Studenten wisten dit natuurlijk al lang, maar er is nu ook een wetenschappelijke onderbouwing voor: het bindend studieadvies (BSA) heeft geen effect op het studiesucces. Dat blijkt uit promotieonderzoek van Eline Sneyer, welke verbonden is aan het Top Institute for Evidence Based Education Research van Maastricht University.
De (on)zin van het BSA
In het onderzoek is studiesucces gemeten aan de hand van het aantal afgestudeerde studenten en het rendement van de opleiding. Zoals gezegd bleek het BSA voor beide factoren geen significant verschil te maken. Uiteraard zorgt de studiepuntennorm wel voor meer uitval in het propedeusejaar, maar bij het afstuderen werpt deze niet langer zijn vruchten af. Het BSA zorgt daar namelijk niet voor relatief meer afstudeerders. De mentorprogramma’s en studiebeuren hebben daarentegen wel een positieve uitwerking op studiesucces. Deze maatregelen mogen wat kosten, maar dit wordt terugverdiend door het succes van de studenten wanneer zij de arbeidsmarkt opgaan. Het BSA is een relatief goedkope maatregel en daarom valt er iets voor te zeggen dat deze is ingevoerd, zegt Sneyer in een interview met ScienceGuide. De keerzijde is dat de uitvallende studenten die geen nieuwe studie vinden, de maatschappij uiteindelijk ook weer geld kosten.
De norm op de RU
Op de Radboud Universiteit (RU) ligt de BSA-norm altijd tussen de 39 en 45 EC. Een student moet deze norm in zijn propedeusejaar halen om door te mogen gaan naar het volgende jaar. Op hun website geeft de universiteit aan dat het BSA voor hen vooral een selecterende functie heeft. Je kunt natuurlijk pas echt weten of een opleiding echt bij je past als je er al mee begonnen ben. De studiepuntennorm is dus volgens de RU een middel om studenten tijdens hun eerste jaar de juiste kant op te wijzen. Daarnaast worden studenten gemotiveerd om hun studie serieus te nemen en zich niet al te veel af te laten leiden door het bruisende studentenleven.