We realiseren niet hoe bijzonder taal is, vinden Marc van Oostendorp en Dorine Holman, en het wordt hoog tijd dat studenten zich er wat meer in gaan verdiepen. De eerste kans is komende vrijdag en zaterdag. Dan vindt op de Radboud Universiteit (RU) het DRONGO-talenfestival plaats, waar duizenden taalliefhebbers op af komen.
‘Iedereen die ook maar iets met taal te maken heeft, moet hier naartoe’, vertelt Dorine Holman, woordvoerder van het festival. ‘En de grap is dat we allemaal iets met taal te maken hebben, want zonder taal is er geen communicatie.’ Ook Marc van Oostendorp, hoogleraar Nederlandse en Academische Communicatie, benadrukt het gewone en tegelijkertijd bijzondere van taal. ‘Taal lijkt iets heel gewoons en alledaags. Pas als je er wat dieper over gaat nadenken, merk je hoe vreemd taal is, hoeveel wij daarmee kunnen als mensen.’
Mitrailleurtaal
De boodschap is duidelijk: taal is van ons allemaal. Volgens Holman is taal ook heel breed. ‘Op het festival gaat het niet alleen maar over talen leren, dat is maar een klein aspect van ons vakgebied. We richten ons ook bijvoorbeeld op taal in relatie tot media, schrijfvaardigheid, of technologie.’ Ook gaat het bijvoorbeeld over de veranderende manier waarop taal wordt gebruikt in appjes.
Vrijdag en zaterdag zijn er tientallen lezingen en activiteiten over de verschillende aspecten van taal. Zelf geeft Van Oostendorp een lezing over het taalritme. ‘Alle talen hebben een verschillend ritme’, legt hij uit. ‘Frans wordt bijvoorbeeld ook wel een mitrailleurtaal genoemd vanwege het snelle consequente ritme. Nederlands is een morsecodetaal, dat wisselt heel erg tussen lange en korte tonen.’ Uit onderzoek blijkt dat kinderen dit ritme waarschijnlijk al in de moederschoot hebben geleerd, vertelt Van Oostendorp enthousiast. ‘Taal is dus zo belangrijk voor ons mensen dat we daar niet vroeg genoeg mee beginnen.’
Kwaliteit en kwantiteit
In een advertentie voor het talenfestival noemde Van Oostendorp Nijmegen de ‘Taalhoofdstad van Nederland’. ‘Dat meen ik ook echt. Er zijn weinig plaatsen waar zoveel taalwetenschappers bij elkaar zijn als hier op de campus van de Radboud Universiteit’, vertelt de hoogleraar. Voor Oostendorp is het niet enkel een kwestie van kwantiteit. ‘Ik heb ook in andere steden gewerkt, maar daar proef je niet hetzelfde enthousiasme voor taal’, vindt hij. ‘Als je een taalfestival hebt, is het leuk om het in Amsterdam te organiseren, best leuk om in Utrecht te doen, maar hoort het natuurlijk in Nijmegen, de taalhoofdstad van Nederland.’
Het DRONGO talenfestival vindt aanstaande vrijdag en zaterdag plaats in het Elinor Ostromgebouw. Studenten kunnen met een kortingscode gratis naar binnen. ‘Dus een beetje zichzelf respecterende student zou wat mij betreft moeten komen’, lacht Holman. ‘Of je nou alfa-, beta- of gamma-student bent, je hebt er iedere dag wat aan.’