Uit het onderzoek aan de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen (FFTR) dat op de Paul Bakker-zaak volgde, blijkt dat er veelvuldig sprake is geweest van sociale onveiligheid. Het ingehuurde onderzoeksbureau ontving negentwintig meldingen van ervaringen van sociale onveiligheid of ongewenst gedrag. De faculteit start nu een cultuurtraject om de situatie te verbeteren.
Het college van bestuur van de Radboud Universiteit, dat het bureau Berenschot opdracht gaf onderzoek te doen, deelde de resultaten maandag in een mail aan alle studenten en medewerkers van de faculteit. De melders blijken met van alles te kampen te hebben gehad: onheuse bejegening, intimiderende of seksistische gedragingen en opmerkingen, buitensluiting of achterstelling. Ook was er in sommige gevallen sprake van ongepaste relaties. De meldingen gaan over gebeurtenissen die de afgelopen vijftien jaar hebben plaatsgevonden. Het merendeel, twaalf van de meldingen, gaan over zaken in de afgelopen twee jaar. Volgens de onderzoekers komt het binnen de faculteit voor dat andere medewerkers of studenten op de hoogte zijn van een ongewenst voorval, maar er niks mee doen. Er is dan ook meerdere malen melding gedaan van onvoldoende gehoor en opvolging.
In het bericht over de onderzoeksresultaten wordt niet toegelicht over wie er melding is gemaakt, al wordt wel genoemd dat de gebeurtenissen tussen studenten onderling, medewerkers onderling en tussen studenten en medewerkers hebben plaatsgevonden. Directe consequenties voor de betrokkenen volgen er nog niet: melders zijn door het onderzoeksbureau uitgenodigd om met vertrouwenspersonen of de directeur Human Resources in gesprek te gaan. Daar kunnen mogelijke vervolgstappen worden besproken.
Paul Bakker
Het onderzoek werd geïnitieerd na de zaak-Paul Bakker. In september werd bekend dat die hoogleraar voor een halfjaar afwezig blijft op de universiteit nadat er uit een eerder onderzoek was gebleken dat hij zich schuldig had gemaakt aan ‘ongepast handelen’. Ook over andere personen werd in dat onderzoek melding gemaakt van dit feit. Met hen werd een ‘indringend gesprek’ door de decaan van de faculteit gevoerd. Toelichting van het ‘ongepaste handelen’ zou volgens het college van bestuur (CvB) de gewenste anonimiteit van de melders in gevaar brengen: tot op heden is nog niet duidelijk waar Bakker zich precies schuldig aan heeft gemaakt. FTR-studenten lieten toen weten moeite te hebben met die onduidelijkheid.
Cultuurtraject
De uitkomsten van het meest recente onderzoek bevestigen volgens het CvB en het faculteitsbestuur de ‘noodzaak voor een cultuurtraject’ binnen de faculteit. In dit traject moet een faculteitsbreed gesprek worden gestart over wat normaal is, hoe een professionele houding binnen een informele cultuur kan worden behouden en waar de grenzen van omgangsvormen liggen. Tijdens het traject, waarvoor het bureau TwynstraGudde wordt ingeschakeld, wordt ook gekeken of er aan de hand van de gespreksonderwerpen een gedragscode kan worden opgesteld. Het traject start deze maand nog en zal tot februari duren.