Home Opinie & AchtergrondTijdgeest Tijdgeest: Privacy in het digitale tijdperk

Tijdgeest: Privacy in het digitale tijdperk

door Redactie

In Tijdgeest wordt iedere editie verleden, heden en toekomst van een bepaald fenomeen of ontwikkeling besproken. Deze editie: Privacy in het digitale tijdperk.

Tekst: Vincent Veerbeek
Illustratie: Inge Spoelstra

Dit artikel verscheen eerder in de zesde editie van ANS.

Als een website je e-mailadres heeft, weten ze vaak direct je geboortedatum, drie doopnamen en het adres van je oma. Omdat de voorwaarden van het bezoek aan een website vaak in de kleine lettertjes verstopt staan, is er geen beginnen aan om elke keer precies te achterhalen welke informatie je afstaat. Grote bedrijven als Google en Facebook maken hier handig gebruik van en verdienen bakken met geld aan het verzamelen en doorverkopen van data. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het publieke debat over het internet steeds meer draait om privacy: de mate waarin mensen controle hebben over de informatie die ze met anderen delen. Hoe heeft privacy-schending zo uit de hand kunnen lopen en valt privacy nog te redden in een wereld die alsmaar digitaler wordt?

Tijdsgeest1Verleden:Terra incognita
Begin jaren negentig werd het wereldwijde web met open armen ontvangen. ‘Het internet gold als een terra incognita, waar alles kon en alles mocht’, vertelt journalist Olaf Tempelman, auteur van de rubriek De bewust digibete burger in de Volkskrant. Het internet was in de begindagen niet meer dan een verzameling losse pagina’s. Het was een plek waar iedereen met mensen overal ter wereld contact kon hebben zonder hun huis uit te komen of hun identiteit te onthullen. Dat deze uitvinding grote gevolgen zou hebben voor de manier waarop gebruikers bewust en onbewust persoonlijke gegevens delen, leek op dat moment onvoorstelbaar. Sceptici, zoals de bezorgde burgers die in 1998 de privacy-vriendelijke browser Startpage lanceerden, waren fors in de minderheid.

Omdat het internet een plek was om vrij te zijn, was er weinig noodzaak om wetgeving in te voeren of voorlichting te geven over mogelijke risico’s. Zo verspreidde dit nieuwe medium zich binnen tien jaar zonder enige controle als een olievlek over de wereld. ‘Zoals iedere nieuwe techniek bracht het wereldwijde web een type privacy met zich mee waar we even aan moesten wennen’, vertelt Marcel Becker, universitair hoofddocent praktische filosofie aan de Radboud Universiteit (RU). ‘In de beginperiode was er een ontzettende naïviteit over de privacy-problematiek.’ Het duurde dan ook lang voordat men de gevaren inzag van het wereldwijde web. ‘Omdat er bij digitale privacy niet iemand is die je vanuit de bosjes bespiedt, merk je niet meteen dat je in de gaten wordt gehouden. Daardoor bleef het probleem lange tijd onder de radar.’

‘Mensen zijn het er niet mee eens dat hun privacy wordt geschonden, maar ze hebben het gevoel dat het een onmogelijke strijd is.’

Heden: Profileringsdrang
Dat de digitale wereld ooit werd gezien als het summum van anonimiteit is haast niet meer voor te stellen. Tegenwoordig draait alles online juist om het delen van persoonlijke informatie. Met het verdwijnen van concurrenten als Hyves en Yahoo kregen de grote technologiebedrijven meer macht, met desastreuze gevolgen voor online privacy. ‘Vanaf het moment dat Silicon Valley het monopolie heeft gekregen, zijn die bedrijven uit commercieel winstbejag profielen van gebruikers op gaan stellen’, vertelt Becker. Terwijl mensen steeds meer tijd online doorbrachten, ontwikkelden Facebook en Google nieuwe algoritmes om digitaal gedrag van hun gebruikers te volgen en zoveel mogelijk data te verzamelen. Deze gegevens worden verwerkt in profielen die voor grof geld worden doorverkocht aan adverteerders. Zo zijn mensen niet langer anoniem, want technologiebedrijven weten soms meer dan gebruikers zelf.

De afgelopen jaren werden de gevolgen van deze monopolisering mondjesmaat duidelijk. Toch kwamen deze problemen pas in 2018 echt in de schijnwerpers te staan na een reeks schandalen bij Facebook. Vooral toen bleek dat databedrijf Cambridge Analytica gegevens van 87 miljoen Facebookgebruikers had doorgespeeld aan de campagne van de Amerikaanse presidentskandidaat Donald Trump, reageerden mensen geschokt. Hoewel in Nederland het aantal Facebookgebruikers afgelopen jaar daalde, groeide het bedrijf wereldwijd gestaag verder. Dit heeft er vooral mee te maken dat mensen ondanks groeiende bewustwording een gevoel van onmacht hebben. ‘Mensen zijn het er niet mee eens dat hun privacy wordt geschonden, maar ze hebben het gevoel dat het een onmogelijke strijd is’, vertelt Bart Jacobs, hoogleraar Digital Security aan de RU.

Tijdsgeestprivacy2

Toekomst: Innovatie binnen de perken
Op individueel niveau valt er op dit moment niet zoveel te bereiken en technologiebedrijven zullen zelf niet snel maatregelen nemen. Daarom kunnen overheden niet langer aan de zijlijn blijven staan. De Europese Unie heeft inmiddels de eerste stappen gezet met de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG), die regelgeving introduceert over wat internetbedrijven wel en niet mogen. Hiermee is begonnen aan een inhaalslag, maar er is nog een lange weg te gaan. ‘Iets wat 25 jaar lang zijn tentakels heeft kunnen uitslaan, kan niet in één keer worden teruggedrongen’, legt Tempelman uit. Volgens Becker is deze achterstand inherent aan de menselijke verhouding met techniek. ‘Als mens loop je altijd achter technologie aan. Eerst is er technologie en vervolgens denken we pas na over hoe we ermee moeten omgaan.’

Hoewel er nog veel moet gebeuren voordat het internet volledig privacy-vriendelijk is, is er wel hoop voor de technologie van morgen. Volgens Jacobs helpt de AVG namelijk om nieuwe technologie in goede banen te leiden. De verordening is zo geschreven dat die ook betrekking heeft op technieken die we ons nu amper kunnen voorstellen. ‘De AVG creëert kaders waaraan nieuwe ontwikkelingen moeten voldoen. Strenge wetgeving is niet belemmerend voor innovatie, maar juist bevorderend.’ Becker: ‘De komende jaren gaan informatici steeds meer technologieën ontwikkelen die het mogelijk maken om verschillende soorten gegevens van elkaar te scheiden.’ Zo is het internet van de toekomst niet langer een regelvrij terra incognita, maar krijgen gebruikers steeds meer grip op de gegevens die ze delen.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen