Iedereen kent de gouden regel wel: een goed getapt biertje heeft een schuimkraag van twee vingers dik. Maar bij het tappen van een goed biertje komt een hoop meer kijken, vertelt de 22-jarige masterstudent Cognitive Neuroscience, Giulio Severijnen. Hij won vorige week een regionale voorronde en mag zich sindsdien de beste tapper van Nijmegen noemen.
Ieder jaar organiseert Stichting Tapwedstrijden.nl het Nederlands Kampioenschap Biertappen. Deze wedstrijd bestaat uit verschillende regionale voorrondes, met als afsluiting de landelijke finale in Amsterdam. In Café Biessels, waar hij al sinds het begin van zijn studie werkt, vertelt Severijnen over hoe hij de beste tapper van Nijmegen is geworden.
Tappen op een catwalk
Wie denkt dat het kampioenschap gewoon een gezellige avond bier drinken in de kroeg is, heeft het mis. ‘Er is een podium met twee taps en een catwalk die naar de jury leidt’, vertelt Severijnen. Bij de tap staat een jury die met elke beweging meekijkt. ‘Hij houdt in de gaten of je het protocol wel goed doorloopt.’ Dat protocol bestaat uit meer dan alleen zorgen voor een mooie schuimkraag op je bier. ‘Je moet bijvoorbeeld je dienblad schoonmaken, er viltjes op leggen, de glazen checken op breuken en ze vervolgens spoelen op een speciale manier. Voor ieder klein foutje krijg je een punt aftrek.’ Ook aan tafel let de jury op ieder klein detail, legt Severijnen uit. ‘Hoe je het biertje uitserveert, of het logo naar de jury staat en of de schuimkraag een mooie bolling heeft, ieder klein detail moet perfect zijn.’
De druppel die het glas doet overlopen
De wedstrijd bestaat uit twee voorrondes, in de ene tapt iedere deelnemer twee fluitjes en in de andere twee vaasjes. Hiervoor zijn maximaal 180 punten te behalen. De tien tappers met de meeste punten mogen uiteindelijk door naar de finale. ‘In de finale komt er nog een extra element bij’, legt Severijnen uit. ‘Je moet dan ook een speciaalbiertje inschenken en dat is wel echt wat anders.’ De deelnemers mogen het glas namelijk niet vastpakken, ze moeten het tijdens het schenken op het dienblad laten staan. Gepassioneerd vertelt Severijnen hoe je dan toch een perfecte schuimkraag creëert. ‘Het is lastig want het enige waar je mee kan spelen is hoe schuin je je dienblad houdt en hoe hoog je het flesje houdt. Ik schenk het bier in het begin altijd langzaam in en kijk dan hoe het reageert op het glas.’ Het moeilijkste aan dit onderdeel is dat je speciaalbier niet mag afschuimen, dus de deelnemers moeten heel voorzichtig zijn met de bolling van het bier. ‘Je moet ervoor zorgen dat de bolling op de schuimkraag zo groot mogelijk is, maar zodra er een druppel over je glas valt, krijg je een punt aftrek.’
Trillende handjes
Het geheim van een perfect getapt biertje is volgens Severijnen vooral het onder controle houden van je zenuwen. ‘Alle kandidaten kunnen goed bier tappen, maar het is een kwestie van foutloos het stappenplan doorlopen.’ En dat foutje is zo gemaakt, blijkt uit het verhaal van Severijnen. ‘Met twee juryleden die op je vingers staan te kijken, wordt je wel nerveus. Dan vergeet je bijvoorbeeld zo je viltje op je dienblad.’ Severijnen deed al een paar keer eerder mee aan de wedstrijd, wat hem wel heeft geholpen bij de zenuwen. ‘Ik weet nu met iets meer zekerheid wat ik moet doen om geen onnodige fouten te maken.’
Dat Severijnen nu beter weet wat hij moet doen dan de eerste keer dat hij meedeed, komt ook door zijn baas die samen met hem heeft geoefend. ‘Voor de regionale voorronde hebben we met de collega’s van Biessels die meededen een avond gezeten om alles door te lopen. Toen heeft hij uitgelegd waar je op moet letten en waar de jury allemaal op let tijdens de wedstrijd.’ Nu mag Severijnen samen met vier andere kandidaten uit Nijmegen naar de nationale finale in Amsterdam. Hoewel iedereen graag wint, is de sfeer onderling goed. ‘Er is wel wat concurrentie, iedereen wil daar zo goed mogelijk presteren, maar tegelijkertijd is iedereen heel blij voor elkaar.’