Minister Bussemaker van Onderwijs wil dat de declaratierichtlijnen voor bestuurders aan universiteiten en hogescholen strakker worden. Dit schreef ze gisteren in een brief aan de Tweede Kamer.
De minister reageerde op het onderzoek van de Onderwijsinspectie over declaraties van bestuurders aan universiteiten en hogescholen. Dit onderzoek werd ingesteld na het boven water komen van buitensporige declaraties door enkele bestuurders, zoals de declaratie van een veel te dure bureaustoel door een bestuurslid van de Radboud Universiteit. Uit het onderzoek van de Onderwijsinspectie komt naar voren dat de hogere onderwijsinstellingen allemaal verschillende declaratiesystemen hebben met afwijkende regels. Daarnaast zijn er grote verschillen in de uitgaven van bestuursleden van universiteiten en hogescholen onderling. De uitgaven bij de onderzochte universiteiten verschilden bijvoorbeeld tussen de 100 en 72 duizend euro.
De Onderwijsinspectie liet wel weten dat een uitgebreid vervolgonderzoek lastig wordt, omdat er volgens de inspectie geen objectieve norm bestaat waarmee het de declaratievoorschriften kan beoordelen. Om deze reden besluit Bussemaker om geen diepgravend vervolgonderzoek te doen. Ze roept de universiteiten en hogescholen op om tot duidelijke en uniforme declaratieregels te komen. In 2018 zal de Onderwijsinspectie nogmaals een onderzoek doen om te kijken of de onderwijsinstellingen naar Bussemaker hebben geluisterd.