concrete stappen tot democratisering genomen. Een van de maatregelen die wij graag willen nemen ten behoeve van verdere democratisering is om de stemverdeling bij facultaire raden tussen medewerkers en studenten 50-50 te laten zijn, in plaats van 60-40 zoals het nu is.’
De Kooter (Knokpartij): ‘Ik denk dat ons standpunt het beste uit te leggen is aan de hand van onze visie op de USR. Dat dit niet een USR-kwestie is, is precies het probleem. Voor ons is de USR het platform voor studenten om hun stem te laten horen op alle mogelijke manieren, maar het zou daar niet moeten stoppen. De USR moet ook dienen voor het mobiliseren van mensen op de campus. Ik zie ook in dat het een nationaal en zelfs een internationaal probleem is, maar ons werkterrein is nu eenmaal de campus van de Radboud Universiteit.’
Nieborg (V.O.S.): ‘We zijn het eens met AKKU dat verdere democratisering mooi zou zijn, maar dat het niet al te makkelijk te realiseren is. Wij zijn een koepelorganisatie voor sport-, studie- en andere studentenverenigingen. Vanuit deze koepels krijgen we veel informatie. Zo laten wij de stem van mensen indirect horen. Dat bevordert ook het democratische gehalte van de universiteit. Vorig jaar hebben maar 14% van de studenten gestemd, dus dat toont al aan hoe moeilijk het is om mensen direct betrokken te laten zijn.
Heymer (ISEC): ‘ISEC staat voor “inclusion and social equity commission”, dus ons ideaal is dat elke stem gehoord wordt. We willen echt opkomen voor minderheden en daarvoor is het ook nodig om als USR zichtbaarder te worden. We moeten ons herbezinnen over de vraag waarom we hier zijn als USR. Daarnaast is het goed om meer samen te werken en dieper te graven naar de werkelijke meningen van studenten. Ik denk dat het niet al te moeilijk hoeft te zijn om meer binding te creëren met studenten, om er zodoende achter te komen wat er echt speelt.’
Stelling 3 (ISEC): De Radboud Universiteit moet beleid implementeren dat ervoor zorgt dat alle colleges worden opgenomen en online worden gezet en er moet een uitzondering op de aanwezigheidsplicht worden gemaakt voor studenten die parttime werken.

Heymer (ISEC): ‘TIjdens COVID werden colleges online gezet, maar na de pandemie zijn faculteiten daarmee gestopt of doen ze het nog zelden. Als partij voor inclusiviteit zien we dat er studenten zijn met verschillende financiële en sociale achtergronden. We moeten dat als universiteit erkennen en het daarom ook vergemakkelijken om toegang tot studiematerialen te krijgen. Door dit en andere zaken is het op het moment namelijk voor mensen uit een minder rijk milieu vrijwel onmogelijk om hun studie zonder grote schulden af te ronden. Daarom is het cruciaal dat colleges ook online beschikbaar zijn.’
De Kooter (Knokpartij): ‘Ik zou hieraan willen toevoegen dat wij vinden dat de universiteit open voor iedereen zou moeten zijn. Dus ook als je geen hbo-propedeuse of een vwo-diploma hebt, moet je hier terecht kunnen. Opnames van colleges zouden voor iedereen beschikbaar moeten zijn en niet alleen voor Radboudstudenten. Iedereen zou toegang moeten hebben tot de voordelen van ons onderwijs. We moeten ons niet isoleren. Op dit moment zijn we namelijk een universiteit die alleen maar mensen met bepaalde financiële middelen dient.’
Heymer (ISEC): ‘Het openbaar maken van alle universitaire opnames is niet mogelijk, onder andere door regels rondom databescherming. Maar het ideaal is zeker mooi.’
Nieborg (V.O.S.): ‘Wij zijn groot fan van flexibel studeren, daarom moeten colleges in onze ogen ook vooral online worden gezet. Wij zijn hier dan ook veel mee bezig. We willen ervoor zorgen dat ook studenten die bijvoorbeeld twee bachelors doen, veel sporten of een bestuursjaar doen, hun colleges kunnen blijven volgen. Hierbij mag niet uit het oog verloren worden dat de campus levendig en sfeervol blijft. Mensen moeten naar de campus blijven komen. Om die reden vind ik het ook wel risicovol om alle colleges online te zetten en zichtbaar te maken voor iedereen.’
Gutiérrez Fuentesal (Green+): ‘Wij zijn het er zeer mee eens dat een rijk studentenleven op de campus heel belangrijk is. Maar naast colleges gebeurt er meer op de campus, zoals workshops. We moeten ervoor waken dat dit soort alternatieve activiteiten niet verdwijnen.’
Stelling 4 (AKKU): De Radboud Universiteit moet een zero tolerance-beleid voeren aangaande machtsmisbruik tegenover studenten.

Stevens (AKKU): ‘Er zijn meerdere gevallen bekend van medewerkers die grensoverschrijdend gedrag vertoonden. De universiteit heeft hen op non-actief gezet, maar zij krijgen nog altijd betaald en sommigen hebben zelfs een andere baan aangeboden gekregen binnen de universiteit. We hebben een strenger beleid nodig en vooral ook meer transparantie. We willen de benadering die de universiteit nu heeft veranderen: op dit moment moet iemands schuld eerst zijn bewezen voordat een slachtoffer hulp krijgt. Die twee dingen moeten gescheiden worden. Slachtofferhulp moet altijd voorop staan.’
Nieborg (V.O.S.): ‘We zijn het hier volledig mee eens. Grensoverschrijdend gedrag is nooit en te nimmer acceptabel. We willen hier graag aan toevoegen dat wij als V.O.S. veel sociale veiligheidstrainingen organiseren, om ervoor te zorgen dat dit gedrag ook niet voorkomt op lagere niveaus. En als het toch gebeurt, helpen we mensen om bij de juiste hulp terecht te komen. De universiteit moet hier de financiële middelen voor beschikbaar stellen.’
De Kooter (Knokpartij): ‘Ook hier moet voorop staan dat we de onderliggende structuren die achter dit probleem liggen veranderen. Een van de redenen dat dit blijft plaatsvinden is namelijk de piramidestructuur van de universiteit. Er is een disbalans in macht tussen studenten en docenten. Wij staan voor een nieuwe manier van het vormgeven van het curriculum, waarbij studenten en medewerkers samenwerken. Daardoor zullen ze nader tot elkaar komen, waardoor relaties verbeteren en dit soort incidenten zullen worden voorkomen.’
Heymer (ISEC): ‘Hoe verandert dat de hiërarchie? De ongelijke machtsverdeling blijft overeind. Wat wij voorstellen is dat er meer studentpsychologen komen. Zij kunnen optreden als mediators, om op die manier een betere student-medewerkerrelatie te creëren.’
Gutiérrez Fuentesal (Green+): ‘Ik zou daaraan willen toevoegen dat studentpsychologen misbruik ook op voorhand kunnen voorkomen. Wij willen verplichte cursussen omtrent dit thema voor iedereen. Met voorlichtingen pakken we het probleem namelijk in de kern aan.’
Stelling 5 (Green+): Medewerkers en studenten van de Radboud Universiteit zouden sterk moeten worden ontmoedigd om te vliegen.

Gutiérrez Fuentesal (Green+): Een van onze belangrijkste waarden is duurzaamheid, dus deze stelling is zeer belangrijk voor ons. Op het moment kun je voor vliegreizen aanspraak maken op een vergoeding van de universiteit als de reis met het openbaar vervoer of per auto langer dan zeven uur zou duren. Wij vinden dat deze ondergrens verhoogd moet worden naar veertien uur, gezien de grote impact van vliegen op het milieu. Voorts vinden we dat studentenorganisaties geen geld zouden mogen ontvangen voor vliegreizen binnen de Europese Unie. Natuurlijk moeten er uitzonderingen zijn voor bijvoorbeeld studenten Amerikanistiek, die kunnen niet anders dan af en toe een keertje vliegen, maar korte-afstandsvluchten zouden vanuit de universiteit zeker niet moeten worden vergoed.’
Heymer (ISEC): ‘Duurzaamheid is belangrijk, maar ook hier hebben wij onze zorgen over inclusivitieit. Openbaar vervoer is relatief duur, soms zelfs dubbel zo duur als vliegreizen. Als we dit beleid zouden gaan voeren, worden sommige studenten dus indirect uitgesloten van reizen. Wat wij willen is dat de universiteit een programma gaat aanbieden, waarbij studenten aan elkaar gekoppeld worden voor autoreizen. Dit heeft de bijkomstigheid dat je nieuwe mensen leert kennen en dat onderling contact wordt uitgediept.’
Nieborg (V.O.S.): ‘Vergeet niet dat er een subsidie is voor studentenorganisaties die duurzaam reizen. Wellicht kan dat systeem in de toekomst toegepast worden op alle reizen.’
Stemmen voor de Universitaire Studentenraad kan, evenals voor andere medezeggenschapsraden, nog tot en met 29 mei. Surf hiervoor naar ru.digitaleverkiezingen.nl. Informeer jezelf en stem!