Home Artikelen Manifestaties in Utrecht én Nijmegen op dag van massaal onderwijsprotest tegen bezuinigingen

Manifestaties in Utrecht én Nijmegen op dag van massaal onderwijsprotest tegen bezuinigingen

door Redactie en Foto: Laurens Monster

De onderwijsprotesten van 14 november hebben een grotere opkomst dan menigeen de dag ervoor had gedacht. Hoewel er een tweedeling in de organisatie is ontstaan doordat verschillende partijen zich hadden teruggetrokken uit het landelijke evenement, komen zowel in Nijmegen als in Utrecht grote groepen mensen bijeen om hun zorgen te uiten over de aangekondigde bezuinigingen op het hoger onderwijs.  

Na het nieuws dat de protestactie in Utrecht waarschijnlijk verboden zou worden door de Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma, moest de organisatie in allerijl alternatieven bedenken. De betrokken partijen bleken verdeeld over de te varen koers. Waar de studentenvakbonden ervoor kozen mensen toch op te roepen naar Utrecht af te reizen, besloot actiegroep WOinActie lokale manifestaties te organiseren. Hierdoor is ook in Nijmegen een groep van zo’n 1500 mensen bijeengekomen om te luisteren naar speeches van onder anderen collegevoorzitter Daniël Wigboldus.

Oost west, Nijmegen protesteert het best

De protestdag in Nijmegen trapt om 12:30 uur af met een actualiteitencollege van Radboud Reflects en Vox over demonstratierecht. Staatsrechtdeskundige Michiel van Emmerik en politiek historicus Paul Reef bespreken het verbod voor het onderwijsprotest in Utrecht. De sprekers benadrukken dat een demonstratie alleen verboden mag worden als daar een duidelijk aanwijsbare reden voor is. Zij zijn het erover eens dat in deze situatie de informatievoorziening van de veiligheidsdriehoek Utrecht te summier is om dit als buitenstaander te kunnen beoordelen. Daarnaast worden er zorgen uitgesproken over het demonstratierecht in het huidige ‘giftige’ politieke klimaat, waarin politici over elkaar heen buitelen om protestacties te veroordelen. 

Foto: Franka Kramers

Al voor het einde van het college verlaten velen de zaal om zich aan te sluiten bij de walkout die overal op de campus gaande is. Vanaf 13:00 uur stroomt het plein voor het Linnaeusgebouw langzaam vol met actievoerders. Vanuit de Kapittelweg komen honderden HAN-medewerkers en studenten aan gelopen. Vanaf de andere kant komt een grote groep Raboudstudenten en -medewerkers. Uiteindelijk staat het helemaal vol, met naar schatting vijftienhonderd aanwezigen die aandachtig luisteren naar verscheidene toespraken.

Voorzitter van het College van Bestuur (CvB) Daniël Wigboldus houdt een beleefde speech. De universiteiten zijn best bereid te kijken hoe ze hun onderwijs met een redelijk prijs kunnen vormgeven, geeft Wigboldus toe, maar de geplande bezuinigingen gaan veel te ver: ‘In zeer korte tijd wordt afgebroken wat zeer zorgvuldig, met veel passie en liefde, is opgebouwd.’ In het vervolg van zijn speech reflecteert Wigboldus op de rol van verdraagzaamheid in de maatschappij en op de universiteit. De voorzitter ziet universiteiten als wat hij noemt ‘bastions van verdraagzaamheid’. Dat betekent in zijn ogen dat de universiteit een plek is waar er wordt geluisterd naar elkaar en rekening wordt gehouden met de ander. Hij sluit daarom af met de woorden: ‘Elke euro geïnvesteerd in onderwijs en onderzoek is een euro geïnvesteerd in elkaar.’

Andere sprekers, zoals afgevaardigden van studentenvakbond AKKU, vakbond FNV of de HAN, onderschrijven de woorden van Wigboldus volledig. Het is duidelijk dat de verschillende partijen gezamenlijk een vuist tegen de overheid aan het maken zijn. Zo roept Mo Quirijnen van AKKU in een enthousiast betoog op om je bij vakbonden aan te sluiten. Willem Halffman, naast professor op de RU ook sterk betrokken bij WOinactie, begon vast met het mobiliseren van de aanwezigen om zich aan te sluiten bij het volgende protest. De Algemene Onderwijsbond bevestigt later in de middag dat er op 25 november in Den Haag zal worden geprotesteerd. 

Rode drukte in hartje Utrecht

Ondanks afgelasting, zijn er ook mensen in Utrecht om te protesteren. Opgewekte studenten met creatieve protestbordjes verzamelen zich in het Moreelsepark. Rode vlaggen van AKKU, LSVb, de Socialisten, NCPN en ROOD kleuren het veld. Ruim vijfduizend studenten staan uiteindelijk voor het relatief kleine gele podium, waar sprekers klaarstaan om het energieniveau van de aanwezigen te verdubbelen. Een van de organisatoren spreekt het publiek trots toe: ‘In het tijdsbestek van een middag hebben de studentenvakbonden en -partijen de organisatie van het protest met succes overgenomen.’ Luid gejuich en gejoel markeert vervolgens de aftrap van het protest. 

Foto: Donna Roukens

De eerste speech gegeven door Linda Huisman namens Vakbondsleden Solidair met Palestina, verkondigt de oneerlijke verdeling van de rijksbegroting, die is gestegen met 34 miljard dit jaar: ‘De bezuinigingen in het onderwijs zijn een gevolg van de plannen van de overheid om 37 miljard euro in wapens en defensie te investeren.’ Ze vervolgt boos: ‘Dit terwijl de jongeren de toekomst van de maatschappij zijn’

Verschillende andere sprekers noemen vervolgens nog een keer de urgente boodschap die dit protest verkondigt. ‘We heffen niet alleen de vuist tegen de bezuinigingen in het onderwijs, maar ook voor het demonstratierecht dat de regering wil onderdrukken’, roept student en lid van ROOD Aimane Chakiri. Gepassioneerd brult hij dat ‘agrofascist’ Caroline van de Plas voor een landelijk demonstratieverbod aan het lobbyen was. Vervolgens legt de student uit dat de studentenstrijd ook een klassenstrijd is: ‘De klassenstrijd van arbeiders tegen de regering is ook te zien in de studentenstrijd tegen de kapitalistische uitbuiting van de regering.’ De student sluit af met de woorden: ‘Dit is géén oproep, maar bezet de staat als het nodig is.’ Wanneer een van de organisatoren de microfoon weer overneemt, merkt hij grinnikend op: ‘OMG de microfoon is een beetje vies’.

Wanneer AKKU-voorzitter Nan Lont aan de beurt is om te spreken, laten alle Nijmegenaren schreeuwend hun waardering voor het AKKU-lid blijken. ‘Jij kan straks zeggen ‘ik was erbij’’, begint Lont. Vervolgens spreekt hij zijn ongeloof uit over de beslissing om op het onderwijs te bezuinigen: ‘De gemiddelde student werkt naast zijn studie zo’n zestien uur per week, en de overheid zegt tóch ‘stik er maar in.” Nadat het publiek klaar is met zijn boegeroep, stelt Lont dat, zolang wij ons blijven organiseren in vakbonden, er hoop zal zijn: ‘Het recht op onderwijs staat onder druk, dus nu is de tijd om ons te verenigen en te zeggen: tot hier en niet verder.’

Dreiging?

Na de speeches volgt een mars door de straten van Utrecht. Het valt op dat iedereen boos, doch vrolijk is. Saamhorigheid stemt goed, zo blijkt. Van dreigende protestkapers blijkt geen sprake te zijn. De grootste dreiging komt van twee blaffende honden. Zij worden dan ook met hulp van de politie uit elkaar gedreven.  

Foto: Gijs Wortelboer

Stemmen uit alle studentensteden zijn hoorbaar in de Utrechtse binnenstad. Een internationale student van Universiteit Twente vindt het heel belangrijk om vandaag in Utrecht te staan. Hij loopt mee omdat de gemeente het protest om ‘absurde reden’ heeft afgeblazen. Bovendien vindt hij dat het de politie een vrijbrief geeft om protesten in de toekomst ook te verbieden. ‘Als er nu niemand naar Utrecht zou komen, zouden wij de onderdrukking van het protestrecht door de overheid zomaar accepteren, en dat is ondenkbaar’, zo stelt hij 

Halverwege de route houden twee docenten borden omhoog met de leuzen: ‘hier staat een boze docent’ en ‘hier staat een gechoqueerde docent’. Het is duidelijk dat zij het belangrijk vinden om erbij te zijn vandaag. ‘Het is verschrikkelijk voor de studenten, het is verschrikkelijk voor de wetenschap en daarmee is het verschrikkelijk voor de samenleving’, verklaart een van de docenten. Ze is zelf werkzaam bij de geesteswetenschappen, wat het nog meer een persoonlijke kwestie maakt. ‘Alle docenten die ik ken zijn teleurgesteld en vooral heel erg boos. Dat zegt wat’, besluit ze. 

Niet naar, maar boven verwachting

Na afloop van het protest zit Nan Lont nog vol adrenaline. ‘Het ging geweldig! Boven verwachting zelfs!’, zegt hij vrolijk. Hij vindt dat alle aanwezigen een sterk geluid hebben laten horen, ook al was het zo last minute. Nijmegen deed niet onder voor andere steden: ‘Ja kijk, er waren daar duizenden mensen, maar wij hadden de grootste organisatie die samen naar Utrecht reisde.’ Nijmegen had dus zeker een groot aandeel in de opkomst. Welke vervolgstappen AKKU en andere vakbonden na dit protest nemen, is nog onzeker. ‘Dit protest was zo abrupt, dat de vakbonden nog niet goed met iedereen konden overleggen. Maar we proberen met zo veel mogelijk bondgenoten duidelijk te maken dat wij ons niet laten intimideren door een verbod’, concludeert Lont.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen