De Universitaire Studentenraad (USR) lijkt voor veel studenten hooguit te bestaan tijdens de verkiezingsweek. ANS ondervroeg drie medezeggenschapsleden die er vorig jaar in slaagden een zetel te bemachtigen. Wat hebben ze uit weten te halen in de raad, en is het überhaupt mogelijk om invloed uit te oefenen?
Tijdens de verkiezingsweek van 2024 voor de nieuwe USR van de Radboud Universiteit (RU), maken Vera Joosten (de Knokpartij), Sanne Wallerbos (AKKU) en Kjeld Bloemendal (Green+) (v.l.n.r. op de foto) wat tijd vrij in hun drukke agenda’s. De drie USR-leden vertegenwoordigen sinds september de Radboudstudenten in het centrale medezeggenschapsorgaan, samen met hun fractiegenoten, ISEC en de Politiek Commissarissen (PoCo’s), de ongekozen vertegenwoordigers van de koepelverenigingen. Negen maanden onderweg is het trio overwegend positief over hun persoonlijke ervaringen als USR-leden. Bloemendal bestempelt het werk als ‘heel leuk’, Wallerbos als ‘oprecht best wel gezellig’ en Joosten als ‘een heel leerzame ervaring’. De meningen over de USR zelf zijn daarentegen verdeeld, waarbij fundamenteel verschillende visies op het medezeggenschapsorgaan naar boven komen. ANS sprak de studenten over wat ze hebben bereikt sinds ze zijn verkozen, over die verschillende visies op de USR en over de verwachtingen die ze hebben van hun opvolgers.
Trots en teleurstelling
Green+’er Bloemendal laat er geen misverstand over bestaan. Het werk dat is verzet rondom dierproeven is in zijn ogen de allerbelangrijkste prestatie van het afgelopen USR-jaar. ‘De universiteit bleek helemaal geen concreet dierproevenbeleid te hebben, en nu hebben we toegezegd gekregen dat dat er wel gaat komen’, zegt hij gedecideerd. ‘Hierdoor kan er veel onnodig dierenleed worden voorkomen.’ Voor Joosten en haar Knokpartij is het juist de inzet voor Palestina waar ze het meest trots op is. ‘We namen het initiatief voor het ondertekenen van de eisen van de actievoerders als USR, en er zijn ook veel leden van onze partij betrokken bij het protest’, laat ze weten. Voor Wallerbos is het een vooruitgang in een langerlopend gevecht waar ze tevreden over is. ‘AKKU strijdt al jaren voor gratis menstruatieproducten, en nu liggen die in ieder geval op alle mindervalidetoiletten’, vertelt ze. ‘We willen dat dit zich nog veel verder uitbreidt, maar het is een begin.’
De leden houden echter niet alleen maar trotse gevoelens over aan hun tijd in de USR. Joosten vertelt openhartig over haar veranderende blik op de RU die het afgelopen jaar is ontstaan. ‘De problemen op de managementsfaculteit en de kwesties rondom sociale veiligheid die aan het licht zijn gekomen hebben mijn beeld van de universiteit doen veranderen’, zegt ze. ‘Als USR-lid zie je dat er veel misstanden zijn en dat verandering soms ver weg is. Ik ga niet meer fluitend naar de uni zoals ik als eerstejaars student deed.’ Wallerbos voegt hier aan toe dat voor haar teleurstelling ontstond rondom een poging van de USR om meer financiële waardering voor medezeggenschapsfuncties te bewerkstelligen. ‘De universiteit beaamt dat medezeggenschap belangrijk is, maar concrete actie blijft uit. Er is nu een tijdelijke oplossing, maar ze doen heel stroef. Het laat zien dat medezeggenschap gewoon geen prioriteit heeft op deze universiteit’, concludeert ze.
Verschillende visies
Deze gemengde gevoelens bij Joosten en Wallerbos weerspiegelen ook deels hun visie op de USR. ‘Vanaf het begin keek ik al kritisch naar wat je kan bereiken in de studentenraad’, vertelt Joosten. ‘Ik heb uiteindelijk ook gemerkt dat we in de vergaderingen met het College van Bestuur (CvB) vaak tegen een muur aan lopen.’ Wallerbos is het ermee eens dat de vergaderingen met het CvB haar beperkingen kennen. ‘We mogen advies geven, maar dat kunnen ze altijd naast zich neerleggen’, betoogt ze. ‘We hebben op weinig zaken instemming. Dat is jammer. In informele gesprekken met beleidsmedewerkers blijkt vaak meer te bereiken’, aldus de AKKU-vertegenwoordiger. Bloemendal noemt een andere beleving te hebben: ‘Het gaat soms wel moeizaam en dat kan inderdaad verbeterd worden, maar mij verbaast het hoeveel we wél gedaan krijgen. Denk aan de toezeggingen op het dierproevenbeleid, of het aanjagen van het biodiversiteitsbeleid’, vertelt hij. ‘Wij zijn een klein groepje studenten die rechten hebben die andere studenten niet hebben. We hebben informatierecht, initiatiefrecht, we mogen stemmen, dat moeten we goed gebruiken’.
Deze verschillende perspectieven lijken aan te sluiten op een fundamenteler verschil tussen met name de Knokpartij en de andere partijen. De partij is vorig jaar opgericht uit onvrede met het gebrek aan democratie, met het doel de medezeggenschap radicaal te veranderen. Bloemendal vertelt dat hij problemen heeft met de werkwijze van de Knokpartij-leden. ‘Ik vind dat de Knokpartij vaak goede punten heeft, maar die komen niet tot hun recht in de huidige opzet van de USR’, aldus de Green+’er. ‘We hebben de mogelijkheid om het CvB te bevragen en om notities in te dienen. Dat heeft de Knokpartij te weinig gedaan’, vervolgt hij zijn aanklacht. ‘Doordat ze zich niet conformeren aan hoe het systeem werkt, beschouw ik hun zetels een beetje als verloren zetels.’ Joosten erkent dat haar partij een andere strategie had, maar verdedigt die aanpak. ‘De structuur van de universiteit omgooien, dat is wel een beetje een zaak van de lange adem’, legt ze uit. ‘Ik hoop echt dat we dit jaar de fundamenten hebben gelegd door deze wens op tafel te leggen.’
Toekomstperspectieven
Ondanks de verschillen tussen de ideeën over de juiste methodes om in de USR te hanteren, blijken de partijen het over de meeste onderwerpen eens te zijn. ‘Aan het begin van het jaar schorsten we regelmatig de vergadering om als fracties te overleggen’, zegt Wallerbos lachend. ‘We kwamen er vrij snel achter dat we over veel dingen hetzelfde denken. Dat was een grappige gewaarwording.’ Joosten onderschrijft die onderlinge eensgezindheid van de partijen: ‘We vormden regelmatig een blok tegenover de PoCo’s.’ Deze Politiek Commissarissen acteren veelal als apolitieke belangenbehartigers, aldus de USR’ers. ‘De PoCo’s wilden bijvoorbeeld niet onze brief over de GNSV ondertekenen, omdat ze niet politiek betrokken wilden raken’, vertelt Bloemendal. De functie van PoCo verdwijnt vanaf volgend jaar. De USR’ers hopen dat nieuwe partij V.O.S., die zich expliciet richt op de actieve student, geen soortgelijke houding zal aannemen. ‘Vanuit de koepels was er terughoudendheid om een standpunt in te nemen over iets controversieels. Ik hoop dat ze daar vanaf volgend jaar, vanuit een verkozen positie, meer vrijheid in zullen voelen’, aldus Wallerbos.
Voordat het drietal weer verder gaat naar het campagnevoeren, de collegezaal of het tentenkamp voor Palestina, geven ze alvast een tip mee aan hun opvolgers. ‘Plan zo snel mogelijk een uitje samen. Gewoon even een drankje doen bij het Cultuurcafé en ontdekken dat het best leuk is met elkaar’, aldus Bloemendal. Joosten sluit zich hierbij aan: ‘Het is ook gewoon een soort bestuur, je zit een jaar lang elke week met elkaar aan tafel.’ Wallerbos’ instemming maakt het advies unaniem. ‘Jullie zijn allemaal ook gewoon mensen,’ zegt ze. ‘Heb het niet alleen maar over universiteitszaken, maar laat het af en toe ook gezellig zijn.’