Het beeld van hordes studenten die voor hun idealen op de barricade staan, lijkt verleden tijd. Tegenwoordig gaan veel jonge mensen maatschappelijke problemen te lijf door zelf met oplossingen te komen. Wat motiveerde jongeren vroeger om te strijden voor hun idealen en wat zijn de drijfveren van de huidige generatie?
Tekst: Chiel Nijhuis
Illustraties: Carmen Groenefelt
Dit artikel verscheen eerder in de tweede editie van ANS.
Het is gedaan met de massademonstraties van vroeger. Grote protestacties waarbij honderdduizenden mensen de straat op gaan, zoals tijdens de studentenprotesten in 1968 of bij het protest tegen kernwapens in 1981, zijn uit het straatbeeld verdwenen. Dit betekent niet dat demonstraties tegenwoordig helemaal geen rol van betekenis meer spelen, daarnaast komen jonge mensen steeds vaker met eigen initiatieven om de wereld te verbeteren. Ze richten bijvoorbeeld stichtingen en verenigingen op om zelf een probleem in de samenleving aan te pakken. Wat drijft jongeren om op deze manier voor hun idealen op te komen?
Idealisme 2.0
Volgens Gabriel van den Brink, hoogleraar Maatschappelijke Bestuurskunde aan de Tilburg University, zijn jongeren pragmatischer geworden in de manier waarop zij voor hun idealen opkomen. ‘In de jaren 60 en 70 was de jeugd pretentieuzer. De hele wereld moest op de schop. Dat zie je tegenwoordig nauwelijks meer. De huidige generatie probeert liever in de eigen omgeving iets te doen om de samenleving te verbeteren. Jongeren hebben tegenwoordig minder vertrouwen in politieke oplossingen. Hierdoor zoeken ze liever zelf manieren om problemen aan te pakken.’
‘Het probleem van ouderen is dat zij hun eigen idealen te veel als maatstaf hanteren.’
Goede voorbeelden van dit idealisme 2.0 zijn de initiatieven van Nicky Kroon (26), medeoprichter van duurzaamheidsplatform Opgemärkt en het zero waste lifestyleblog Emma + John. Opgemärkt wil duurzame initiatieven samenbrengen en probeert tegelijkertijd mensen te enthousiasmeren om ook duurzaam te leven. Kroon, die in haar vrije tijd voor het platform werkt, vertelt enthousiast hoe zij en haar vriendinnen op het idee zijn gekomen. ‘Ik ben met dit initiatief begonnen, omdat ik altijd al interesse had in duurzaamheid, maar geen goede manier kon vinden om mijn fulltime baan te combineren met een duurzame manier van leven. Veel projecten die ik tegenkwam, vond ik te extreem, of juist te vrijblijvend. Uit mijn zoektocht is uiteindelijk het idee ontstaan om via een vereniging mensen in contact te brengen met het duurzame initiatief dat het best bij hen past.’
Dat jongeren steeds vaker zelf manieren bedenken om maatschappelijke problemen op te lossen, betekent niet dat er geen demonstraties meer plaatsvinden. ‘Het nut van actievoeren moet niet worden onderschat.’ Zegt Giel Grens (23), student Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie en links activist: ‘De activistische cultuur in Nederland is de laatste jaren op de achtergrond geraakt. Volgens mij heeft dit vooral te maken met de invoering van de Wet Kraken en Leegstand. Hierdoor zijn veel kraakpanden verdwenen, die het centrum vormden van de organisatie van protestacties.’ Dat wil volgens Grens echter niet zeggen dat de activistische cultuur helemaal is verdwenen.‘ Actievoeren is minder populair dan vroeger, maar demonstraties waar mensen in grote aantallen samenkomen komen nog steeds voor. Voor mij is demonstreren niet alleen een manier om te laten zien dat je het ergens niet mee eens bent. Ik kan mij een protestmars herinneren vóór de komst van migranten. Daarin liepen ook Syrische vluchtelingen mee, sommigen met tranen in hun ogen. Op zo’n moment voel ik mij echt verbonden met die mensen. Dat maakt het voor mij de moeite waard.’
‘Het nut van actievoeren moet niet worden onderschat.’
Op de barricade tegen de verslaafde consument
Hoewel jongeren nog steeds opkomen voor hun idealen, hebben oudere mensen volgens Van den Brink vaak een verkeerd beeld van wat jongeren tegenwoordig bezighoudt. ‘Het is voor ouderen makkelijk om te mopperen dat demonstraties en bezettingen minder vaak voorkomen dan vroeger. Dit klopt ook, maar jongeren zijn echt nog wel met hun idealen bezig. Ze doen dit alleen op een andere manier. Het probleem van ouderen is dat zij hun eigen idealen te veel als maatstaf hanteren. Hierdoor zien ze niet wat jongeren tegenwoordig doen of wat hen beweegt.’
Dit roept de vraag op wat jongeren vroeger motiveerde om te strijden voor een betere samenleving. Roel van Duijn, oud-politicus en medeoprichter van Provo in 1965, vertelt waarom hij destijds in actie kwam: ‘In zekere zin ben ik een product van de Tweede Wereldoorlog en in mijn tijd was de dreiging van een atoomoorlog zeer reëel. Voor ons was het dus zaak een nieuwe oorlog te voorkomen. Ik ben fulltime revolutionair geworden, toen ik vanwege het uitdragen van mijn ideeën op de middelbare school werd uitgesloten van het eindexamen.’
Provo had als doel de samenleving op een ludieke wijze te provoceren. De beweging deed dit door onder andere happenings te organiseren rondom het standbeeld Het Lieverdje op het Spui in Amsterdam. Volgens Provo stond het beeld symbool voor de vercommercialiserende samenleving en de ‘verslaafde consument van morgen’. Hoewel Provo al na twee jaar ophield te bestaan, heeft de beweging volgens Van Duijn wel voor verandering gezorgd. ‘In de samenleving is nu ruimte voor creativiteit, zelfstandigheid en de verantwoordelijkheid van het individu. Ik denk dat onze acties daar zeker aan hebben bijgedragen.’ Van Duijn blijft wel realistisch en vervolgt: ‘Helaas is niet alles waar wij voor stonden door de maatschappij opgepikt. Onze waarschuwingen voor kernwapens en de verslaafde consument van morgen hebben weinig effect gehad. Steeds meer landen beschikken over kernwapens en helaas zijn er nu meer verslaafde consumenten dan ooit te voren.’
Oude idealen, nieuwe problemen
Volgens Van den Brink zijn de idealen sinds de jaren 60 niet wezenlijk veranderd. ‘De idealen waar in de jaren 60 voor is gestreden, zoals vrouwenemancipatie en de acceptatie van homoseksuelen, zijn binnen Nederland grotendeels aanvaard.’ Dat betekent niet dat er nu geen andere problemen zijn. Volgens Van den Brink zijn er daarom nieuwe idealen ontstaan. ‘De opwarming van de aarde en zaken zoals internationale spanningen en terrorisme zijn problemen die niet eenvoudig zijn op te lossen. Deze kwesties dwingen ons na te denken over de wereld waarin wij willen leven.’
‘Kwesties als terrorisme dwingen ons na te denken over de wereld waarin we leven.’
Een van de nieuwe problemen van deze tijd is de milieuschade die ontstaat door het afval dat mensen produceren. Kroon gaat dit probleem te lijf door zoveel mogelijk te leven zonder afval. Op het blog Emma + John geeft Kroon, samen met haar zus, tips over hoe je dit het best kunt aanpakken. Ze vertelt dat het best goed mogelijk is om minder vuilnis te produceren: ‘Soms ontkom je er niet aan om producten met een verpakking te kopen, zoals dat bij medicijnen het geval is. Af en toe koop ik ook producten met een recyclebare verpakking. Toch denk ik dat ik voor 95 procent zonder afval leef.’ Je kunt je afvragen of het veel zin heeft om alleen, of met een kleine groep, een duurzaam leven te leiden, maar Kroon is optimistisch over het nut van haar initiatieven: ‘Zelf met duurzaamheid bezig zijn, heeft op de lange termijn zeker effect. Onze economie is vraaggestuurd, dus als mensen steeds minder plastic zakjes gebruiken zal het aanbod van plastic zakjes afnemen. Daardoor is er niet alleen minder afval, maar worden er ook minder grondstoffen gebruikt. Ik heb niet de verwachting dat iedereen zonder afval gaat leven. Gelukkig zie je wel dat mensen geïnspireerd raken door ons blog en kleine aanpassingen doen in hun leven.’
Duurzaamheid is ook voor Grens belangrijk. Hij vertelt over een bezettingsactie die vorig jaar plaatsvond in de Duitse stad Lausitz. ‘Tijdens deze bezetting heb ik samen met vierduizend andere actievoerders uit verschillende landen een bruinkolenmijn vier dagen lang buiten bedrijf gesteld.’ Volgens Grens is deze bezetting niet zonder gevolgen gebleven. ‘De actie heeft enorme ophef in de Zweedse media veroorzaakt. Het Zweedse bedrijf dat eigenaar is van de mijn heeft hier veel last van gehad. Hierdoor is volgens mij veel meer aandacht ontstaan voor de milieuschade die wordt veroorzaakt door het stoken van bruinkolen.’
Net als vroeger willen jonge mensen de samenleving verbeteren. Jongeren worden wel geconfronteerd met nieuwe problemen. Daarnaast hecht de jongste generatie minder waarde aan de politiek en probeert zij daarom de samenleving vaak zelf te verbeteren. Dit kan een effectieve manier zijn om problemen zoals milieuvervuiling tegen te gaan. Protestacties hebben hun functie echter niet verloren. Demonstraties zijn misschien niet meer zo grootschalig als vroeger, maar activisten slagen er nog steeds in een vuist te maken om problemen in de samenleving aan te kaarten. Realisme en idealisme gaan voortaan hand in hand om de wereld tot een betere plek te maken.