In ‘Goed verhaal, lekker kort’ krijgen studentikoze taalverschijnselen hun welverdiende portie aandacht in een goed, maar lekker kort verhaal. Deze keer: personificaties op Facebook.
Tekst: Noor de Kort
Facebook is dé plek waar iedereen al zijn geluk dumpt. Naar vrolijke vakantiekiekjes hoef je hier dus niet ver te zoeken. Hangmatten, skipistes, witte stranden; alles komt voorbij op je tijdlijn. Mijn aandacht wordt de laatste tijd echter vooral getrokken naar de teksten onder de foto’s. Tot mijn grote verbazing blijken vakantiebestemmingen vaak als personen te worden aangesproken. ‘Kos, wat was je geweldig’, ‘Corsica, wat hebben we van je genoten’. Het tropische oord is plotseling net zo levend als tante Lien of de fietsenmaker om de hoek.
Klef gedoe
Toen ik de eerste keer langs een dergelijke tekst scrolde, galmde in mijn hoofd een heel luide ‘Nee, nee, nee!’. Hoe kon je een stad of eiland nou ´je´ noemen? Een vakantiebestemming is geen persoon. De vereiste levendigheid is ver te zoeken: ademen, bewegen of plassen, het is allemaal wat lastig. Een vakantiebestemming is gewoon een ding, een ‘iets’. Overigens, over een persoon schrijf je toch ook niet zulke teksten op Facebook – zelfs bij een kleffe verliefdheid niet. Toch is het ge-‘je’ geen echte fout. Dit hoort niet thuis in de categorie met ‘Geslaagt!’. Hoewel ik betwijfel of de Facebookers zich ervan bewust waren, hadden ze hun post verrijkt met een stukje beeldspraak, een personificatie.
Volgens de Dikke van Dale
Volgens de altijd betrouwbare Dikke van Dale is een personificatie ‘een voorstelling van iets als een persoon’ en deze wordt gebruikt om teksten te verlevendigen. Plaatsen of landen worden wel vaker gepersonifieerd: ‘Amerika trekt de troepen terug uit Irak’, ‘Brussel besluit vandaag over het wetsvoorstel’. Een plaats of land wordt op deze manier als ‘actor’ voorgesteld.
Halt toeroepen
Gelukkig kennen ook personificaties hun grenzen. ‘Pisa, zet die toren nou eens recht’; dat gaat dan weer een stap te ver. Tot bepaalde hoogte kunnen plaatsen en landen dus als handelende instantie voorkomen. Het aanspreken van iets niet-levends met ‘je’ komt minder vaak voor, maar is nu dus opgedoken op social media. De vraag is hoever deze personificatie doorzet. Moeten we straks ook nog onderscheid in geslacht gaan maken? Is het in bepaalde gevallen gepaster om steden met ‘u’ aan te spreken, of is tutoyeren de norm? Gaat deze nu nog redelijk passieve ‘je’ op een gegeven moment ook als handelend persoon optreden? Om verwarring te voorkomen, kunnen we het ge-‘je’ maar beter op tijd een halt toeroepen. Ik weet in ieder geval al wanneer ik de dislike-knop op Facebook ga inzetten.