Home Opinie & AchtergrondInterview Presidiumplannen

Presidiumplannen

door Redactie

Afgelopen september werd de XXIIIe Universitaire Studentenraad (USR) geïnstalleerd. Het presidium koos er toen voor om geen vaste functienamen te hanteren maar de taken onderling te verdelen. ANS sprak Bart Zonneveld over hoe het presidium nu over deze beslissing en de plannen voor het komende jaar denkt.

Tekst: Myrte Nowee
Foto:
Vincent Veerbeek

 

Lijsttrekkersinterview 2. 350x Jullie hebben besloten om niet de gebruikelijke functies van voorzitter, secretaris en penningmeester te hanteren maar om die taken persoonlijk te verdelen. Hoe is dat tot nu toe gegaan?
‘Het is af en toe even zoeken geweest. Vroeger ging de voorzitter standaard naar bepaalde overleggen, maar nu moeten we onderling kijken wie van ons dat zal doen. Door de functies op maat te verdelen denken we beter na over wie wat doet. Een ander bijkomend voordeel is dat we geen prestigestrijd hebben om bepaalde titels.

In het begin hadden we de neiging om overal op te reageren en verloren we wat we zelf eigenlijk wilden bereiken. Daarom hebben we op een gegeven moment besloten om meer focus in onze plannen aan te brengen door drie thema’s centraal te stellen: onderwijs, de actieve student en een levendige campus.’

Een van jullie belangrijkste punten is het Bindend Studie Advies (BSA). Op landelijk niveau is er al discussie over deze maatregel. Wat denken jullie hieraan toe te kunnen voegen? 
‘Er is inderdaad al discussie over hoe nuttig het BSA is, maar de impact die de maatregel heeft op het welzijn van de studenten wordt daarin helemaal niet meegenomen. Naast dat een student feitelijk mogelijk moet stoppen met zijn of haar studie is het belangrijk om te kijken wat dat doet met de gezondheid en stress die studenten kunnen ervaren. We hopen daarom dat we het BSA, wat bedoeld is om mensen op de juiste plek te krijgen, zo kunnen inrichten dat het dat ook is, en niet een afrekenmoment wordt.’

Hoe willen jullie daar in de praktijk voor zorgen? 
‘We willen beginnen met studenten niet als nummers te zien: zoveel halen het wel en zoveel niet. We hopen dat we mensen daarover kunnen laten nadenken om daarna met ze in gesprek te gaan. Daarnaast willen we bij twijfelgevallen kijken of er meer maatwerk kan komen zodat we de juiste student op de juiste plek krijgen. Het BSA is namelijk geen slecht initiatief als het helpt, dan is het een positief middel. Maar, je moet wel rekening houden met de neveneffecten. Werkt de regeling of maken we een gedrocht waar studenten bang voor zijn? Voor we concrete stappen daarvoor ondernemen wachten we eerst de onderzoeken af die dit jaar nog lopen over het BSA. Dan gaan we er grondig naar kijken.’

In jullie visie speelt duurzaamheid ook een belangrijke rol. Op welke manier willen jullie dit realiseren? 
‘We willen dat het onderwerp in ieder curriculum naar voren komt. De universiteit draagt namelijk zelf uit dat ze dit een belangrijk thema vindt en dat het iets is waar de hele universiteit voor nodig is. Laat dan ook de hele universiteit en elke discipline nadenken over duurzaamheid.’

Een ander belangrijk thema is de actieve student. Wat bedoelen jullie hier precies mee?
‘We zien een soort zorgelijke ontwikkeling dat veel minder studenten bereid zijn om bestuurswerk te doen. Steeds minder mensen lijken de meerwaarde te zien van het iets doen naast je studie. Wij denken dat de universiteit een belangrijke rol kan hebben om dit actief aan te moedigen. Ze geeft namelijk aan dat ze het heel belangrijk vindt maar laat dat niet zien. Stuur naast een bericht over het BSA ook een berichtgeving over feit dat het belangrijk is dat je als student meer bent dan iemand alleen vakken volgt.’

Hoe zie je dit dan voor je? Als de RU bestuursfuncties aantrekkelijker maakt gaan studenten het misschien interessanter vinden, maar de studieschuld en afstudeertermijn blijven voor velen toch een drempel.
‘Dit is natuurlijk iets wat boven de RU uitgaat. Er spelen veel factoren zoals bijvoorbeeld het leenstelsel, maar toch komt ook vanuit de RU het beeld dat het alleen maar zou moeten gaan om studieresultaten. Er is een impliciete druk die iedereen elkaar oplegt dat nominaal studeren heel belangrijk is. Als je dat als universiteit begint te doorbreken kan het zijn dat studenten zich toch sneller openstellen voor extra activiteiten. 

Om daarmee te helpen willen we daarom graag verder met de optie van het ‘flexibel studeren’, waarvan nu een pilot in de gang is. Je kan daarmee je onderwijs flexibeler volgen als je actiever bezig bent. Wij denken dat dat heel goed is en willen kijken of dat uitgebreid kan worden. Misschien dat er bijvoorbeeld een variant mogelijk is voor mensen die geen hele zware bestuurstaken hebben maar wel iets erbij doen. 

Daarnaast willen kijken of er meer ruimte is in het budget voor de bestuursbeurzen en profileringsfonds. We merken dat de kosten van het langer studeren voor veel mensen echt een drempel is. De compensatie die je krijgt bij een bestuursfunctie weegt namelijk bij lange na niet op tegen de kosten van de vertraging. Door deze initiatieven hopen we de trend die is ingeslagen te kunnen keren. Ondanks het feit dat veel oorzaken zich niet op Nijmeegs niveau afspelen.

Als laatste willen jullie je focussen op een levendige campus. De universiteit heeft hier zelf ook al plannen voor gemaakt. In welke mate verschilt jullie invulling hiervan?
‘We willen kijken hoe we een bruisende campus kunnen maken die niet ‘s avonds en in het weekend is uitgestorven, maar altijd een leuke plek is om te zijn. Zo willen we meer ontmoetingsplekken creëren en een plek toevoegen waar je je pakketjes kan laten bezorgen. Het gaat echt om het ‘thuis’ gevoel. 

Daarbij hebben we al een vrij groene campus maar het gaat erom hoe je dat kan gebruiken. Zet daar bijvoorbeeld veel buitenwerkplekken bij. Op die manier kun je ook echt genieten van de groene campus in plaats van dat je er ‘s avond en ‘s ochtends enkel doorheen fietst. Misschien kunnen we op langere termijn een zwemvijver maken met een strandje erbij. Dan maak je het echt. Dat speelt meteen in op je gevoel. ‘Ik zie mezelf daar wel avonden hangen met een kampvuurtje.’

Denken jullie dat de RU dit ook wil? Een fijne sfeer zal de RU waarschijnlijk beamen, maar de universiteit is natuurlijk bedoeld voor het overbrengen van kennis. Niet de plek voor een strandje en een kampvuur.  
‘Ik denk dat het wel een denkrichting is waar de universiteit in mee wil denken. In de nieuwe strategie van de RU geeft ze namelijk aan dat de campus meer moet zijn dan alleen een plek voor onderwijs. Daarnaast zullen er natuurlijk wel praktische bezwaren zijn. Dat moet je dan ook goed uitdenken.’

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen