Aafke Romeijn maakt al jaren muziek, maar waagt zich nu ook aan een roman. Haar debuut, Concept M, is een sciencefictionboek over Nederland in het jaar 2020. ‘Het leek me vet om met mijn eerste boek iets afwijkends te doen.’
Tekst: Aaricia Kayzer
Foto’s: Frederica van Mastrigt
Dit artikel verscheen eerder in de zesde editie van ANS.
Aafke Romeijn is al jaren actief als singer-songwriter en heeft vier albums en twee EP’s op haar naam staan. Binnenkort kan ze daar een boek aan toevoegen: begin april verschijnt haar eerste roman, Concept M, bij uitgeverij De Arbeiderspers. Met dit debuut zet ze voorzichtig haar eerste stappen in de literaire wereld. Concept M is een sciencefictionboek en speelt zich af in Nederland in het jaar 2020. In deze fictieve versie van ons land is sinds de Tweede Wereldoorlog alles in de maatschappij en politiek anders gelopen. In die samenleving breekt de erfelijke ziekte “kleurloosheid” uit, waarmee alleen met extreem dure medicijnen te leven is. Daarnaast ontspint zich een politiek schandaal rondom de minister-president, die blijkt te hebben gesjoemeld met geld. Romeijn is trots op haar debuut, maar het blijft afwachten wat critici van haar Concept M gaan vinden. ‘Als je in de muziekwereld een nummer uitbrengt en het binnen een week geen hit is, ga je aan de slag met het volgende project. In de literaire wereld duurt alles veel langer.’
Hoe balanceert je roman tussen sciencefiction en betrokkenheid bij de realiteit?
‘Ik vind het leuk om over politiek te praten, maar als je zoiets in een roman giet, krijg je al snel een pamflet. Zo van: “Stem allemaal links!”. Iedereen die mij volgt op sociale media weet toch al dat ik vind dat iedereen links moet stemmen, daar hoef ik geen boek voor te schrijven. Het leek me veel interessanter om een niet-bestaand politiek systeem te verzinnen, zodat ik geen kant hoef te kiezen. Als iemand slecht is in mijn roman, dan is er geen direct verband met iemand die echt bestaat. Sterker nog, in mijn roman is nog maar een politieke partij over en die heeft helemaal geen mening.’
Is een roman over politiek niet altijd een beetje activistisch?
‘In zekere zin wel. Wanneer je over een maatschappij schrijft, zijn alle keuzes die je daarin maakt politiek gemotiveerd. Politiek draait niet alleen om de partij waar je op stemt, maar ook om hoe je in de wereld staat. Schrijven over bijvoorbeeld sociale ongelijkheid impliceert dat je daar een mening over hebt. Daarnaast heb je als schrijver ook een zekere verantwoordelijkheid. Je neemt namelijk veel ruimte in het publieke domein in, omdat je aan mensen vraagt of ze de tijd willen nemen om jouw boek te lezen en daar een mening over te vormen. Daarom zie ik het als mijn verantwoordelijkheid om te proberen iets te veranderen. In mijn geval is dat een verandering op politiek niveau.’
‘Het is een bekend cliché dat het debuut van elke schrijver over zichzelf gaat.’
Elk jaar verschijnen er duizenden boeken. Hoe onderscheidt jouw boek zich?
‘Als ik vertel dat ik een sciencefictionboek heb geschreven, zeggen veel mensen: “Vet, dat is er nog niet”. Nederland is een heel klein taalgebied en in onze literaire canon zit weinig sciencefiction. Blokken van Bordewijk is een voorbeeld, maar veel andere boeken zijn eerder surrealistisch of fantastisch. Voordat ik aan deze roman begon, schreef ik een boek dat over mijn persoonlijke beslommeringen ging. Het is een bekend cliché dat het debuut van elke schrijver over zichzelf gaat. Ik vind het belangrijk om een boek te schrijven dat niet alleen gaat over mijn eigen bezigheden en over hoe ik tegen de wereld aankijk. Toen ik het idee voor Concept M kreeg, ben ik gestopt met mijn vorige roman. Dat deed pijn, maar het leek me veel vetter om met mijn eerste boek iets afwijkends te doen.’
Sciencefiction wordt in Nederland niet snel als literatuur gezien. Hecht je waarde aan de mening van critici ten opzichte van ‘gewone’ lezers?
‘Dat vind ik moeilijk om te zeggen. In de muziekwereld overlappen die twee kanten. Er zijn weinig plekken waar kwaliteitskritiek wordt geleverd. Laatst is bijvoorbeeld het nieuwe album van Ronnie Flex uitgekomen, NORI. Die werd in het Algemeen Dagblad compleet afgefakkeld, maar in de recensie kwam duidelijk naar voren dat de recensent nog nooit naar het genre trap had geluisterd en alleen maar dacht: “Een of andere gast praat een half uur over chicks en stacks, waar heeft hij het over?”. Daarentegen plaatste 3voor12 een recensie van drie pagina’s waarbij alle referenties in de nummers werden begrepen, waardoor het album veel beter in een context werd geplaatst. In de muziekwereld wil een krantenrecensie niet zeggen dat er gegronde kritiek wordt geleverd. In de literaire wereld weet ik nog niet zo goed of dat ook zo is, want daar heb ik minder ervaring mee.’
Zijn er nog meer verschillen tussen de literaire wereld en de muziekwereld?
‘De literaire wereld is sterk verweven met de academische wereld. Wat hoogleraren van je boek zeggen, is ook heel belangrijk. Dat is bij muziek totaal niet zo. Ook gaan dingen in de literaire wereld een stuk trager en is iedereen minder hyperactief dan in de muziekwereld. Muzikanten willen zo snel mogelijk een hit scoren. Als je nummer binnen een week geen hit is, ga je door met het volgende project. In de literaire wereld zijn dat soort periodes langer, omdat je drie jaar met een boek bezig bent voordat het af is en mensen het kunnen lezen. Daarna kan het zo een half jaar duren voordat je weet of een boek gelukt is. Daardoor is iedereen een stuk relaxter. In de muziekwereld is iedereen lichter ontvlambaar. Mensen zijn sneller op hun teentjes getrapt of boos op elkaar. Soms denk je echt: stuur de kleuterjuf erop af.’
‘Het is goed als mensen af en toe kunnen relativeren.’
Heb je hier voorbeelden van?
‘Giel Beelen zegt nog steeds dat hij mij nooit zal uitnodigen in zijn programma. Een paar jaar geleden schreef ik op Twitter dat De Beste Singer Songwriter doorgestoken kaart is, maar hij wilde niet dat ik dat in de openbaarheid bracht. Hij heeft een heel groot ego. Weinig mensen gaan tegen hem in, dus hij heeft een soort onaantastbare status. Zulke figuren lopen in de muziekwereld wel meer rond. Zodra iemand macht heeft, zoals een redacteur bij De Wereld Draait Door, krijgt diegene weinig weerstand. Iedereen heeft zo’n persoon namelijk nodig. Dat is niet gek, maar wel ongezond. Het is goed als mensen af en toe kunnen relativeren.
‘Daarnaast heb ik me twee jaar geleden uitgesproken over hoe weinig vrouwelijke artiesten op grote festivals staan. Ik dacht dat ik iets heel logisch zei, maar ik kreeg hordes programmeurs over me heen die vonden dat ik niet zo in de slachtofferrol moest kruipen. Ze zeiden dat vrouwen betere muziek moeten maken als ze geboekt willen worden, of dat vrouwen kutmuziek maken, dat soort onzin. Toen dacht ik, serieus, what the fuck? Het is lastig om te voorspellen wat de woede van mensen opwekt, maar ik weet inmiddels steeds beter wat de hete hangijzers zijn.’
Houd je je bij die hete hangijzers in? Het is toch goed om kritiek te geven?
‘Dat is ook zo, dus ik spreek dingen meestal wel uit. Veel mensen weten dat ik vaak iets zeg over seksisme en emancipatie. Ik had daarom niet verwacht dat mijn opmerking over vrouwelijke artiesten op festivals zoveel oproer zou veroorzaken. De discussie moest echt helemaal bij de basis beginnen. Ik had wellicht naïef gedacht dat de muziekwereld al verder zou zijn dan dat. Toch zal ik dingen altijd blijven zeggen. Als het om duidelijk onrecht gaat, probeer ik altijd mijn bek open te trekken.’